Valkhof
Het Valkhof is een bekend park in Nijmegen in de Nederlandse provincie Gelderland. Het is gelegen aan de rand van het stadscentrum op een kleine heuvel, de Valkhofheuvel. Vanuit daar is er rechtstreeks uitzicht over de Waal. Het park is begin 19e eeuw aangelegd. Waar de naam (die oorspronkelijk verwees naar diverse historische bouwwerken op dezelfde plek) vandaan komt, is niet duidelijk. Een geopperde verklaring is dat Lodewijk de Vrome valken gehouden zou hebben op de voorplaats van het hof. Anderen zien er verbasteringen in van 'Frankenhof', 'Vahalenhof' of zelfs 'Waalhof'.[1] Beschrijving en liggingHet Valkhofpark wordt gekenmerkt door groene gazons, oude bomen en kronkelende wandelpaden. Het bevat enkele historische overblijfselen, die tegenwoordig zijn aangewezen als rijksmonument. Dit zijn met name de Sint-Nicolaaskapel, een romaanse kapel uit de 11e eeuw, en de zogenoemde Barbarossa-ruïne, beide restanten van de middeleeuwse Valkhofburcht. Het park biedt daarnaast panoramische uitzichten over de stad en de rivier. Het park is via een loopbrug direct verbonden met het Kelfkensbos-plein, waaronder een parkeergarage schuilt en waaraan Museum Het Valkhof ligt met daarachter het Hunnerpark. VoorgeschiedenisKerk Zie Gertrudiskerk (Nijmegen) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Algemeen wordt ervan uitgegaan dat de allereerste parochiekerk die Nijmegen ooit gehad heeft, de Gertrudiskerk, ergens in de 7e eeuw dan wel begin 8e eeuw werd gebouwd aan het Valkhof. Onbekend is echter wat de precieze locatie was. Deze kerk moet tegen het midden van de 13e eeuw weer zijn afgebroken (om te worden vervangen door de nog altijd bestaande Stevenskerk in het echte centrum van de stad).[2] Karolingische palts (8e-11e eeuw) Zie Valkhofpalts voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Reeds in de vroege middeleeuwen moet het Valkhof volgens de overlevering een belangrijke rol hebben gespeeld in de geschiedenis van zowel Nijmegen als het hele toenmalige Frankische rijk. Karel de Grote zou hier rond 770 een van zijn paltsen hebben laten bouwen. In de eerste paar eeuwen daarna vervulde deze Valkhofpalts onder meer een belangrijke rol als bestuurlijke residentie. Karel de Grote zou er zelf ook meerdere malen hebben verbleven, met name tijdens de paasfeesten. De palts werd in eerste instantie rond 880 ingenomen en verwoest door de Noormannen, om daarna weer te worden herbouwd.[3] In 1047 liet Godfried II van Opper-Lotharingen de palts uiteindelijk definitief platbranden, tijdens een opstand tegen keizer Hendrik III.[4] Burcht (12e-18e eeuw) Zie Valkhofburcht voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Tussen 1152 en 1155 bouwde keizer Frederik I Barbarossa wallen en muren om Nijmegen. Hij gaf ook de Valkhofburcht, die toen nog vol in aanbouw was, zijn definitieve vorm. Toen keizer Frederik II en zijn zoon Koenraad van de troon vervallen werden verklaard door paus Gregorius IX, greep graaf Otto II van Gelre deze gelegenheid aan om zich van de keizerlijke burcht meester te maken. Rooms-koning Willem II van Holland wilde zijn rechten op de burcht laten gelden, maar kon de onkosten die graaf Otto gemaakt had niet terugbetalen. Aldus verpandde Willem II het paleis en de stad Nijmegen met haar onderhorigheden voor '16000 mark zilvers' aan graaf Otto, totdat deze som door de rooms-koning zou zijn terugbetaald. De stad bleef