Twee heren, twee confessies (1975), Tweeduizend jaar Maastricht (1991/2006), Handboek voor de geschiedenis van Limburg (2000), Historische Encyclopedie Maastricht (2005)
Promotie
17 december 1975
Carrière
1946-1962
leraar lager en ulo-onderwijs
1965-1971
wetenschappelijk bibliothecaris en directeur van de Centrale Bibliotheek (De Beyart)
1972-1986
wetenschappelijk bibliothecaris bij de Stadbibliotheek Maastricht
Pierre Ubachs groeide op in een katholiek gezin in Scharn, destijds in de gemeente Heer, vanaf 1970 een buurt van Maastricht. De naam Ubachs, afgeleid van het toponiemUbach, komt in Zuid-Limburg veel voor. Zijn ouders waren van eenvoudige komaf.[noot 1] Hij bezocht de bewaarschool van de ursulinen van Sint Salvator aan de Scharnerweg, net over de gemeentegrens van Heer in Maastricht gelegen, en volgde daarna lager onderwijs aan de St. Aloysiusschool van de broeders van Maastricht aan de Lage Brakken te Wyck-Maastricht, een zogenaamde 'tussenschool' voor kinderen van kleine middenstanders en geschoolde arbeiders. Als kind al was hij geboeid door de verhalen van ouderen over vroeger.[4] Ook las hij veel; dat begon al tijdens zijn verblijf van bijna vier maanden in het Ziekenhuis Calvariënberg in 1932, waar hij, amper zeven jaar oud, zichzelf leerde lezen.[5] Van huis uit kreeg hij alleen van zijn vader enige stimulans; die vond het goed dat hij de eigen en door hem in de trein gevonden kranten las. Zijn moeder vond "al dat gelees maar niks".[3]
Nog op de lagere school wist Pierre Ubachs dat hij verder wilde studeren. De financieel meest voor de hand liggende weg daarnaartoe was om broeder-onderwijzer te worden. Zeker zijn vader, die weliswaar katholiek was, maar het standpunt huldigde: 'Mijnheer pastoor is de baas in zijn kerk, maar ik in mijn eigen huis', en soms kerkelijk onwelgevallige lectuur op het koffietafeltje had liggen, was niet bijzonder enthousiast van de keuze van zijn jonge oudste zoon, maar respecteerde die. Ubachs volgde de vooropleiding van de broeders van Maastricht op het juvenaat in Zevenaar (1937-1939) en daarna de kweekschool van de broeders aan de Tongerseweg te Maastricht (1939-1944).[noot 2] In juni 1944 behaalde hij zijn 'akte van bekwaamheid als volledig bevoegd onderwijzer'. Daar bleef het echter niet bij. In 1947 behaalde hij in Roermond de hoofdakte (A + B), in 1951 in Utrecht de akte Frans l.o. en in 1953 in Den Haag de akte geschiedenis l.o.[5]
Broeder-onderwijzer
Op 8 september 1943 werd hij ingekleed als postulant bij de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria (F.I.C.). Een jaar later begon zijn noviciaat. Op 15 augustus 1945 legde hij in de kloosterkapel van De Beyart de 'tijdelijke beloften' af, en precies drie jaar later, op 15 augustus 1948, de 'eeuwige beloften', waarmee hij definitief toetrad tot de congregatie. Broeder Winifred, zoals zijn wat overhaast gekozen kloosternaam luidde,[noot 3] vervulde zijn dagelijkse en geestelijke plichten als lid van de congregatie met toewijding, maar niet zonder kritische blik. Daarnaast verdiepte hij zich onder meer in de geschiedenis van de congregatie en haar stichters.[5]
Ubachs werkte vanaf 1946 als onderwijzer aan 'broederscholen' in Helmond (Petrus Canisiusschool, 1946-1953), Amsterdam (Bernardusschool, Stadhouderskade, 1953-1958, lager en ulo-onderwijs) en Nijmegen (St. Josephschool, Kelfkensbos, 1958-1962, ulo), maar al na enkele jaren werd duidelijk dat hij meer wilde.[5]
Geschiedenisstudie
In 1953 gaf Ubachs aan zijn toenmalige generaal-overste te kennen geschiedenis te willen studeren. Omdat een universitaire studie toen binnen de congregatie als potentieel 'gevaarlijk' werd gezien,[noot 4] volgde hij de parttime m.o.-opleiding geschiedenis aan de Katholieke Leergangen in Utrecht. Daar leerde hij naar eigen zeggen "hoegenaamd niets".[noot 5] In 1957 behaalde hij de ongedeelde m.o.-akte geschiedenis, die net als een universitair doctoraal een eerstegraads bevoegdheid voor het middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs inhield.[noot 6] Omdat er inmiddels een nieuwe en meer liberale generaal-overste was aangesteld, mocht hij nu zijn studie op academisch niveau voortzetten, zij het ook nu parttime, omdat hij net als in Amsterdam volle dagen les bleef geven. In september 1958 begon hij met zijn studie geschiedenis aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.[noot 7] In 1961 behaalde hij het kandidaatsexamen en nadat hij in 1962 werd vrijgesteld voor de studie, in 1964 het doctoraal examen.[noot 8]
Op 17 december 1975 ten slotte, als afsluiting van een halve eeuw studeren tegen de stroom in, promoveerde hij in Nijmegen cum laude op een proefschrift over de staatkundige en godsdienstige verhoudingen in Maastricht na de inname door Frederik Hendrik: Twee heren, twee confessies, Staat en Kerk te Maastricht, 1632-1673.[noot 9]Promotores waren prof.dr. J.J. Poelhekke en prof.dr. M.G. Spiertz. In het proefschrift toonde Ubachs onder meer aan dat, anders dan vaak gedacht, van een verdrukking van het katholicisme door de protestantse Staten-Generaal of Staatse schepenbank in Maastricht in deze periode geen sprake was.[8][9] Daarnaast benadrukte hij dat de Maastrichtse geschiedenis geplaatst diende te worden in een breder, Europees perspectief, een aspect waar hij later vaak op terug zou komen.[10]
Bibliothecaris, docent en historicus
Na zijn afstuderen in 1964 wijdde Ubachs zich een jaar aan werkzaamheden voor het Algemeen Bestuur van zijn congregatie in het moederhuisDe Beyart te Maastricht, inclusief een visitatiereis naar de missies van de congregatie in Sierra Leone, Malawi en Ghana. Reeds in 1963 benoemd, werd hij in 1965 de facto directeur/wetenschappelijk bibliothecaris van de Centrale Bibliotheek, een grote humaniora-bibliotheek ten dienste van de wetenschappelijke opleiding van de eigen broeders. Hiertoe volgde hij nog de parttimepostdoctorale studie Bibliotheekwetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam (1965-1967). Door het afnemen van nieuwe roepingen nam het gebruik van de bibliotheek sterk af. Op voorstel van Ubachs werd zij omstreeks 1970 opengesteld voor middelbare scholieren en hbo-studenten in Maastricht en in 1971 geschonken aan de stad Maastricht. Vanaf dat moment trad hij als referendaris 1e klas in de functie van wetenschappelijk bibliothecaris in dienst van de Gemeente Maastricht (1972-1986). Na de verhuizing in 1976 van beide bibliotheken en de inmiddels ook opgeheven Openbare Bibliotheek in de Witmakersstraat naar de nieuwbouw aan de Nieuwenhofstraat (nu Universiteitsbibliotheek Maastricht), werd hij daar op eigen verzoek niet aangesteld als directeur, maar als plaatsvervangend directeur (met tekenbevoegdheid) van de nieuwe Stadsbibliotheek Maastricht (1976-1986).[5][11]
Van 1973 tot 1989 was hij als docent verbonden aan de R.K. Leergangen te Sittard, een nevenvestiging van de Tilburgse Katholieke Leergangen. Hij gaf daar de vakken Inleiding in de geschiedwetenschappen, voor 1e-jaars studenten, en Nieuwe Geschiedenis en Kerkgeschiedenis bij zowel de tweede- als de eerstegraadsopleiding. Vanaf 1986, nadat hij afscheid had genomen van zijn functie bij de Stadsbibliotheek, richtte Ubachs zich nog meer op zijn werk als freelance historicus. De aanschaf van een eerste computer in hetzelfde jaar, was voor hem onderdeel daarvan.[5]
Ubachs' talrijke wetenschappelijke publicaties, voor en na 1986, tonen aan dat hij niet kon, of wilde berusten in zelfgenoegzaamheid.[noot 10] Zijn kritische noten bij de herdenking van het 125-jarig bestaan van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap (zie Bibliografie: 'Kleio in de provincie', 1988), werden niet door iedereen in dank afgenomen.[noot 11] Desondanks kreeg hij van velen bijval voor zijn eerlijkheid, werkkracht, trouw en vooral voor zijn onbevangenheid.[13]
Aan het einde van zijn leven, in 2008, schreef Ubachs een 'Open brief over de hedendaagse geschiedschrijving in Limburg', waarin hij gepeperde kritiek leverde op het niveau van de Limburgse geschiedschrijving.[10] Met name het ontbreken van een moderne Limburgse bibliografie in boekvorm, aangevuld met een lopende bibliografie in een vaktijdschrift, vond hij een gemis. Afwijzend stond hij tegenover de vele uitgaven in eigen beheer, waarbij auteurs zich volgens hem onttrekken "aan het normale, opbouwende commentaar vooraf van deskundige medelezers, de ‘peer review’". Het Limburgse historisch onderzoek noemde hij "oudbakken" en "duf", zonder reflectie op de veranderde betekenis van geschiedenis en geschiedschrijving in de 21e eeuw.[noot 12] Daarnaast ontbrak er volgens hem een recensiecultuur, waardoor er wel kennis werd genomen van nieuw onderzoek, maar daar geen consequenties voor het eigen onderzoek aan werden verbonden.[noot 13] De brief bleef ongepubliceerd.
Van 1980-2001 was hij redactielid van de wetenschappelijke reeks Maaslandse Monografieën, uitgegeven bij Van Gorcum (Assen), sinds 2000 bij Verloren (Hilversum).
Ubachs woonde vanaf 1964 definitief in het klooster De Beyart in het centrum van Maastricht, waar hij lid was van de communauteit (groep) Ludovicus en een slaapkamer had op de derde verdieping van de zogenaamde 'Voorbouw'. Zolang de Centrale Bibliotheek in het klooster was gevestigd, was de riante directiekamer zijn studeervertrek, met honderdvijftigduizend studieboeken onder handbereik. Nadat de bibliotheek in 1976 was verhuisd, kreeg hij twee kleine cellen tegenover zijn slaapkamer als werkruimte. Hoewel het klooster in de volgende jaren deels werd verbouwd tot kloosterbejaardenhuis, later woonzorgcentrum, weigerde hij tot vlak voor zijn overlijden betere accommodatie in de nieuwbouw.[noot 16] Pierre Ubachs stierf op 15 september 2010, na een ziekbed van twee maanden, op 85-jarige leeftijd. De uitvaart vond plaats op 20 september in de Sint-Servaasbasiliek. Zijn graf bevindt zich op de begraafplaats van de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis bij de voormalige Kweekschool aan de Tongerseweg, nu gelegen aan de Anjoulaan.[1] Zijn bibliotheek schonk hij met toestemming van de congregatie aan de Stadsbibliotheek Maastricht.[16]
In 1990, kort na zijn 65e verjaardag, werd te zijner ere een bundel opstellen gepresenteerd onder de titel: Maaslands melange. Opstellen over Limburgs verleden Dr. P.J.H. Ubachs aangeboden bij zijn vijfenzestigste verjaardag.[noot 17]
Eind 2010 verscheen in De Maasgouw, het kwartaalblad van LGOG, een in memoriam van de hand van Th.J. van Rensch, waarin deze Ubachs omschrijft als "een van de laatsten van de naoorlogse generatie die in het Maastrichtse en in Limburg beeldbepalend waren voor het historische bedrijf".[noot 20]
Bibliografie (selectie)
Dr. Pierre Ubachs heeft vele tientallen publicaties op zijn naam staan. Onderstaande lijst is een keuze uit zijn werk. Tot zijn bekendste werken behoren: Twee heren, twee confessies, Staat en Kerk te Maastricht, 1632-1673 (proefschrift, 1975), Tweeduizend jaar Maastricht (drie drukken, 1991-2006), Ongewilde revolutie. Limburgs Maasland onder Frankrijk, 1794-1814 (1994), Meesters uit Maastricht, historische schets van de Broeders van Maastricht, 1840-2000 (1999), Handboek voor de geschiedenis van Limburg (2000) en Historische Encyclopedie Maastricht (2005), waarvan enkele werden geschreven in samenwerking met Ingrid M.H. Evers.[15][20]
1962: 'De slag op de Pottenberg (1814)', in: De Pottenkijker, parochie van Christus Hemelvaart, Maastricht, nr. 22, p. 1; nr. 23, p. 12.
1963: 'Van tricolore tot driekleur, Maastricht 1814-1815' [als Br. Winifred Ubachs], in: Miscellanea Traiectensia. Bijdragen tot de geschiedenis van Maastricht. Werken LGOG, deel 4, pp. 567-604.
1963: In Maastricht waait weer de Oranjevlag [met br. S. Tagage].
1965: 125 jaar Broeders van Maastricht, feestuitgave ter gelegenheid van het zilveren lustrum van de Congregatie der Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis der H. Maagd Maria (eindredactie). Maastricht/'s-Hertogenbosch, L.C.G. Malmberg. Tevens bijdrage getiteld: 'Heroriëntering', pp. 75-80.
1966: De Maastrichtse cellebroeders en hun kapel [met br. S. Tagage].
1966: Dit is Sinte Augustinus regel der cellebroders tot Maestricht [met br. H.J. Peters].
1969: 'De Maastrichtse mosasaurus bleef in Parijs, nieuwe archiefvondsten over de mosasaurusroof', in: Natuurhistorisch Maandblad, jrg. 58, pp. 53-57.
1969: 'Immaculate Conception Brothers', in: New Catholic Encyclopedia, deel VII, p. 382.
1970: 'De wonderdoener Marcus van Aviano te Gronsveld in 1681', in: De Maasgouw, jrg. 88, pp. 181-185.
1970: Van eigen land en wereldband, geschiedenishandleiding voor de kweekschool. [medewerking herziening]. Den Bosch.
1972: 'Medios para ganar Mastrique', in: De Maasgouw, jrg. 90, pp. 85-88.
1974: 'Onbekende resoluties uit 1643 over het zenden van Staatse commissarissen-deciseurs naar Maastricht', in: De Maasgouw, jrg. 93, p. 58.
1974: 'Limburgse jansenistica', in: De Maasgouw, jrg. 93, p. 93.
1975: 'De eed der Maastrichtse vroedvrouwen', in: De Maasgouw, jrg. 93, pp. 44-48.
1975: Twee heren, twee confessies, de verhouding van staat en kerk te Maastricht, 1632-1673. Maaslandse Monografieën #21. Assen/Amsterdam [proefschrift Nijmegen].
1977: Wegwijzer voor eerstejaarsstudenten geschiedenis m.o.. Drukkerij De Beyart, Maastricht (typeschrift).
1977: Handreiking bij het vervaardigen van scripties voor de 1e graads bevoegdheid geschiedenis m.o. Drukkerij De Beyart, Maastricht (typeschrift).
1977: Saldo, adversaria aangeboden aan dr. mr. H.H.E. Wouters bij zijn afscheid als archivarisbibliothecaris der stad Maastricht, met een lijst van zijn geschriften, 1948-1977.
1977: 'Fraticelli dell'Immocalata Concezione della B.V. Maria di Maastricht (Olanda)', in: Dizionario degli Istituti di Perfezione, deel IV, pp. 622-623.
1978: Cellebroederskapel.
1979: 'Pappenheim voor Maastricht', in: De Maasgouw, jrg. 98, pp. 75-88.
1979: Stad tegen imperium. Verbindende tekst catalogus Parma-tentoonstelling, pp. 21-28. Bonnefantenmuseum, Maastricht.
1980: De Cellebroederskapel. Maastrichts Silhouet #3, Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-70356-14-7.
1981: Inleiding tot de kerkgeschiedenis. R.K. Leergangen, Sittard.
1981: 'Rijngraaf Frederik Magnus van Salm, goeverneur van Maastricht'. In: Van der Nyersen Upwaert. H. Wouters, red. Werken LGOG #7.
1981: De Beyart (Maastrichts Silhouet #7). Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-70356-07-4.
1981: 'Het kanonschot langs de Maas (1814-1815)', in: De Maasgouw, jrg. 100, pp. 216-217.
1982: 'Een Maastrichtse placetstrijd, 1751-1755', in: Campus Liber. Bundel opstellen over de geschiedenis van Maastricht aangeboden aan mr. dr. H.H.E. Wouters, stadsarchivaris en -bibliothecaris 1947-1977, bij zijn zeventigste verjaardag. Werken LGOG #8, pp. 331-343.
1982: 'Zielzorg onder de blauwe hemel op de Sint-Pietersberg anno 1632', in: De Maasgouw, jrg. 101, pp. 152-158.
1982-1983: Een achttal korte bijdragen in: De Sint Servaas, tweemaandelijkse restauratie-informatie bulletin.
1983 'De Maasveldtocht van 1632, oorzaken en gevolgen', in: De Maasgouw, jrg. 102, p. 123.
1983: 'Clausewitz in Roermond en Maaseik anno 1814', in: De Maasgouw, jrg. 102, pp. 49-50.
1983: St. Matthijskerk. Maastrichts Silhouet #13. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-70356-14-7.
1983: 'Neutraliteit, theorie en praktijk tijdens de Tachtigjarige Oorlog', in: Tijdschrift voor Geschiedenis (TvG), nr. 96, pp. 165-178.
1985: 'Eén bibliotheek voor u, de bibliotheekwereld tussen 1960 en 1985', in: Tussen twee bruggen. Maastricht in de tijd van Baeten, pp. 155-173.
1985: 'Maatschappelijke verschuivingen onder de microscoop', in: De Maasgouw, jrg. 104, pp. 21-23.
1985: 'Bisschop en prins', in: Uit Eysdens verleden, nr. 31, p. 7.
1985: 'John Childs, Armies and warfare in Europe 1648-1789. Manchester 1982' [recensie], in: TvG, nr. 98, pp. 103-104.
1986: 'Het Echtreglement voor de Generaliteit in de eerste jaren', in: Munsters in de Maasgouw. Archeologie en Kerkgeschiedenis in Limburg. Werken LGOG #9, pp. 213-228.
1986: 'De 'bekering' van Blinde Stijn', in: Bonne et servante. Uit de geschiedenis van de maastrichtse vrouw, pp. 27-35.
1986: 'Studenten uit de bisdommen Luik en Roermond aan het Germanicum in Rome, 1552-1914', in: Limburgs tijdschrift voor genealogie, nr. 14, pp. 123-124.
1987: 'De Luikse hulpbisschop Strengnart op bezoek in Maastricht en omgeving', in: De Maasgouw, jrg. 106, pp. 48-51.
1987: 'De verkoop van de nationale goederen in de historiografie', in: PSHAL jrg. 123, pp. 185-199.
1989: 'Tijdtabel. Lijst van termen', in: Kleine atlas voor de geschiedenis van beide Limburgen, pp. 95-111. Hasselt/Maastricht.
1989: 'Kleio in de provincie', in: PSHAL, jrg. 125, pp. 13-24.
1990: 'Voornamen in de beide Limburgen 1500-1795, een eerste verkenning', in: Munire ecclesiam. Opstellen over "gewone gelovigen". Aangeboden aan prof. dr. W.A.J. Munier ss.cc. bij zijn zeventigste verjaardag. Werken LGOG #13, pp. 56-79.
1990: 'Meneer de deken kocht "Den Engel"', in: De Maasgouw, jrg. 109, pp. 43-54.
1990: 'De burgerboeken van Maastricht', in: PSHAL, jrg. 126, pp. 22-50.
