Met de Oxyrhynchus Papyri wordt een grote groep handschriften aangeduid, die is ontdekt door archeologen (waaronder met name Bernard Pyne Grenfell en Arthur Surridge Hunt) op een afvalstortplaats bij de antieke stad Oxyrhynchus in Egypte (tegenwoordig heet de plaats El-Bahnasa). De handschriften zijn vervaardigd in de eerste tot de zesde eeuw AD. Ze bestaan uit duizenden Griekse en Latijnse documenten, brieven en werken uit de literatuur. Er zijn ook een paar beschreven vellum, perkamenten manuscripten, en minder oude Arabische manuscripten op papier, bijvoorbeeld het Middeleeuwse P. Oxy. VI 1006). Het grootste deel van de Oxyrhynchus papyri wordt bewaard in de Art, Archaeology and Ancient World Library in Oxford.
Literaire vondsten
Aanvankelijk hoopte men veel verloren literaire werken uit de Oudheid te vinden. Hoewel dit niet is uitgekomen, zijn er toch veel belangrijke Griekse teksten aan het licht gekomen. Hieronder zijn gedichten van Pindarus, fragmenten van Sappho en Alcaeus; en grotere stukken van Alcman, Ibycus en Corinna.
Er zijn ook uitgebreide stukken van de Hypsipyle van Euripides, fragmenten van de komedies van Menander, en een groot deel; van de Ichneutae van Sophocles.[1] Ook werden de oudste en meest complete diagrammen gevonden uit elementen van Euclides. Een belangrijke vondst was ook het historische werk dat we kennen als Hellenica Oxyrhynchia, de schrijver daarvan is onbekend, maar kan goed Ephorus zijn, of zoals men tegenwoordig vaak denkt, Cratippus. Een biografie van Euripides door Satyrus Peripates is ook opgegraven. De epitome van zeven van de 107 verloren boeken van Livius is de belangrijkste Latijnse vondst.
De klassieke auteur die het meest geprofiteerd heeft van de vondsten bij Oxyrhynchus is de Atheense toneelschrijver Menander (342 -291 v.Chr). Zijn blijspelen waren in de Hellenistische periode erg populair en worden vaak aangetroffen op papyrusfragmenten. Spelen van Menander waarvan fragmenten zijn aangetroffen in Oxyrhynchus zijn onder andere Misoumenos, Dis Exapaton, Epitrepontes, Karchedonios, Dyskolos en Kolax. De werken die gevonden zijn, hebben het aanzien van Menander onder classici en deskundigen op het gebied van Grieks toneel flink doen stijgen.
Online staat een lijst ter beschikking waarop kort de inhoud van elke papyrus of fragment te zien is.[2]
Theologische handschriften
Onder de Christelijke teksten die in Oxyrhynchus gevonden zijn, waren fragmenten van oude niet-canonieke Evangeliën, Oxyrhynchus 840 (3e eeuw AD) en Oxyrhynchus 1224 (4e eeuw AD). Andere teksten die te Oxyrhynchus gevonden zijn, bevatten gedeelten van
Matteüs 1; (3e eeuw); Papyrus 2 en (P401) , hoofdstuk 11, 12 en 19 (3e, 4e eeuw: P2384,2385;
en verder de Apocalyps van Baruch (hoofdstuk 12- 14; 4e or 5e eeuw: P403); het Evangelie van de Hebreeën (3e of 4e eeuw P655); De herder van Hermas (3e of 4e eeuw: P404), en een werk van Irenaeus van Lyon, (3e eeuw: P405). Er zijn nog vele andere delen van andere canonieke boeken, en vele oude christelijke liederen, gebeden en brieven gevonden.
Hieronder volgt een lijst van alle handschriften uit de Oxyrhynchus Papyri die ingedeeld zijn als theologisch. Sommige handschriften die eigenlijk bij meer genres horen, worden hier ook weergegeven. Het citaat uit Psalm 90 (P. Oxy. XVI 1928) dat bij een amulet hoort, is wel geclassificeerd als magische tekst in de Oxyrhynchus Papyri, maar hoort ook bij de tekstgetuigen van het Oude Testament. In elk deel dat theologische handschriften bevat, worden zij als eerste opgesomd, volgens een Engelse traditie, waarin de theologie voorop gaat aan de universiteit.
Oude Testament
De oorspronkelijke Hebreeuwse Bijbel (Tenach) is tussen de derde en de eerste eeuw voor Christus in het Grieks vertaald.
Deze vertaling heet de Septuagint (of LXX, allebei is dat 70 in het Latijn), omdat ze volgens de traditie in Alexandrië door 72 Joodse geleerden vervaardigd is.
De Septuagint wordt in het Nieuwe Testament geciteerd en bevindt zich samen met het Nieuwe Testament in de grote codices van de vierde eeuw, zoals de codex Vaticanus enzovoorts. De Septuagint bevat ook boeken die door protestanten apocrief, omstreden, genoemd worden, en door katholieken deuterocanoniek.
Het eerste nummer (Vol) is het nummer van het deel van Oxyrhynchus Papyri waarin het manuscript is gepubliceerd.
Het tweede nummer (Oxy) is het algemene nummer dat aangeeft de hoeveelste publicatie dat was in Oxyrhynchus Papyri.
Standaard worden de citaten uit de Oxyrhynchus papyri aangegeven als:
P. Oxy. <volume in Romeinse cijfers> <nummer van de volgorde van publicatie>.
Uit de context kun je altijd opmaken of met “LXX” volume 70 van de Oxyrhynchus Papyri of de Septuagint bedoeld wordt.