echter rijksstad en stond dus nog altijd onder bescherming van het Duitse rijk. Vanaf 1450-1500 ten slotte ontstond het burchtcomplex zoals dat op veel kaarten en prenten uit de eeuwen daarna te zien is. Tijdens het beleg van 1794 drongen de Fransen tot aan de Maas en Waal door: op de burcht werd onder de leiding van Frederik van York vergaderd of de stad verdedigd moest worden. Op 27 oktober begonnen de Fransen een aanval op de voorposten bij Neerbosch. Op 2 november kwam de prins met zijn zoon langs. De bestuurders en magistraten verlieten de stad op 5 november, deels om bestuursredenen, deels uit lafheid. De Fransen beschoten vervolgens met groot geschut de stad, waarbij brand in de stad uitbrak en de burcht beschadigd moet zijn geraakt, maar onduidelijk is hoe zwaar precies. Op 8 november verliet het garnizoen de stad en trokken de Fransen binnen. De Valkhofburcht werd op 9 februari 1796 voor f 90.400 verkocht. De burcht is hierna goeddeels afgebroken, op de hierboven genoemde overblijfselen na. Het huidige parkHet park werd rond 1800 op vernieuwende wijze in Engelse stijl ontworpen door J.D. Zocher Sr. Zocher liet bij de ruïnes ook treurwilgen planten.[5] Zo'n 30 jaar later paste Hendrik van Lunteren het ontwerp van het park ingrijpend aan; van het oorspronkelijke ontwerp van Zocher is hierdoor tegenwoordig niet veel meer zichtbaar. Na de stadsuitbreiding van 1878 gaf de Vlaamse tuinarchitect Lieven Rosseels het park in 1886 nogmaals vrij drastisch opnieuw vorm. Er kwam nu ook een brug over de Voerweg naar het Kelfkensbos, naar een ontwerp van Jan Jacob Weve.[6] Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden er tegen de heuvel aan drie bunkers gebouwd. Twee daarvan zijn in 1980 weer afgebroken. Het park zelf liep geen oorlogsschade van echte betekenis op.[7] In 1980 werd op het Kelfkensbos een Romeinse godenpijler van keizer Tiberius gevonden. In 1999 werd hier het Museum Het Valkhof geopend, naar een ontwerp van Ben van Berkel. Anno 2018 werd een Stauferstele opgericht op het Valkhof.[8] Belangenvereniging en geplande restauratiesIn 1978 werd de Valkhofvereniging opgericht, die zich ten doel stelt de resten van het Valkhof te beschermen en toegankelijk te maken. In de periode 2005-2018 zijn er meerdere plannen op tafel gegooid om de burcht (in ieder geval de donjon) te herbouwen, maar geen daarvan heeft het tot dusver gehaald. Men is bang dat de rest van het Valkhof hierdoor teveel van zijn waarde als een van de oudste Nederlandse stadsparken zou verliezen.[7] EvenementenHet park is sinds de jaren 90 de belangrijkste locatie van het muziekfestival De Affaire. Latijnse inscriptiesTwee balustrades aan de noordzijde zijn voorzien van Latijnse teksten, die eerder werden verwijderd en later weer zijn herplaatst.[9] De eerste tekst, op een balustrade bij de Sint-Nicolaaskapel, is van Constantijn Huygens. Deze tekst luidt:
("Hier stond Claudius[noten 1] en zag hij knarsetandend met grimmige blik de adelaars en de wrekende troepen naderen")
("Welke plaats zult gij tonen die deze [vier rivieren] tezamen kan tonen?").[7] RijksmonumentHet Valkhof vormt samen met de Barbarossa-ruïne en de Sint Nicolaaskapel rijksmonument nummer 31192.
Afbeeldingen
Literatuur
Zie ookExterne links
Bronnen, noten en/of referenties
Noten
Zie de categorie Valkhof, Nijmegen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|
Portal di Ensiklopedia Dunia