Resolutie 765 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 765 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 16 juli 1992 met unanimiteit aangenomen. De Veiligheidsraad riep op om het geweld in Zuid-Afrika te stoppen en de onderhandelingen om een einde te maken aan de apartheid aldaar te hervatten. Achtergrond Zie Apartheid in Zuid-Afrika voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Na de Tweede Wereldoorlog werd in Zuid-Afrika het apartheidssysteem ingevoerd, waarbij blank en zwart volledig van elkaar gescheiden moesten leven maar die eersten wel bevoordeeld werden. Het ANC was fel tegen dit systeem gekant. Ook in de rest van de wereld werd het afgekeurd, wat onder meer tot sancties tegen Zuid-Afrika leidde. Eind jaren tachtig onderhandelde de blanke regering met het ANC over het beëindigen van de apartheid. In 1991 werden de apartheidswetten ingetrokken. In 1992 sprongen de onderhandelingen af na het bloedbad van Boipatong, een aanval van ANC's rivaal de Inkatha Vrijheidspartij waarbij 45 doden vielen. Het bloedbad bij Bisho later dat jaar bracht het ANC opnieuw aan de onderhandelingstafel, en in 1994 volgden algemene vrije verkiezingen. ANC-leider Nelson Mandela werd vervolgens president van Zuid-Afrika. Secretaris-generaal Boutros Boutros-Ghali stelde vrijwel meteen de Amerikaan Cyrus Vance aan als speciaal vertegenwoordiger, die enkele dagen later al een bezoek bracht aan Zuid-Afrika en gesprekken had met verschillende partijen. In 1993 werd de Algerijn Lakhdar Brahimi aangesteld om de activiteiten van de waarnemers, die door verschillende landen en organisaties waren gestuurd, te coördineren.[1] InhoudDe Veiligheidsraad:
Verwante resoluties
Bronnen, noten en/of referenties
|