1991: 'Beekenaren burger van Maastricht, 1300-1795', in: Becha, nr. 4, pp. 59-61.
1991: 'De staatkundige kaart van Limburg en aangrenzende gebieden in de jaren 1543/1548', in: De Maasgouw, jrg. 110, pp. 35-38.
1991: Tweeduizend jaar Maastricht.
1991: 'Professor Fruin en pastoor Meulleners danken Thomassen in 1890', in: De Maasgouw, jrg. 110, pp. 144-146.
1992: 'Heerlen en Kerkrade en omgeving in de burgerboeken van Maastricht', in: Het Land van Herle #41, p. 113.
1992: 'Het primaire onderwijs in de Franse Tijd: vernieuwd of vernield?', in: Magister Artium. Onderwijs, Kerk en Kunst in Limburg. Opstellen Br. Sigismund Tagage aangeboden bij zijn zeventigste verjaardag, pp. 157-181. ISBN 90-72459-16-4.
1992: 'Daniël Wolf de Dopff (1650-1718), ingenieur en seigneur', in: De Maasgouw, jrg. 111, pp. 231-250.
1993: St. Matthijskerk. Maastrichts Silhouet #13. Stichting Historische Reeks Maastricht [2e herz. en verm. druk 1993, met I.M.H. Evers]. ISBN 90-70356-14-7.
1993: 'De Maastrichtse ambachten in de late Middeleeuwen', in: PSHAL, jrg. 128, pp. 232-245.
1993: Nieuwe burgers van Maastricht, 14e eeuw-1795. Stichting Limburgs Genealogisch Archief, Geleen. ISBN 90-74341-03-9.
1993: Tweeduizend jaar Maastricht [2e druk, vermeerderd met register door I.M.H. Evers].
1994: 'Zeventiende-eeuwse naamlijsten van paters en broeders in Maastricht', in: Limburgs tijdschrift voor genealogie, nr. 22, pp. 18-25.
1994: Ongewilde revolutie, Limburgs Maasdal onder Frankrijk 1794-1814 [met I.M.H. Evers]. PSHAL, jrg. 130. ISBN 90-71581-0701.
1995: 'De Maastrichtenaren en hun onderwijs', in: Ach Lieve Tijd, nr. 11, pp. 245-268.
1995: 'De Maastrichtenaren en hun ziel en zaligheid', in: Ach Lieve Tijd, nr. 12, pp. 269-292.
1995: 'De Franse Tijd, herdenken of vieren?, in: De Maasgouw, jrg. 114 (1995), pp. 149-156.
1995: 'De Maastrichtenaren en hun nijverheid', in: Ach Lieve Tijd, nr. 17 [met I.M.H. Evers].
1995: 'De Maastrichtenaren en hun theater', in: Ach Lieve Tijd, nr. 18 [met I.M.H. Evers].
1995: 'Particulier, niet singulier. Middeleeuwse neutraliteit en de stad Maastricht', in: Flittich erforscht und gecolligeert... Opstellen over Limburgse rechtsgeschiedenis, pp. 23-41 [red. A.M.J.A. Berkvens e.a.], ISBN 90-802668-1-7.
1995: 'De Oostelijke Mijnstreek historiografisch de maat genomen', in: Het Land van Herle, nr. 45, pp. 71-86.
1996: Voorkomen is beter dan genezen. 75 Jaar georganiseerde gezondheidszorg te Maastricht. Vierkant Maastricht #34 [met I.M.H. Evers]. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-70-356-79-1.
1996: De Koninklijke Harmonie. Maastrichts Silhouet #41 [met I.M.H. Evers]. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-70356-83-X.
1997: 'In memoriam Dr Mr H.H.E. Wouters, 1912-1997', in: De Maasgouw, jrg. 116, pp. 1-4.
1997: 'De Nederlandse religievrede van 1578', in: NAKG, nr. 77-1, pp. 41-61.
1998 'Het Maastrichtse vleeshouwersambacht', in: Regionale geschiedenis zonder grenzen (Cahiers SHCL #1) [bundel J.C.G.M. Jansen], pp. 1-22.
1998: 'Kraamzorg in Maastricht en Nedermaas', in: PSHAL, jrg. 133, pp. 191-214.
1999: 'Periferie en monarchie: Limburg en Oranje', in: Ex tempore #17, pp. 207-220.
1999: Vergelijkend overzicht van de oude maten van het département NederMaas [sic] met de nieuwe. Maastricht [medewerking].
1999: 'Regionale geschiedenis en onderwijs', in: De Maasgouw, jrg. 118, pp. 57-61.
1999: Meesters uit Maastricht. Historische schets van de Broeders van Maastricht 1840-2000. Vierkant Maastricht #31. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-5842-004-3 [In 2001 verscheen een Engelse vertaling: Masters from Maastricht. Historical sketch of the Brothers of Maastricht, 1840-2000. ISBN 90-5842-009-4. Er bestaan ook vertalingen in het Spaans en het Indonesisch (2002).
1999: 'Duits in Limburg, een notitie' [bedoeld voor De Maasgouw; teruggetrokken].
