Kerpen (Noordrijn-Westfalen)
Kerpen is een stad en gemeente in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, gelegen in de Rhein-Erft-Kreis. De gemeente telt 65.802 inwoners (31 december 2020)[1] op een oppervlakte van 113,90 km². De stad noemt zichzelf, vanwege de connectie met Adolph Kolping, ook in officiële documenten Kolpingstadt Kerpen. DelenKerpen bestaat uit de volgende delen. Deze hebben vanwege hun ligging een zekere zelfstandigheid behouden:
BevolkingscijfersTotale bevolking volgens de gemeentewebsite[2] 2020[3]: 67.966 personen. Per Stadtteil:
Geografie, infrastructuur
Kerpen ligt ten dele in het Rijnlands bruinkoolgebied. Drie dorpen in de gemeente zijn "nieuwe" nederzettingen, gebouwd in de plaats van drie vanwege de bruinkoolwinning in dagbouw gesloopte dorpen. De "nieuwe dorpen", Manheim-neu (bouwjaren 2016-2022), Neubottenbroich (vanaf 1953) en Mödrath (vanaf 1964), zijn op bovenstaande kaart in de kleur roze aangegeven. Ligging van de plaatsen ten opzichte van elkaarKerpen is op de landkaart een heterogeen geheel, dat door de midden in de gemeente op Kreuz Kerpen elkaar kruisende Autobahnen A4 (west-oost) en A61 (noordwest-zuidoost) als het ware in vier "kwartieren" wordt verdeeld:
Door Horrem, en in het zuidoosten tussen de A61 en de dorpen Türnich-Balkhausen-Brüggen in, loopt de rivier de Erft, die in de gemeente hier en daar in stadsparken en recreatieterreinen is ingepast, maar waarvan het oevergebied op andere plekken een natuurreservaat vormt. WegverkeerTen noordoosten van Kerpen kruisen de autosnelwegen A4 (van west naar oost: Aken - Görlitz) en de A61 (van noord naar zuid: Venlo - Hockenheim) elkaar. De A61 loopt direct langs de oostrand van Sindorf en Kerpen-stad. De A4 is rond 2014 nabij Buir vanwege de bruinkoolwinning ruim 1,5 km zuidwaarts verlegd. Te Horrem begint een oostwaarts naar Keulen lopend gedeelte van de Bundesstraße 55. In het zuiden van de gemeente, o.a. bij Blatzheim en Türnich, loopt de Bundesstraße 264. Afritten van de Autobahnen in de gemeente Kerpen zijn de nummers 7b, 8 en 9 van de A4, en de nummers 20 en 21 van de A61. Door de gemeente lopen verder tal van goede provinciale wegen e.d. Parallel aan de spoorlijn Aken-Keulen loopt door de gemeente een deel van een 91 km lang langeafstands-fietspad Aken-Keulen, dat ook door forensen wordt gebruikt.. Openbaar vervoerDe gemeente heeft drie treinstations aan de spoorlijn Keulen - Aken, van west-zuidwest naar oost-noordoost: Station Buir, Station Sindorf en Station Horrem. Op dit laatste station takt een kleine spoorlijn noordwaarts naar Bergheim af. Op de stations Buir en Sindorf stoppen alleen de treinen van (sedert 2020: lijn S19 van) de S-Bahn van Keulen, op station Horrem ook andere treinen. Vanuit Kerpen-stad rijden regelmatig bussen naar station Sindorf en naar Keulen. Verder rijden er enige ieder uur rijdende stadsbusdiensten, en veel scholierenlijnen, die alleen 's morgens vroeg naar, en in de namiddag enkele malen van de scholen terug rijden, tussen de diverse plaatsen in de gemeente. EconomieDe bruinkoolwinning van het Rijnlands bruinkoolgebied heeft vele decennia lang een stempel gedrukt op de economie van de gemeente Kerpen. Het belang hiervan loopt sedert 2015 terug. Toch wonen en werken er nog veel mensen uit de bruinkoolmijnen in de stad, en is de invloed van het hiervoor verantwoordelijke energieconcern RWE nog groot. Aan de zuidrand van Sindorf, bij de A4, staat op een zeer groot bedrijventerrein een vestiging van het Amerikaanse concern Visteon. Er worden auto-onderdelen, met name instrumenten en elektronica voor de besturing en bediening van auto's gemaakt. Het bedrijf heeft veel Europese en Aziatische autofabrikanten als klant. Te Sindorf werkten in 2014 meer dan 750 mensen in dit bedrijf. Ook is Boll & Kirch, een wereldwijd opererend concern, dat automatisch zelfreinigende filters voor de behandeling van brandstof, smeerolie en water maakt, te Sindorf gevestigd. Dit bedrijventerrein huisvest verder veel midden- en kleinbedrijf, waaronder opvallend veel grote kledingwinkels. Ook de grote Britse IT-onderneming Computacenter en het telecomconcern Vodafone hebben te Kerpen-Sindorf een filiaal, met enige honderden werknemers. Blatzheim grenst in het zuiden direct aan de grote luchtmachtbasis van Nörvenich. Te Blatzheim wonen veel daar werkzame beroepsmilitairen. In alle stadsdelen van de gemeente staan na ca. 1970 ontstane woonwijken, waar mensen zijn gehuisvest, die in omliggende steden, met name Keulen en Düren, of in de nabije bruinkoolgroeven werken. Zodoende kan men de gemeente Kerpen als woonforensengemeente aanmerken. Kerpen heeft een Amtsgericht. Geschiedenis Zie Rijksgraafschap Kerpen en Lommersum voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Kerpen wordt in een document uit het jaar 871 als „Kerpinna“ voor het eerst schriftelijk vermeld. Er ontstond een koningshof, dat rechtstreeks eigendom was van de koningen van het Heilige Roomse Rijk. Een plaatselijke heer, Wenemar von Gymnich, had het van de koning gekocht en verkocht het met koninklijke toestemming samen met het aangrenzende Mödrath, in 1282 aan hertog Jan I van Brabant. Van 1282 tot de Franse annexatie in 1795 behoorde Kerpen tot het hertogdom Brabant. In januari 1579 werd het kasteel van Kerpen kortstondig door Geuzen ingenomen met plundering en brandschatting tot gevolg. Tijdens het Beleg van Kerpen werd door het Spaanse leger onder Cristóbal de Mondragón met harde hand een einde gemaakt aan bezetting en wangedrag. In de late 16e, 17e en 18e eeuw verkreeg Kerpen, onderdeel van de Spaanse Nederlanden, waar in het kasteel vaak Spaanse soldaten gelegerd waren, in de omstreken de bijnaam Klein Spanje. De burcht van Kerpen verviel in de 18e eeuw tot een ruïne, waarvan de stenen uiteindelijk gerecycled werden voor woning- en wegenbouw en die in de 19e eeuw geheel verdween. De meeste andere plaatsen in de huidige gemeente behoorden in de middeleeuwen tot eerst het graafschap Gulik en later het hertogdom Gulik. In 1641, in de Dertigjarige Oorlog, werd Buir door vijandelijke troepen veroverd, platgebrand en gedeeltelijk uitgemoord, maar later weer opgebouwd. De plaatsen Blatzheim en Brüggen lagen in de middeleeuwen echter in het prinsbisdom Keulen.[4] Na de val van Napoleon Bonaparte in 1815 wees het Congres van Wenen alle gebieden van de huidige gemeente aan het koninkrijk Pruisen toe. In 1841 werd de spoorlijn van Keulen naar Aken geopend, met stations in Buir en Horrem. Te Türnich bestond reeds in de 19e eeuw bruinkoolwinning; in het dorp stond een grote brikettenfabriek. Na de Eerste Wereldoorlog behoorde Kerpen tot het gedeelte van het Rijnland, dat door Britse troepen bezet was. In 1941 verkreeg Kerpen het stadsrecht. In de Tweede Wereldoorlog werden Kerpen en omgeving voor 42% verwoest door geallieerde luchtbombardementen; daarbij viel een onbekend aantal burgerslachtoffers. De diverse stadsdelen werden pas bij de gemeentelijke herindelingen van 1975 samengevoegd tot de huidige gemeente Kerpen. Natuur
Ten oosten van Kerpen bevindt zich het Naturpark Rheinland, tot 2005 geheten: Naturpark Kottenforst-Ville (1.045 km²). Hiertoe behoren ook de gebieden, waar na het sluiten van bruinkoolgroeven landschapsherstel plaats heeft. Dit strekt zich uit van Bedburg in het noorden, via Erftstadt, tot dicht bij Ahrweiler in het zuiden. Ook het dal van de rivier de Erft, dat de gemeente doorsnijdt, behoort hiertoe. Dit dal is in de gemeente hier en daar in stadsparken en recreatieterreinen ingepast, maar elders is het oevergebied een natuurreservaat.[5] Er komen veel zeldzame vogels en insecten voor. Op enkele plekken langs de Erft heeft zich ooibos ontwikkeld. In de gemeente zijn, vooral dankzij het voortijdig staken van de bruinkoolwinning in de bruinkoolgroeve Hambach aan de noordrand van de gemeente, enige restanten van het legendarische Bürgewald (zie: Arnoldsweiler) behouden gebleven. Bezienswaardigheden
Gebouwen:
Musea:
Overige:
Belangrijke personen in relatie tot de gemeenteGeboren
Overleden
Partnersteden
Afbeeldingen
Externe link
Zie de categorie Kerpen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia