Salverd

Salverd
Buurtschap in Nederland Vlag van Nederland
Salverd (Friesland)
Salverd
Situering
Provincie Vlag Friesland Friesland
Gemeente Vlag Waadhoeke Waadhoeke
Coördinaten 53° 11′ NB, 5° 35′ OL
Overig
Postcode 8814
Woonplaats (BAG) Franeker
Portaal  Portaalicoon   Nederland
Friesland

Salverd (Fries: Salvert) is een buurtschap in de gemeente Waadhoeke, in de Nederlandse provincie Friesland. Het is gelegen ten zuiden van Schalsum, ten westen van Kingmatille en ten oosten van Franeker. De bewoning ligt aan de Salverderweg, ten noorden van het Van Harinxmakanaal en binnen het stadsgebied van Franeker.

De bewoning is een mix van voormamelijk boerenbedrijven en enkele los gelegen woningen verspreid van elkaar gelegen. Volgens allecijfers.nl, op basis van Kadaster- en CBS-gegevens telde de buurtschap in 2024 een negental adressen.[1]

Geschiedenis

De buurtschap is ontstaan op een tweetal terpen ten westen van Zweins. Een terp is een door mensen opgeworpen heuvel in het landschap. Het gaat om een grote en een kleine terp, die beide werden opgeworpen in de late ijzertijd, op een vermoedelijke kwelderrug of kwelderwal. De grote terp wordt wel Groot Salverd genoemd en was ook relatief grote terp voor de omgeving en is gelegen op de knik in de vermoedelijke kwelderrug. De kleinere terp wordt wel geduid als Oost.

Groot Salverd werd grotendeels afgegraven, in de periode dat meerdere terpen werden afgegraven voor commerciële doeleinden. De noordwestelijke kant van de terp werd zelfs geheel weggraven. Er is daardoor een steilere kant ontstaan. De terp is ondanks de afgravingen nog in het landschap zichtbaar, als verhoging te herkennen. In de jaren 90 van de twintigste eeuw wezen verschillende boorproeven, in verband met archeologisch onderzoek, uit dat de terp een stuk groter was dan in de 19e eeuw door Eeckhoff op kaart werd aangegeven. Op de zuidoostelijke deel van de terp is er een sterke aanwijzing dat er een stinswier aanwezig was op de terp, dit is een kunstmatige steile heuvel waarop een versterkte woontoren werd geplaatst.

Ook bleek dat er bewoning was aan de noordwestelijke, noordoostelijke als zuidoostelijke rand terwijl in de 19e eeuw alleen noordwestelijk en zuidoostelijk als bewoond werden aangegeven. Tevens bleek dat er nog hier en daar nog duidelijk herkenbare gelaagdheden van de terp aanwezig waren en dat er nog een rijke vondstmateriaal aanwezig is in het overgebleven terpaardepakket. Aan de westkant van de terp bleek de grenssloot gedempt te zijn, terwijl aan de zuidoostelijke rand de sloot nog wel aanwezig is.

Bij de boorproeven op de kleine terp Oost bleek dat er veel verbrande klei en houtskool aanwezig was, maar er een geringe hoeveelheid aardewerk aanwezig is. De terp zelf bleek weinig aangetast was sinds de 19e eeuw, wel dat waarschijnlijk is dat het door afploegen wat vervlakt is geraakt, en de mogelijkheid dat er enige bovenlaag is verdwenen door de eeuwen heen. Ook werden de begrenzende sloten gedempt om tot een groter akkerland te komen. Ondanks dat het vervlakking kent is de terp nog zichtbaar in het landschap. De terp zou een terpaardepakket van 35 centimeter hebben. Beide terpen werden aanwezen als archeologisch interessante terreinen bij de beoordeling van het archeologisch onderzoek.

Salverd als plaats werd in 1406 in een kopie vermeld als Ztalwert. In 1408 werd het vermeld als Ztalwerd, in 1433 als Salwert, in 1510 als Tzaluert en in 1511 als Swalwirt. Tot de 17e eeuw was het qua spelling niet echt constant, daarna werd de spelling Salverd veelal gebruikt, en soms Salward. Het laatste element van de plaatsnaam duidt op werth/werd, de terp waarop gewoond werd. Het eerste element duidt mogelijk op de persoonsnaam als het hedendaagse Tsjalle. De kernbetekenis is ‘volk’, wat de plaatsnaam de betekenis zou geven van de terp van of bewoond door lieden van Tsjalle. Maar een andere mogelijkheid is dat het verwijst naar de vorm van de terp, het woord thiâl zou de wiel(vorm) duiden, gebaseerd op de geconstrueerde benaming 'thiâlwerth'.