Anthonis de Roovere (Brugge, ca. 1430 – aldaar, 16 mei1482) was een schrijver voor de rederijkerskamerDe Heilige Geest in Brugge. Hij was metselaar en werd vanaf 1466 ook door de stad betaald als stadsrederijker. Hij schreef dramatisch werk en proza, maar is vooral bekend door zijn rondelen, ballades en refreinen, vooral in het vroede. Hij wordt samen met Romboud De Doppere beschouwd als de belangrijkste auteur van de teksten met betrekking tot de 15de eeuw in het handschrift en later bij Willem Vorsterman (1531) verschenen werk Dits die excellente cronike van Vlaenderen.
Hij had een scherpe kijk op het leven van alledag en schreef op wat er volgens hem mis was aan de maatschappij. Als typische late middeleeuwer was hij geobsedeerd door de ijdelheid van al het wereldse streven.
Enkele bekende gedichten
Den droom van Rovere op die doot van hertoge Kaerle van Borgonyen saleger gedagten[3][4]
Vander Mollenfeeste
Sotte amoureusheyt
Pap ende broodt in doude daghen
Die gheen pluymen en can strijcken
Lof vanden Heijlige Sacramente, een lang eucharistisch refrein dat in verschillende kerken werd tentoongesteld.
De werken van de Roovere vormen bovendien interessante tijdsdocumenten. Als stadsdichter van Brugge pende hij bijvoorbeeld waardevolle cultuurhistorische en politieke verslagen neer. Zo krijgen we dankzij de Roovere een beeld van de trouw tussen Margaretha van York en hertog Karel de Stoute te Brugge. [7]
Literatuur
J.J. MAK, De gedichten van Anthonis De Roovere – naar alle tot dusver bekende handschriften en oude drukken, N.V. Uitgeversmaatschappij W.E.J. Tjeenk Willink, Zwolle, 1955.
André BATSELIER, Anthonis De Roovere, VWS-cahiers nr. 86, 1980.
Anthonis de Roovere Brugghelinck Vlaemsch doctoor ende gheestich poëte (†1482-1982), themanummer, Vlaanderen, mei-juni 1982.
Dirk GEIRNAERT, De Roovere gedocumenteerd: feiten rond leven en werk, blz. 145-151.
Noël GEIRNAERT, Kunst- en geestesleven te Brugge in de schaduw van de Bourgondische hertogen ca. 1450-1482, blz. 133-139.
F. Van VINCKENROYE, De religieuze poëzie van Anthonis De Roovere, blz. 154-158.
Dirk COIGNEAU, Anthonis De Roovere als wereldlijke dichter, blz. 158-167.
Lode ROOSE, Dramatiek bij De Roovere, blz. 167-171.
Fernand BONNEURE, Anthonis De Roovere, in: Lexicon van West-Vlaamse schrijvers, Deel I, Torhout, 1984.
Fernand BONNEURE, Brugge Beschreven. Hoe een stad in teksten verschijnt, Brussel, Elsevier, 1984.
Johan OOSTERMAN, De Excellente cronike van Vlaenderen en Anthonis de Roovere, in: Tijdschrift voor Nederlandse Taal en Letterkunde, 2002.
Johan OOSTERMAN, O wonderlik werk! Een onbekend handshrift met werk van Anthonis De Roovere en de nabijheid van de vijftiende eeuw, in: Biekorf, 2011.
↑Anthonis de Roovere, Ms. 711 - [Gebedenboek | Bibliotheek Brugge]. www.bibliotheek.be. Geraadpleegd op 5 september 2022.
↑Dit gedicht is opgenomen in het befaamde handschrift-Leemans, een unieke collectie van teksten die gebruikt werden in stedelijke vorstenfeesten. Naast dit gedicht van de Roovere is vooral het presentspel van Colijn Caillieu [Een spel van Colyn op die geboorte van vrou Margriete dochter van vrou Marye van Bourgonyen] belangwekkend.
↑Het handschrift-Leemans wordt bewaard in de Belgische Koninklijke Bibliotheek onder de signatuur IV 1171. Voor meer info, raadpleeg Samuel Mareel, Voor vorst en stad: Rederijkersliteratuur en vorstenfeest in Vlaanderen en Brabant (1432-1561). Amsterdam: Amsterdam University Press, 2010, p. 143. Geraadpleegd op http://www.oapen.org/search?identifier=350733
↑W. van Eeghem in de Revue Belge de Philologie et d'Histoire, veertiende jaargang (1935) 437-441, betreffende de toeschrijving van het gedicht aan Anthonis de Roovere.
W.J.M.A. Asselbergs & A.P. Huysmans, Het Spel vanden Heilighen Sacramente vander Nyeuwervaert, Zwolle: Tjeenk Willink, 1955. 19-20 en 101 e.v., respectievelijk enige toelichting en een tekstuitgave van het desbetreffende gedicht.