P. Oxy. VIII 1073 is een Oud Latijnse versie van Genesis de andere zijn handschriften van de Septuagint.
Data zijn afgerond naar boven op 50 jaar.
Voor zover bekend is de inhoud weergegeven.
Vol
Oxy
Datum
Inhoud
Instelling
Stad, Staat
Land
IV0
656
150
Gen 14:21–23; 15:5–9; 19:32–20:11; 24:28–47; 27:32–33, 40–41
Men noemt een boek apocrief, (A) wanneer sommige kerken het tot het Oude Testament, dat wil zeggen, tot de canon rekenen en de andere niet. Voorts rekenen de Rooms-Katholieke Kerk en de oosters-orthodoxe kerken een aantal boeken tot de canon die deuterocanoniek genoemd worden. Deze boeken worden door protestanten ook vaak apocrief genoemd (D).
PP. Oxy. XIII 1594 end LXV 4444 zijn perkamenten (in de tabel staat "vellum").
Beide kopieën van Tobit zijn verschillende edities die elk ook weer verschillen van de ons bekende Septuagint tekst (in de tabel staat "niet LXX").
De Oxyrhynchus Papyri vormen de grootste subgroep van de oudste kopieën van het Nieuwe Testament. Deze fragmenten zijn wat ons rest van codices (boeken), die met Griekse hoofdletters geschreven zijn op papyrus. De eerste voorbeelden hiervan zijn rond 1900 opgegraven door Bernard Pyne Grenfell en Arthur Surridge Hunt in Oxyrhynchus Egypte. Van de 126 geregistreerde papyri van het Nieuwe Testament, komen er 50 (40%) uit Oxyrhynchus. De oudste papyri dateren uit het midden van de tweede eeuw.
Grenfell en Hunt ontdekten de eerste papyrus (Papyrus 1) van het Nieuwe Testament al op de tweede dag van de opgraving, in de winter van 1896–7. Deze werd, samen met de andere oude ontdekkingen, gepubliceerd in 1898, in het eerste deel (volume) van het werk dat nu uit 70 delen (volumes) bestaat: The Oxyrhynchus Papyri.[4]
De derde kolom (CRG) geeft de standaardnummering van Gregory-Aland), die algemeen geaccepteerd is.
Papyrus geeft aan dat het een handschrift op papyrus betreft, begint het nummer met een nul dan is het geschreven op perkament.
Handschriften van het Nieuwe Testament kunnen worden aangeduid met alleen het GRC nummer.
De inhoud wordt gegeven met de nauwkeurigheid van een hoofdstuk; verzen worden niet weergegeven.
Over elke papyrus is een uitvoeriger artikel aanwezig.
Tot de Oxyrhynchus Papyri verzameling behoren ongeveer twintig handschriften van Apocriefen van het Nieuwe Testament, die ontstaan zijn in de vroegste periode van het christendom en de indruk maken bij de Bijbel te horen, maar die niet als zodanig aanvaard zijn door de orthodoxie. De werken die gevonden zijn in Oxyrhynchus bevatten onder meer Evangeliën, zoals het Evangelie van Thomas (Nag Hammadi), het Evangelie van Maria, van Petrus, en van Jacobus, De herder van Hermas, en de Didachè.
Tot deze verzameling horen ook handschriften van onbekende evangeliën. De drie handschriften van Thomas zijn de enige getuigen van Griekstalige handschriften van dit werk; daarnaast is er alleen een bijna volledig Koptisch handschrift bekend dat in Nag Hammadi gevonden is.[6] P. Oxy. 4706, een manuscript van De herder van Hermas, is opmerkelijk, omdat deskundigen vaak van mening zijn dat de twee gedeelten onafhankelijk van elkaar gecirculeerd hebben; hier werden de visioenen en de geboden echter op één rol gevonden.[7]
P. Oxy. V 840 and P. Oxy. XV 1782 zijn perkamenten;
2949?, 3525, 3529?, 4705, en 4706 zijn boekrollen, de rest codices.
drie libelli (bewijzen dat men een heidens offer heeft gebracht en dus niet vervolgd hoeft te worden) zijn voorzien van een datum, alle in het jaar 250, twee op de maand, een op de dag;
een arrestatiebevel voor een christen is gedateerd op 28 februari 256.
↑Sophocles' Ichneutae werd in 1988 ingepast in een toneelstuk dat de Speurders van Oxyrhynchus was genoemd en geschreven was door de Britse dichter en schrijver Tony Harrison, met Grenfell en Hunt als hoofdrollen.
↑Philip W Comfort and David P Barrett. The Text of the Earliest New Testament Greek Manuscripts. Wheaton, Illinois: Tyndale House Publishers Incorporated, 2001.
↑4494. Gearchiveerd op 20 maart 2012. Geraadpleegd op 15 mei 2011.
↑Kirby, Peter. "Evangelie of Thomas" (2001-2006) earlychristianwritings.com Retrieved June 30, 2007.
↑Barbantani, Silvia. "Review: Gonis (N.), Obbink (D.) [et al.] (edd., trans.) The Oxyrhynchus Papyri. Volume LXIX. (Graeco-Roman Memoirs 89.)" (2007) The Classical Review, 57:1 p.66 Cambridge University PressDOI:10.1017/S0009840X06003209