Het wapen van Aarschot gaat terug op dat van de graven van Aarschot. De beschrijving van het wapen van dit 12de-eeuws geslacht komt evenwel pas voor in een Kroniek uit de 14de eeuw. Volgens die tekst droegen de graven een zilveren schild met drie fleur-de-lys van sabel, waarvan in het wapen van de stad Aarschot slechts één lelie van werd behouden. [3] De gouden adelaar achter het schild wordt gedacht een sprekend wapen te zijn, verwijzend naar de verwantschap tussen de woorden "Aarschot" en "Arend".[4]
Blazoen
Het huidige wapen heeft de volgende blazoenering:
In zilver een lelie van sabel. Het schild getopt met een halve adelaar van goud.
Het uitzicht van het wapen is sinds 1819 echter ongewijzigd gebleven. In 1819 werd het omschreven als: "Van zilver beladen met eene zwarte lelie; het schild rustende tegen den arend van goud."[5] Dit wapen werd in 1841 bevestigd in een Koninklijk Besluit, waarin het wapen als volgt werd omschreven:
Eenen zilveren schild, met eenen zwarte leliebloem, den schild gedekt met eenen gulden arend, daeruyt opspringend en met uytgestrekte vleugels.
↑ abLeopold I van België, Besluyt N° 1194. waerby het wapen der gemeente Aerschot bevestigd word., in Recueil des lois, décrets, ordonnances et règlements 24 (1841), p. 2663.
↑M. Servais, Armorial des provinces et des communes de Belgique, Luik, 1955, p. 529: "La maison comtale d'Aarschot portait d'argent à trois fleurs de lis de sable. La célèbre chronique rimée « De Grimbergse oorlog » décrit, en effet, ainsi la bannière du sire d'Aarschot : Van selveren met drie lelien diere Van sabel, daer in gewracht (5). La ville du même nom n'en a gardé qu'une dans son écu."
↑M. Servais, Armorial des provinces et des communes de Belgique, Luik, 1955, p. 529: "Cet écu est posé devant une aigle d'or dont la présence a vraisemblablement pour cause un jeu de mots sur Aarschot et « arend », qui signifie « aigle » en flamand."