Aeacus
Aeacus is de gelatiniseerde spelling van de Oudgriekse naam Αἰακός, Aiakós (met klemtoon op de laatste lettergreep), een figuur uit de Griekse mythologie. Hij geldt als de grootvader van de helden Achilles en ("Grote") Ajax. Aeacus was een zoon van Zeus en van de nimf Aegina. Hij werd geboren op het onbewoonde eiland Oinone, dat hij later, uit eerbied voor zijn moeder, zou omdopen tot Egina. Omdat zijn geboorte-eiland onbewoond was, bad hij tot zijn vader Zeus om het met onderdanen te bevolken. Zeus verhoorde zijn gebed en veranderde de mieren van het eiland in mensen: dat waren de zogenaamde Myrmidonen. Volgens een andere versie van de mythe zou dit gebeurd zijn nadat een pestepidemie de gehele oorspronkelijke bevolking had uitgeroeid. Aeacus hielp de goden Poseidon en Apollo met het bouwen van de muren van Troje. Bij de nimf Endeïs verwekte hij twee zonen, Peleus en Telamon. Ook had hij nog een derde zoon Phocus bij een andere godin, de Nereïde Psamathe, dochter van de zeegod Nereus. De jaloerse Endeïs spoorde haar zonen echter aan om tijdens een spelletje, wie het verst een steen kon gooien, hun halfbroer met een steen te treffen en te doden. Uit angst en schaamte voor het gebeurde vluchtten Peleus en Telamon weg van hun geboortegrond. Peleus begaf zich met enkele volgelingen naar Phthia in Thessalië. Daar zou hij vader worden van de held Achilles (en op die manier een voorouder van Alexander de Grote). Aeacus werd, door deze beslissing, beroemd om zijn rechtvaardigheidsgevoel, dat hem zelfs bloedbanden had doen vergeten. Na zijn dood werd hij daarom aangesteld als een van de drie rechters in de onderwereld (de andere twee waren Minos en Rhadamanthys): daarover vertelt Plato in zijn dialoog Gorgias. Stamboom |
Portal di Ensiklopedia Dunia