Europese kampioenschappen kunstschaatsen 1950

De Europese kampioenschappen kunstschaatsen 1950 was de 42e editie voor de mannen en de veertiende editie voor de vrouwen en paren van het jaarlijks evenement dat georganiseerd wordt door de Internationale Schaatsunie (ISU).

De kampioenschappen van 1950 vonden plaats van 17 tot en met 19 februari in Oslo. Het was na de mannentoernooien van 1913 en 1923 in het toen nog Kristiana geheten Oslo de derde keer dat een EK-kampioenschap hier plaatsvond. Het was het vierde toernooi dat in Noorwegen plaatsvond, in 1898 was Trondheim gaststad.

Historie

De Duitse en Oostenrijkse schaatsbond, verenigd in de "Deutscher und Österreichischer Eislaufverband", organiseerden zowel het eerste EK schaatsen voor mannen als het eerste EK kunstschaatsen voor mannen in 1891 in Hamburg, in toen nog het Duitse Keizerrijk, nog voor het ISU in 1892 werd opgericht. De internationale schaatsbond nam in 1892 de organisatie van het EK kunstschaatsen over. In 1895 werd besloten voortaan het WK kunstschaatsen te organiseren en kwam het EK te vervallen. In 1898, na twee jaar onderbreking, vond toch weer een herstart plaats van het EK kunstschaatsen.

De vrouwen en paren zouden vanaf 1930 jaarlijks om de Europese titel strijden. De ijsdansers streden vanaf 1954 om de Europese titel in het kunstschaatsen.

Deelname

Er namen deelnemers uit elf landen deel aan deze kampioenschappen. Zij vulden 34 startplaatsen in de drie disciplines in.

(Tussen haakjes het totaal aantal startplaatsen over de disciplines.)

Vlag van Tsjecho-Slowakije Tsjecho-Slowakije (6)
Vlag van Zwitserland Zwitserland (5)
Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk (4)
Vlag van Finland (1918-1978) Finland (2)
Vlag van Hongarije (1949-1956) Hongarije (2)
Vlag van Noorwegen Noorwegen (2)
Vlag van Oostenrijk Oostenrijk (2)
Vlag van Denemarken Denemarken (1)
Vlag van Frankrijk Frankrijk (1)
Vlag van Italië Italië (1)
Vlag van Zweden Zweden (1)

Medaille verdeling

In het mannentoernooi werd Ede Király de achttiende Europees kampioen, hij was de tweede Hongaar na Tibor von Földváry die in 1895 deze titel veroverde. Het was zijn tweede EK-medaille; in 1949 werd hij tweede. Helmut Seibt op plaats twee veroverde ook zijn tweede EK-medaille; in 1949 werd hij derde. Carlo Fassi op plaats drie veroverde de eerste medaille voor Italië bij het EK kunstrijden.

De beide vrouwen die in 1949 op de plaatsen twee en drie stonden, stonden dit jaar een trede hoger op het erepodium. Alena Vrzáňová werd de zesde vrouw die de Europese titel veroverde en ze was de eerste Tsjechoslowaakse die Europees kampioene werd. Het was haar derde EK-medaille: in 1948 werd ze derde en in 1949 tweede. Jeannette Altwegg op plaats twee veroverde haar tweede EK-medaille; in 1949 werd ze derde. Jacqueline du Bief op de derde plaats veroverde de eerste EK-medaille voor Frankrijk in het vrouwentoernooi.

Bij de paren veroverden Marianne Nagy/Lászlo Nagy als achtste paar de Europese titel. Het was hun tweede medaille: in 1949 werden ze tweede. Ze waren het vierde Hongaarse paar dat de Europese titel bij het kunstschaatsen won. Eliane Steinemann/Andre Calame op plaats twee veroverden de eerste EK-medaille voor Zwitserland bij de paren en Jennifer Nicks/John Nicks op plaats drie veroverden ook hun eerste EK-medaille.

Discipline Goud Zilver Brons
Mannen Vlag van Hongarije (1949-1956) Ede Király Vlag van Oostenrijk Helmut Seibt Vlag van Italië Carlo Fassi
Vrouwen Vlag van Tsjechië Alena Vrzáňová Vlag van Verenigd Koninkrijk Jeannette Altwegg Vlag van Frankrijk Jacqueline du Bief
Paren Vlag van Hongarije (1949-1956) Marianne Nagy / Lászlo Nagy Vlag van Zwitserland Eliane Steinemann / Andre Calame Vlag van Verenigd Koninkrijk Jennifer Nicks / John Nicks

Uitslagen

Mannen

Er deden zeven mannen uit zeven landen mee. Het hoogste aantal deelnamen stond dit jaar op naam van de Tsjech Zdenek Fikar: hij nam voor de vierde keer deel. De Deen Per Cock-Clausen nam voor de derde keer deel; al voor de oorlog (in 1938 en 1939) kwam hij uit in de mannentoernooien.

Nr. naam (deelname) land pc
Goud Ede Király (3) Vlag van Hongarije (1949-1956)
Zilver Helmut Seibt (3) Vlag van Oostenrijk
Brons Carlo Fassi (2) Vlag van Italië
4 Zdenek Fikar (4) Vlag van Tsjechië
5 Kurt Soenning Vlag van Zwitserland
6 Kalle Tuulos Vlag van Finland (1918-1978)
7 Per Cock-Clausen (3) Vlag van Denemarken

Vrouwen

Er deden vijftien vrouwen uit zeven landen mee. Vier vrouwen namen voor de vierde keer deel en acht vrouwen maakten hun EK-debuut. Lena Pietela was de eerste Finse vertegenwoordigster die aan het vrouwentoernooi deelnam.

Nr. naam (deelname) land pc
Goud Alena Vrzáňová (4) Vlag van Tsjechië
Zilver Jeannette Altwegg (4) Vlag van Verenigd Koninkrijk
Brons Jacqueline du Bief (2) Vlag van Frankrijk
4 Barbara Wyatt (4) Vlag van Verenigd Koninkrijk
5 Dagmar Lerchova (4) Vlag van Tsjechië
6 Beryl Bailey (3) Vlag van Verenigd Koninkrijk
7 Regula Arnold Vlag van Zwitserland
8 Alexandra Cerna Vlag van Tsjechië
9 Miloslava Tumova Vlag van Tsjechië
10 Gun Ericson (2) Vlag van Zweden
11 Suzanne Wirz Vlag van Zwitserland
12 Jolande Jobin Vlag van Zwitserland
13 Lena Pietila Vlag van Finland (1918-1978)
14 Björg Lohner Vlag van Noorwegen
15 Ingeborg Nilsson Vlag van Noorwegen

Paren

Er deden vijf paren uit vijf landen mee. Het paar Jennifer Nicks/John Nicks waren het paar met de meeste deelnamen achter hun naam; zij namen voor de vierde keer deel.

Nr. naam (deelname) land pc
Goud Marianne Nagy (3)
Lászlo Nagy (3)
Vlag van Hongarije (1949-1956)
Zilver Eliane Steinemann (2)
Andre Calame (2)
Vlag van Zwitserland
Brons Jennifer Nicks (4)
John Nicks (4)
Vlag van Verenigd Koninkrijk
4 Bela Zachová (2)
Jaroslav Zach (2)
Vlag van Tsjechië
5 Elly Staerck (3)
Harry Gareis (3)
Vlag van Oostenrijk
6 Soňa Burjanova
Miroslav Balůn
Vlag van Tsjechië