Tengyur
De tengyur Vertaling van het onderricht is het tweede deel van de canon van het Tibetaans boeddhisme. Het bevat vooral commentaren op de tekst van de kangyur Vertaling van het Woord . Ook de Bönreligie kent een kangyur en een tengyur. Tengyur van Tibetaans boeddhismeDe inhoud van de tengyur bevat een verzameling verhalen, de commentaren op de tantra sectie en de soetra sectie van de kangyur. Er zijn teksten die verband houden met de Abhidharma, Vinaya, Madhyamika en Vijnanavada . De teksten die vallen onder de soetra sectie van de tengyur zelf zijn niet altijd commentaren op de soetra sectie van de kangyur. Dit zijn teksten die verondersteld worden hun eigen autoriteit en gezag te hebben. Zij handelen onder meer over logica, grammatica, lexicografie, poëzie, drama, geneeskunde, astrologie, divinatie, schilderkunst en hagiografieën van heilige personen. De opname van deze teksten in de tengyur wordt meestal gerechtvaardigd met de stelling, dat dit noodzakelijke hulpmiddelen zijn in de praktijk en uitvoering van het geloof. De studie van de geschiedenis van de tengyur heeft tot nu toe minder wetenschappelijke aandacht gekregen dan die van de studie van de tangyur. Het huidige inzicht is echter dat de tot nu toe bekende versies van de tengyurs een grotere mate van uniformiteit hebben dan de diverse kangyurs. De min of meer definitieve compilatie van de tengyur vond rond 1350 plaats. De tengyur bevat 224 delen.
De Tengyur van de BönDe tengyur van de Bön omvat 131 delen van commentaren op de vier secties van de kangyur van de Bön. Het handelt hier om commentaar op teksten die in het historisch perspectief van de Bön gesitueerd worden voor eind tiende eeuw. Deze commentaren waren omstreeks 1450 voltooid. Daarnaast bevat deze tengyur nog eens 169 delen die commentaar geven op teksten uit de periode die ook in hun historisch perspectief dateren van na de tiende eeuw toen de Bön zich ontwikkelde tot boeddhistische religie. Onderdeel van de tengyur is een commentaar op de belangrijkste tekst van de kangyur van de Bön, de Mondelinge overlevering uit Zhangzhung . De min of meer definitieve compilatie van deze tengyur was omstreeks 1840 gereed en was vooral het werk van de tweeëntwintigste Menri trizen, de geestelijk leider van de Bön. Deze tengyur kent drie secties.
Het belang van deze teksten is dat ze het historisch perspectief van de bön illustreren. Dat perspectief verschilt fundamenteel van dat in teksten van het Tibetaans boeddhisme .In die teksten wordt de introductie van het boeddhisme in Tibet als een zegen gezien, voorbestemd door Gautama Boeddha en uitgevoerd door leraren uit India. De boeddhistische teksten beschrijven allemaal de opvatting dat Tibet en zijn inwoners pas een hoger moreel niveau bereikten alsmede zaken als een schriftsysteem als gevolg van de bekering tot het boeddhisme. Tibet werd toen een geciviliseerd land. In de literatuur van de bön wordt een heel ander beeld geschetst. In die teksten was de bön de nationale religie van het land en was het de grondslag voor de macht van de koning en het welzijn van het land. De Dragpa lingdrag is een van de belangrijkste van die teksten. Bronnen, noten en/of referenties
(en) Stanley, D. Philip, (2005) ´ The history of the Tengyur´ The Tibetan & Himalayan Library. |