Europese kampioenschappen kunstschaatsen 1961De Europese Kampioenschappen kunstschaatsen zijn wedstrijden die samen een jaarlijks terugkerend evenement vormen, georganiseerd door de Internationale Schaatsunie (ISU). De kampioenschappen van 1961 vonden van 26 tot en met 29 januari plaats in West-Berlijn. Het was de zevende keer dat een EK kampioenschap in Berlijn plaatsvond, eerder werden de kampioenschappen voor de mannen van 1893, 1900, 1907, 1910 en 1930 er gehouden en de gezamenlijke kampioenschappen van 1936. Het was de twaalfde keer dat een EK kampioenschap in (West-)Duitsland plaatsvond, eerder waren ook Hamburg (1891), Bonn (1905), Triberg im Schwarzwald (1925),Dortmund (1953) en Garmisch-Partenkirchen (1960) gaststad voor een EK. Voor de mannen was het de 53e editie, voor de vrouwen en paren was het de 25e editie en voor de ijsdansers de achtste editie. HistorieDe Duitse en Oostenrijkse schaatsbond, verenigd in de "Deutscher und Österreichischer Eislaufverband", organiseerden zowel het eerste EK Schaatsen voor mannen als het eerste EK Kunstschaatsen voor mannen in 1891 in Hamburg, in toen nog het Duitse Keizerrijk, nog voor het ISU in 1892 werd opgericht. De internationale schaatsbond nam in 1892 de organisatie van het EK kunstschaatsen over. In 1895 werd besloten voortaan het WK kunstschaatsen te organiseren en kwam het EK te vervallen. In 1898, na twee jaar onderbreking, vond toch weer een herstart plaats van het EK kunstschaatsen. De vrouwen en paren zouden vanaf 1930 jaarlijks om de Europese titel strijden. De ijsdansers streden vanaf 1954 om de Europese titel in het kunstschaatsen. DeelnameEr namen deelnemers uit twaalf landen deel aan deze kampioenschappen. Zij vulden 64 startplaatsen in de vier disciplines in. Voor Nederland nam Wouter Toledo (voor de derde keer) deel in het mannentoernooi en Sjoukje Dijkstra (voor de zesde keer) en debutante Willie ten Hoopen namen deel in het vrouwentoernooi. (Tussen haakjes het totaal aantal startplaatsen over de disciplines.)
Medaille verdelingBij de mannen prolongeerde Alain Giletti de Europese titel, het was zijn vijfde titel, ook van 1955-1957 werd hij Europees kampioen. Het was zijn negende opeenvolgende medaille, in 1953, 1954 en 1958, 1959 werd hij tweede. Zijn landgenoot Alain Calmat op plaats twee veroverde zijn tweede medaille, in 1958 werd hij derde. Manfred Schnelldorfer op de derde plaats veroverde zijn tweede medaille, in 1960 werd hij ook derde. Bij de vrouwen prolongeerde Sjoukje Dijkstra de Europese titel, het was haar derde medaille, in 1959 werd ze tweede. Regine Heitzer eindigde net als in 1960 op de tweede plaats, het was haar tweede EK medaille. Jana Mrázková op plaats drie veroverde haar eerste EK medaille. Bij de paren veroverden Marika Kilius / Hans-Jürgen Bäumler voor de derde opeenvolgende keer de Europese titel, het was hun derde gezamenlijke medaille. Voor Kilius was het haar zesde medaille, van 1955-1957 werd ze met Franz Ningel derde. Het duo op plaats twee, Margret Gobl / Franz Ningel, wonnen gezamenlijk hun tweede medaille, in 1960 werd het paar derde. Het was Ningel zijn vijfde medaille. Het Oost-Duitse paar Margrit Senf / Peter Gobel veroverden hun eerste EK medaille. Bij het ijsdansen stond Courtney Jones voor de vijfde opeenvolgende keer op plaats één, in 1957 en 1958 stond hij hier met June Markham en in 1959, 1960 en dit jaar met Doreen Denny. Het was zijn zesde medaille, in 1958 werd hij, met Markham, tweede. Het Franse paar Christiane Guhel / Jean Paul Guhel op plaats twee wonnen hun derde medaille, ook in 1960 werden ze tweede en in 1959 derde. Het debutanten paar Linda Shearman / Michael Phillips eindigden op de derde plaats.
Uitslagen
Bronnen, noten en/of referenties
|