In de groepentheorie en de meetkunde , deelgebieden van de wiskunde , is een wortelsysteem een configuratie van vectoren in een Euclidische ruimte , die voldoet aan bepaalde meetkundige eigenschappen. Het concept is fundamenteel in de theorie van de Lie-groepen en de Lie-algebra 's. Aangezien Lie-groepen (en sommige analoga ervan, zoals algebraïsche groepen ) en Lie-algebra's in de twintigste eeuw belangrijk zijn geworden in veel deelgebieden van de wiskunde, logenstraft het ogenschijnlijk specifieke karakter van het wortelsysteem het grote aantal gebieden, waarbinnen het "wortelsysteem"-concept wordt toegepast. Verder komt het classificatieschema voor wortelsystemen, door middel van Dynkin-diagram , in deelgebieden van de wiskunde, die geen nauwe relatie hebben met de Lie-theorie (zoals de singulariteitstheorie ). Ten slotte zijn wortelsystemen ook op zichzelf belangrijk, zoals in de grafentheorie en in de studie van eigenwaarden .
Definitie
Een wortelsysteem in een vectorruimte
V
{\displaystyle V}
over een lichaam (Ned) / veld (Be)
K
{\displaystyle K}
met karakteristiek 0 is een deelverzameling
R
{\displaystyle R}
met de eigenschappen:
R
{\displaystyle R}
is eindig en bevat niet de 0.
R
{\displaystyle R}
is een voortbrengend systeem van
V
{\displaystyle V}
.
Bij iedere
α
∈
R
{\displaystyle \alpha \in R}
is er een lineaire functionaal
α
~
∈
V
∗
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}\in V^{*}}
waarvoor geldt:
voor
β
∈
R
{\displaystyle \beta \in R}
is
α
~
(
β
)
∈
Z
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(\beta )\in \mathbb {Z} }
.
α
~
(
α
)
=
2
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(\alpha )=2}
De lineaire afbeelding
s
α
:
V
→
V
{\displaystyle s_{\alpha }\colon V\to V}
met
s
α
(
x
)
=
x
−
α
~
(
x
)
⋅
α
{\displaystyle s_{\alpha }(x)=x-{\tilde {\alpha }}(x)\cdot \alpha }
beeldt
R
{\displaystyle R}
af op
R
{\displaystyle R}
.
De elementen van een wortelsysteem heten wortels .
Voorbeeld
De zes vectoren van het wortelsysteem
A
2
{\displaystyle A_{2}}
.
Zij
α
∈
R
,
α
>
0
,
β
=
−
1
2
α
+
1
2
α
3
i
{\displaystyle \alpha \in \mathbb {R} ,\,\alpha >0,\,\beta =-{\tfrac {1}{2}}\alpha +{\tfrac {1}{2}}\alpha {\sqrt {3}}\,i}
en
γ
=
α
+
β
{\displaystyle \gamma =\alpha +\beta }
, dan vormen de zes vectoren
α
,
−
α
,
β
,
−
β
,
γ
,
−
γ
{\displaystyle \alpha ,\,-\alpha ,\,\beta ,\,-\beta ,\,\gamma ,\,-\gamma }
in
C
=
R
2
{\displaystyle \mathbb {C} =\mathbb {R} ^{2}}
een wortelsysteem, dat wordt aangeduid met
A
2
{\displaystyle A_{2}}
.
Duidelijk is dat
A
2
{\displaystyle A_{2}}
eindig is, niet 0 bevat en de hele
R
2
{\displaystyle \mathbb {R} ^{2}}
voortbrengt. Verder geldt voor
α
~
(
x
+
i
y
)
=
2
x
/
α
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(x+iy)=2x/\alpha }
dat
α
~
(
α
)
=
2
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(\alpha )=2}
,
α
~
(
β
)
=
−
1
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(\beta )=-1}
en dus geldt ook voor de andere elementen
z
∈
A
2
{\displaystyle z\in A_{2}}
dat
α
~
(
z
)
∈
Z
{\displaystyle {\tilde {\alpha }}(z)\in \mathbb {Z} }
. En voor de lineaire afbeelding
s
α
(
x
+
i
y
)
=
x
+
i
y
−
α
~
(
x
+
i
y
)
⋅
α
=
−
x
+
i
y
{\displaystyle s_{\alpha }(x+iy)=x+iy-{\tilde {\alpha }}(x+iy)\cdot \alpha =-x+iy}
, dus spiegeling om de "y"-as, geldt:
s
α
(
α
)
=
−
α
{\displaystyle s_{\alpha }(\alpha )=-\alpha }
s
α
(
β
)
=
α
+
β
{\displaystyle s_{\alpha }(\beta )=\alpha +\beta }
dus beeldt
s
α
{\displaystyle s_{\alpha }}
inderdaad
A
2
{\displaystyle A_{2}}
af op
A
2
{\displaystyle A_{2}}
.
β
~
(
x
+
i
y
)
=
−
x
/
α
+
i
y
3
/
α
{\displaystyle {\tilde {\beta }}(x+iy)=-x/\alpha +iy{\sqrt {3}}/\alpha }
dat
β
~
(
β
)
=
2
{\displaystyle {\tilde {\beta }}(\beta )=2}
,
β
~
(
α
)
=
−
1
{\displaystyle {\tilde {\beta }}(\alpha )=-1}
en dus geldt ook voor de andere elementen
z
∈
A
2
{\displaystyle z\in A_{2}}
dat
β
~
(
z
)
∈
Z
{\displaystyle {\tilde {\beta }}(z)\in \mathbb {Z} }
. En voor de lineaire afbeelding
s
β
{\displaystyle s_{\beta }}
geldt:
s
β
(
β
)
=
β
−
2
β
=
−
β
{\displaystyle s_{\beta }(\beta )=\beta -2\beta =-\beta }
s
β
(
α
)
=
α
+
β
{\displaystyle s_{\beta }(\alpha )=\alpha +\beta }
dus spiegeling om de loodlijn op
β
{\displaystyle \beta }
door 0. Ook
s
β
{\displaystyle s_{\beta }}
beeldt
A
2
{\displaystyle A_{2}}
af op
A
2
{\displaystyle A_{2}}
.
Ook voor de andere elementen
z
∈
A
2
{\displaystyle z\in A_{2}}
blijken de afbeeldingen
s
z
{\displaystyle s_{z}}
spiegelingen te zijn om de loodlijn op
z
{\displaystyle z}
door O, en dus afbeeldingen van
A
2
{\displaystyle A_{2}}
op
A
2
{\displaystyle A_{2}}
.
Externe link
Bronvermelding