Resolutie 843 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 843 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem goedgekeurd door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 18 juni 1993. De resolutie bevestigde dat het comité dat toezag op de sancties die waren ingesteld tegen Joegoslavië de aanvragen voor steun onder artikel °50 van het Handvest van de Verenigde Naties moest onderzoeken en aanbevelingen doen. Dit artikel stelt dat landen die nadeel ondervinden van maatregelen die door de Veiligheidsraad werden genomen tegen een ander land het recht hebben de Veiligheidsraad te consulteren om tot een oplossing te komen.[1] Sinds er sancties waren ingesteld tegen de Federale Republiek Joegoslavië (Servië en Montenegro) in het kader van de Bosnische Burgeroorlog, was een dergelijke vraag gekomen van Albanië, Bulgarije, Hongarije, Macedonië, Oeganda, Oekraïne, Roemenië en Slowakije. Het comité is later met aanbevelingen gekomen, maar er werden geen verdere resoluties hieromtrent aangenomen.[2] Achtergrond Zie Bosnische Burgeroorlog voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
In 1980 overleed de Joegoslavische leider Tito, die decennialang de bindende kracht was geweest tussen de zes deelstaten van het land. Na zijn dood kende het nationalisme een sterke opmars, en in 1991 verklaarden verschillende deelstaten zich onafhankelijk. Zo ook Bosnië en Herzegovina, waar in 1992 een burgeroorlog ontstond tussen de Bosniakken, Kroaten en Serviërs. Deze oorlog, waarbij etnische zuiveringen plaatsvonden, ging door tot in 1995 vrede werd gesloten. InhoudDe Veiligheidsraad:
Verwante resoluties
Bronnen, noten en/of referenties
|