RijkswegenplanEen rijkswegenplan was in Nederland een structuurplan op rijksniveau om bestaande rijkswegen te verbeteren en nieuwe verbindingen aan te leggen. Het eerste van deze plannen werd in 1927 gemaakt; dit was het eerste plan sinds Napoleon (begin 19e eeuw) om de bestaande verbindingen in kaart te brengen en zo nodig nieuwe rijkswegen aan te leggen. De kosten van het eerste project werden geraamd op 300 miljoen gulden en de uitvoering zou binnen 30 jaar gerealiseerd kunnen worden. Het plan is vooral bekend door de toelichtende kaart. Op deze kaart was een hoofdwegenstelsel voor doorgaand, gemotoriseerd verkeer weergegeven. Het bestond uit verbindingen tussen de steden, maar niet langs die steden. Daarnaast was een aantal volledig nieuwe tracés voorzien, zoals:
Bijstelling 1932Al na vijf jaar was een bijstelling van het Rijkswegenplan noodzakelijk geworden. Er kwam nog eens 500 km aan rijksweg bij, en naar Italiaans voorbeeld (autostrada) werd de autoweg geïntroduceerd. Verder werden de geplande stedelijke knooppunten Utrecht en Amersfoort vervangen door resp. Oudenrijn en Hoevelaken. Latere RijkswegenplannenNa 1927 zijn er elke tien jaar rijkswegenplannen vastgesteld (in 1938, 1948, 1958, 1968 en voor het laatst in 1984). BruggenIn het kader van het Rijkswegenplan 1927 zijn twaalf bruggen over de grote rivieren van Nederland gebouwd. Deze zijn:
Van deze twaalf bruggen zijn er vier wettelijk beschermd als Rijksmonument, namelijk de bruggen in Arnhem, Nijmegen, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwolle. LiteratuurD.M. Liftermoet: Beleid en planning in de wegenbouw. Vrije Universiteit Amsterdam, Onderzoekscentrum beleid en planning, 1990 Zie ookBronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia