Van de WallVan de Wall (ook: Von de Wall en Von Dewall) is een Nederlands geslacht waarvan leden vanaf 1802 tot de Rijksadelstand en vanaf 1827 tot de Nederlandse adel behoorden en welke Nederlandse adellijke tak in 1853 uitstierf; de patriciaats- en Duits-adellijke takken leven nog voort. GeschiedenisDe stamreeks begint met ene Van de Wall die voor 24 maart 1617 overleed en trouwde met Geertje Ghijsen die in 1617 wordt vermeld als burger van Nijmegen. Hun kleinzoon werd koopman te Hanau, hun achterkleinzoon werd daar burgemeester. Een zoon van de burgemeester trok weer naar de Nederlanden om er predikant te worden. Bij diploma van keizer Frans II van 2 december 1802 werd Johann Casimir Heinrich van de Wall, heer van Schmidthausen (1773-1826) verheven in de H.R.Rijksadelstand en werd hem vergund zijn naam te veranderen in Von Dewall. Bij Koninklijk Besluit van 6 december 1827 werd mr. Pieter Hendrik van de Wall (1795-1853) verheven in de Nederlandse adel; hij overleed zonder nageslacht waardoor met hem het 'adellijke geslacht' uitstierf. Toen een zoon van zijn zwager jhr. mr. Paulus Repelaer (1810-1871), namelijk jhr. Pieter Hendrik van de Wall Repelaer, heer van Puttershoek (1854-1920) erfgenaam van de heerlijkheid Puttershoek werd, verkreeg deze bij KB naamswijziging in 1856 tot Van de Wall Repelaer. Een neef van de laatste, jhr. Pieter Hendrik van de Wall Repelaer, heer van Puttershoek (1895-1972), verkreeg op dezelfde wijze naamswijziging. Via een zoon van de laatste, jhr. Pieter Hendrik van de Wall Repelaer, heer van Puttershoek (1926-1989), leeft de adellijke naam Van de Wall nog in diens kinderen voort. In 1923, 1952 en 2012 werden de niet-adellijke takken opgenomen in het genealogische naslagwerk Nederland's Patriciaat. Enkele telgenHendrick van den Wall (omstreeks 1580-na 9 januari 1650), houtkoper
Bronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia