Paddenkopschildpadden

Paddenkopschildpadden
Deze juvenielen van de donkere paddenkopschildpad (Phrynops geoffroanus) zijn ongeveer 2 maanden oud.
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Testudines (Schildpadden)
Onderorde:Pleurodira (Halswenders)
Familie:Chelidae (Slangenhalsschildpadden)
Geslacht
Phrynops
Wagler, 1830
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Paddenkopschildpadden op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Paddenkopschildpadden[1] (Phrynops) zijn een geslacht van schildpadden uit de familie slangenhalsschildpadden (Chelidae).

Naam en indeling

De wetenschappelijke naam van de groep werd voor het eerst voorgesteld door Johann Georg Wagler in 1830. De soorten werden eerder aan andere geslachten toegekend, zoals Emys, Platemys en het niet langer erkende Hydraspis.[2] De geslachtsnaam Phrynops betekent vrij vertaald 'padachtig' en is afgeleid van de Griekse woorden phryne (pad) en ops (lijkend op).[bron?]

Uitgestorven vertegenwoordigers zijn onder andere bekend uit het Mioceen en Plioceen van Argentinië en zijn tot negen miljoen jaar oud.[3] Er zijn vier soorten, lange tijd was het geslacht soortenrijker en telde het meer dan tien soorten. De groep werd toentertijd verdeeld in drie ondergeslachten waarvan Batrachemys en Mesoclemmys later als aparte geslachten werden beschouwd.[4]

Soorten

Het geslacht omvat de volgende soorten, met de auteur en het verspreidingsgebied.

Naam Auteur Verspreidingsgebied
Donkere paddenkopschildpad (Phrynops geoffroanus) Schweigger, 1812 Zuid-Amerika; Venezuela, Colombia, Ecuador, Peru, Brazilië, Bolivia, Paraguay, Argentinië
Kikkerkopschildpad (Phrynops hilarii) Duméril & Bibron, 1835 Zuid-Amerika; Brazilië, Uruguay, Argentinië, Paraguay
Phrynops tuberosus Peters, 1870 Zuid-Amerika; Venezuela, Colombia, Peru, Brazilië, Bolivia, Argentinië, mogelijk in Guyana
Phrynops williamsi Rhodin & Mittermeier, 1983 Zuid-Amerika; Brazilië, Uruguay, Argentinië, Paraguay

Uiterlijke kenmerken

Paddenkopschildpadden hebben een kenmerkende, afgeplatte kop en grote, uitpuilende ogen die wat meer aan de bovenzijde van de kop zijn gepositioneerd. Daarnaast hebben ze een brede bek, waardoor de kop met enige fantasie lijkt op de kop van een pad, wat de wetenschappelijke en de Nederlandstalige naam verklaart. Zoals alle slangenhalsschildpadden kan de nek niet volledig worden teruggetrokken in het schild. Bij de Phrynops-soorten is de nek duidelijk verlengd, maar niet zo extreem als bekend is van andere geslachten uit de familie slangenhalsschildpadden.

Het schild heeft een variabelen kleur en kan bruin tot grijs of zwart zijn, op het schild zijn vaak gele strepen aanwezig die ook terug kunnen komen aan de kop. De schildlengte is ongeveer 33 tot 40 centimeter, het buikschild heeft een gele kleur met donkere vlekken en een duidelijke inkeping aan de achterzijde.[5]

Verspreiding en habitat

De soorten komen voor in delen van Zuid-Amerika en leven in de landen Venezuela, Colombia, Ecuador, Peru, Brazilië, Bolivia, Paraguay, Argentinië en Uruguay, Phrynops tuberosus komt daarnaast mogelijk voor in Guyana. Paddenkopschildpadden delen grote stukken van het verspreidingsgebied met de vier Acanthochelys-soorten.

De habitat bestaat uit tropische en gematigde bossen, de dieren leven hier in rivieren, hoefijzermeren en moerassen, soms in snelstromend water met een rotsige bodem.[5]

Beschermingsstatus

Door de internationale natuurbeschermingsorganisatie IUCN is alleen aan Phrynops williamsi een beschermingsstatus toegewezen. Deze soort wordt beschouwd als 'kwetsbaar' (Vulnerable of VU).[6]

Bronvermelding