1999: 'Horster historiografie', in: Cultuur te boek (Horster Historiën, #5), pp. 333-348.
1999: 'Bibliografie van de geschiedenis van Horst' (Horster Historiën, #5), pp. 349-376.
2000: Handboek voor de geschiedenis van Limburg. Maaslandse Monografieën #63. Verloren, Hilversum. ISBN 90-6550-097-9.
2000: 'Een Franse Soevereine Raad van Brabant te Maastricht', in: PSHAL, jrg. 1998/99.
2000: 'Het Maastricht van "Ian"', in: Op de drempel van een nieuwe tijd. De Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert (tentoonstellingscatalogus).
2000: 'De vrederechter in het Departement Nedermaas, 1795-1801', in: Van verminkingsstraf tot vrederechter. Opstellen ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig bestaan van de Werkgroep Limburgse Rechtsgeschiedenis (1980-2000), pp. 221-248. ISBN 90-802668-2-5.
2002: Guru-guru dari Maastricht. jl.cempaka 9, Deresan, Yogyakarta 55281: Kanisius. 144 pp. ISBN 979-21-0556-5. Vertaling in het Bahasa van Meesters uit Maastricht (1999).
2003: Maastrichtse mythen [met I.M.H. Evers]. Kring Maastricht van LGOG , Maastricht. ISBN 90-5842-016-7.
2004: 'Maastricht en de Guerre de Hollande', in: Om de vesting #18/19, pp. 1-11.
2005: 'Leven op de "Heilige Berg" anno 1940', in: Wolderse Mo(nu)menten (2), pp. 7-9.
2005: ' "Ten respecte vande liberteyt der twee religien". Het Maastrichtse simultaneum als rechtsbeginsel, 1632-1794', in: 'Wordt voor recht gehalden'. Opstellen ter gelegenheid vijfentwintig jaar Werkgroep Limburgse Rechtsgeschiedenis, pp. 141-171. ISBN 9071581136.
2006: Tweeduizend jaar Maastricht. Een stadsgeschiedenis. Derde, gewijzigde en vermeerderde druk [met I.M.H. Evers]. Walburg Pers, Zutphen. ISBN 90-5730-441-4.
2007: 'Mijn herinneringen aan Gronsveld in de jaren dertig van de vorige eeuw', in: Grueles #27, pp. 60-64 (online tekst).
2008: '"Trouwen op het dorp"' [bedoeld voor PSHAL; teruggetrokken].
2009: Lutherse Kerk [met J. Fokkens]. Maastrichts Silhouet #72. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-5842-041-1.
2009: Rondom de Ezelmarkt [met I.M.H. Evers en W. Mes]. Maastrichts Silhouet #73. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-5842-042-8 .
2009: Kanunnik Salden en De Nieuwenhof [met J.J.G. Luijten]. Vierkant Maastricht #43. Stichting Historische Reeks Maastricht. ISBN 90-5842-043-5.
Geraadpleegde literatuur, noten en verwijzingen
Hellenberg Hubar, B.C.M. van, e.a. (red.) (1990): Maaslands melange. Opstellen over Limburgs verleden Dr. P.J.H. Ubachs aangeboden bij zijn vijfenzestigste verjaardag (Werken Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, deel 14). LGOG, Maastricht. ISBN 90-71581-05-5
Rensch, Th.J. van (2010): 'In memoriam broeder dr. Pierre Ubachs', in: De Maasgouw, jrg. 129 (2010-4), pp. 103-204. ISSN1380-4170
Ubachs, P.J.H. (2007): 'Mijn herinneringen aan Gronsveld in de jaren dertig van de vorige eeuw'. In: Grueles #27, pp. 60-64 (online tekst)
diverse auteurs (1955-2019): Jaarboeken Maastricht, uitgegeven door Stichting Jaarboek Maastricht (online tekst)
↑Zijn vader Petrus Hubertus Ubachs (Bemelen, 10 oktober 1884 - Scharn, 15 oktober 1949) werkte als conducteur bij de Spoorwegen en huwde (39) op 21 mei 1924 te Brunssum Maria Elisabeth Habets (Cadier en Keer, 12 juni 1896 - Maastricht, 11 augustus 1991), dienstbode (27). Het echtpaar kreeg vier zonen en een dochter. De een jaar jongere broer Jef werd docent Engels, de twee volgende broers runden tientallen jaren een café op de hoek van Sint Pieterstraat en Tafelstraat, na hen vanaf november 2010 Café Forum genoemd. Zus Mia werd huishoudlerares. Pierres oom was Michael G.H. Ubachs (1886-1945), 'noonk Geel', timmerman en socialistisch gemeenteraadslid (1919-1945), die in 1933 een inktzwarte kritiek op de fabrikantenfamilie Regout publiceerde.[3]
↑De kweek-opleiding vond van 1941-1944 plaats in De Beyart, omdat de kweekschool aan de Tongerseweg door de SS was genaast. In De Beyart maakte Ubachs op 17 september 1944, drie dagen na de bevrijding van Maastricht, het bombardement mee, waarbij de voorbouw van het klooster werd verwoest.[5]
↑Broeders mochten zelf hun naam kiezen. In de grote congregatie bleek zijn favoriete keuze reeds 'bezet'. Ter plekke viel hem bij zijn overste slechts 'Winifred' in, zich niet realiserend dat dit een vrouwelijke heilige was. Daar is hij later wel mee geplaagd.[6]
↑De Nederlandse universiteiten hadden, tot de oprichting van de Katholieke Universiteit Nijmegen (KUN) in 1923, allemaal een protestantse signatuur. Maar met een eigen katholieke universiteit zou theoretisch in 1953 voor een kloosterling niets mis kunnen zijn gegaan met een studie aan de KUN. Het probleem zat eerder ergens anders: broeders moesten vooral geen ideeën 'boven hun stand' ontwikkelen. Sommige oversten huldigden het standpunt dat 'klein houden' de algemene geest binnen de congregatie ten goede kwam.
