Jacob van TienenJacob van Tienen (fl. 1372-1410) was een groot Brabants steenhouwer-bouwmeester. In andere documenten is hij vermeld als Jacob van Gobertingen, wat zijn oorspronkelijke naam was (in Tienen kende men het gehucht Gobertingen, maar in de andere steden waar hij actief was niet).[1] Hij werkte soms samen met zijn broer Hendrik van Gobertingen, die eveneens architect was. De broers leverden witte kalkzandsteen uit de lokale groeven. Ze leerden het architectenvak in de bouwloods van Jean d'Oisy, een bouwmeester uit Henegouwen die aan de Tiense kerk werkte. Na eerst indruk te hebben gemaakt met het kappen van het fijne sculpteerwerk aan kraagstenen en portaalbaldakijnen,[2] kreeg Jacob vanaf 1362 de leiding over de werf en nam hij nog een tiental jaar later over als bouwmeester. Weer enige jaren later werd hij gevraagd in Brussel en Antwerpen om delen te ontwerpen van wat later de kathedralen zouden worden in deze steden. In Brussel was hij volgens sommigen al vanaf 1375 actief, maar zekerheid is er pas vanaf 1388 met zijn inschrijving bij de meesters van de Brusselse steenbickeleren. Zijn afwezigheid leidde uiteindelijk tot ontevredenheid in Tienen, waar de kerkmeesters boden stuurden om hem te ontbieden.[3] Klaarblijkelijk was dit de reden waarom hij in 1396 ontslag nam m.b.t. Ten Poel. In Sint Goedele nam Jacob van Tienen een lopende werf over, maar het stadhuis van Brussel heeft hij quasizeker van de grond af ontworpen. Hij is als eerste vermeld in de bewaarde stadsrekening van 1405, belast met het maken van gedetailleerde plannen en van berderen (houten profielen van elk gebouwonderdeel ten behoeve van de werklieden).[4] Van 1401 tot 1405 werden de zijgevel, linkervleugel en torenromp opgetrokken en na zijn overlijden werkte men nog tot 1421 voort aan de toren.[5] Toen beschouwde men het stadhuis als voltooid (dus zonder de huidige spits en rechtervleugel). Van Tienen had een origineel decoratieschema ingevoerd door beeldnissen op de muurdammen tussen de vensters te combineren met een rij aaneengesloten beeldnissen op een band tussen de verdiepingen. In 1405-1406 stond Jacob terug op de betaalrol in Tienen om Ten Poel af te werken, maar hij was nog steeds afwezig.[6] Hij kwam uiteindelijk ter plaatse in 1410 om de plannen voor het voltooien van de toren te maken. Kort nadien moet hij gestorven zijn. Werk (selectie)Als bouwmeester heeft Jacob van Tienen het volgende op zijn actief:
Externe linkLiteratuur
Voetnoten
|
Portal di Ensiklopedia Dunia