↑De m.o.-studie geschiedenis (administratief K VIII genoemd) bestond niet, zoals bijvoorbeeld bij de talen, uit een separaat A- en B- examen, maar was ongedeeld. Weliswaar werd bestond ze uit een deel I en II, maar dat was slechts om de examinandus voor vijftig procent te kunnen afwijzen. Beide delen werden op een en dezelfde dag mondeling geëxamineerd. Men moest beschikken over een ijzeren geheugen om die dag zonder kleerscheuren door te komen, omdat men niet alleen de encyclopedische kennis van de gehele algemene én vaderlandse geschiedenis paraat moest hebben, maar ook nog vele duizenden pagina's verplichte literatuur moest hebben gelezen.
↑Naar eigen zeggen stak hij in Nijmegen, in vergelijking met Utrecht, "niet zo heel veel meer" op, omdat ook daar hoogleraren als Post en Rogier weinig tijd hadden voor hun colleges. Het "ambacht van geschiedschrijver" leerde hij door het almaar lezen van boekbesprekingen in vaktijdschriften, waardoor hij ontdekte wat iemand tot een goed historicus maakt.[3]
↑Ubachs studeerde in Nijmegen af op het hoofdvak Nieuwe Geschiedenis bij prof.dr. L.J. Rogier en op de bijvakken Nederlandse Letterkunde bij prof.dr. W.J.M.A. Asselbergs (beter bekend als Anton van Duinkerken), en Kunstgeschiedenis bij prof.dr. F.G.L. van der Meer.[7]
↑Toen iemand, na het zien van het lijvige proefschrift (480 pagina's), opmerkte dat hij wel heel erg van Maastricht moest houden, antwoordde Ubachs dat zijn relatie met Maastricht meer op een mariage á raison leek, waarin de liefde ver te zoeken was. Ubachs ging zich met de geschiedenis van Maastricht en Limburg bezig houden omdat hij naar eigen zeggen een hekel had aan reizen en het liefst in zijn eigen bed sliep: "Alleen de gedachte al aan archiefreizen naar Brussel of Düsseldorf was mij een gruwel, om maar helemaal te zwijgen van Parijs, Simancas of Rome. Ik zocht het dus lekker dicht bij huis en koos voor Maastricht. Ik had natuurlijk de pech, dat ze hier ook niet alles hebben en voor het ontbrekende helemaal naar Den Haag moest. Maar daar woonden gelukkig ook Broeders van Maastricht!"[3]
↑Zelf zei hij hierover, variërend op een bekend gezegde: "historisch onderzoek bestaat uit één procent inspiratie en voor 99 procent uit het vermogen op zijn stoel te blijven zitten en stug door te gaan."[3]
↑LGOG-voorzitter drs. Jos Wieland, rijksarchivaris in Limburg, speelde hier in zijn voorwoord bij de bundel Maaslands melange (1990) fijntjes op in, stelde vervolgens vast dat Ubachs wel vaker met verrassende uitspraken kwam, maar noemde hem ten slotte toch "een unieke, zo nu en dan tegendraadse, wapenbroeder".[12]
↑Ubachs noemde als voorbeeld het LGOG Jaarboek 2004, geheel gewijd aan Rolduc (de "duurste publicatie van de laatste jaren"), dat hij bestempelde als "‘kostschoolnieuws’ over het jarige Rolduc", daarbij uitdrukkelijk een uitzondering makend voor de bijdrage van zijn oud-studiegenoot, dr. A.E.M. Janssen. Ubachs beschouwde de uitgave als een gemiste kans om "Rolduc eindelijk eens uit de ijle hoogten van de uniciteit te halen door het neer te zetten als Limburgs-roomse variant onder de elite-internaten in Nederland en België". In plaats daarvan "blijft men Rolduc liever koesteren als de Mont-Saint-Michel onder de vaderlandse onderwijsinstituten, hoog uittorenend boven het onderwijslandschap". Harde kritiek had hij op het ontbreken van nieuwe richtingen in het Limburgse historisch onderzoek: "Wie hoorde ooit van een Limburgs onderzoek naar gender, naar de geschiedenis van de vrouw, het gezin, elitenetwerken en al die andere onderzoeksthema’s, die in de huidige nationale en internationale geschiedbeoefening furore maken?"[14]
↑Het verwaarlozen van de recensietaak, met name door LGOG, weet hij aan het feit dat het genootschap een gesubsidieerde vereniging is: "Daardoor is het Genootschap verstrikt geraakt in het vangnet van subsidiërende politici, die alles voelen voor popularisatie en educatie en weinig of niets voor wetenschap."[14]
↑Ubachs noemde de Publications ironiserend "de Heilige Graal van het Genootschap". Zijn suggestie om het jaarboek met het kwartaaltijdschrift De Maasgouw te laten samensmelten tot één publicatie, "was voor de behoudzuchtigen op het onzedelijke af". Ubachs twijfelde er echter niet aan dat het samengaan van beide organen een kwestie van tijd was.[14] Daarin heeft hij zich wellicht vergist: de beide publicaties bestaan nog altijd autonoom.
↑In de serie Werken uitgegeven door Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap was hij redactiesecretaris van: Campus Liber (1982), Munsters in de Maasgouw (1886) en De Gouverneurs in de beide Limburgen, 1815-1989 (1989). Voorzitter van de redactiecommissie was hij van de bundel Magister Artium. Onderwijs Kerk en Kunst in Limburg (1992) en van Bonne et Servante, Uit de geschiedenis van de Maastrichtse vrouw (1986). Hij was tevens lid van de redactie van de bundels Tussen twee bruggen (1985) en Munire ecclesiam (1990). Een integrale, door LGOG geambieerde 'Geschiedenis van Limburg' zou na jaren 'trekken' niet van de grond komen door het afhaken van auteurs. De opzet van de driedelige uitgave Limburg een geschiedenis die in 2015, vijf jaar na zijn overlijden, zou verschijnen, had vanwege de veelheid aan auteurs en de versnippering van onderwerpen niet zijn voorkeur.[15]
↑De twee kleine, samengevoegde kloostercellen herbergden zijn privébibliotheek en studeerkamer.[6]
↑De bundel bevatte bijdragen van onder anderen Louis Berkvens, A.Fl. Gehlen, J.C.G.M. Jansen, Th. Jacques van Rensch, Sigismund Tagage en Bernadette van Hellenberg Hubar (tevens redactievoorzitter); daarnaast een biografische bijdrage van A.E.M. Janssen en een bibliografie van Ubachs' werk door I.M.H. Evers (tevens redactiesecretaris). Van Hellenberg Hubar noemde hem in haar 'Ten geleide' een "vruchtbaar en veelzijdig geschiedschrijver", die "het belang van een verantwoorde en volwaardige geschiedbeoefening [...] met niet aflatende toewijding en met oprechte kritiek" uitdroeg.[17]
↑De Juliana-Boudewijnprijs was een prijs die in 1959 werd ingesteld door de toenmalige gemeente Heer, bij gelegenheid van het dubbelbezoek van koningin Juliana der Nederlanden en de jonge koning Boudewijn van België. Het was een eerbewijs dat eenmaal per twee jaar werd toegekend aan personen of initiatieven uit Belgisch- of Nederlands-Limburg, die bij hadden gedragen aan het verstevigen van de vriendschapsbanden tussen België en Nederland. Toen Heer in 1970 werd samengevoegd met Maastricht, werd de prijs nog enige tijd uitgereikt, maar omstreeks 2000 was hij zo goed als vergeten. Bij de prijs behoorde in 2001 een oorkonde en een bronzen beeldje van Désirée Tonnaer.[18]
↑Ubachs kreeg de onderscheiding voor zijn doorslaggevende rol in de beschrijving van de historische relaties tussen de beide Limburgen.[19]
↑Van Rensch omschreef Ubachs daarnaast als een mens "wiens genegenheid, vriendschap, collegialiteit en betrokkenheid staan als een monument duurzamer dan brons".[10]
↑Het overzicht is digitaal beschikbaar – en doorzoekbaar – op de website van het LGOG.[21]
↑ abcdefP.J.H. Ubachs (1990): 'Toespraak na de aanbieding van de bundel Maaslands Melange op 28 juni 1990'. Tekst in bezit van Ingrid M.H. Evers, Maastricht.
↑ abcdefgh'Curriculum Vitae Petrus Joseph Hubertus UBACHS 1925-?', opgesteld door dr. P.J.H. Ubachs, 7 december 2006, in bezit van Ingrid M.H. Evers, Maastricht.
↑ abMededeling per email van Ingrid M.H. Evers, Maastricht.
↑A.E.M. Janssen, 'Dr. P.J.H. Ubachs: onbevangenheid en engagement van een historicus'. In: Van Hellenberg Hubar e.a. (red.) (1990): Maaslands melange, p. 11.
↑ abc'Open brief over de hedendaagse geschiedschrijving in Limburg', geschreven door dr. P.J.H. Ubachs, juli 2008 (gecorrigeerd januari 2009). Tekst in bezit van Ingrid M.H. Evers, Maastricht.
↑ ab'Voltooide werkzaamheden' (aangevuld tot 2009), in bezit van Ingrid M.H. Evers, Maastricht.