OpeningsvalEen openingsval of openingstruc is een term die door schakers wordt gebruikt om aan te geven dat een bepaalde zet in een bepaalde opening leidt tot verlies van de partij. In sommige gevallen wordt zo'n verkeerde zet uitgelokt, waarbij bijvoorbeeld een stuk wordt geofferd. In andere gevallen moet de verliezende speler een aantal slechte zetten achter elkaar doen wil de val dichtklappen. Een verliezende zet leidt tot gedwongen mat, óf tot het verlies van een stuk. Bij goede schakers kan het verlies van een pion, of zelfs het verlies van een tempo al leiden tot verlies van de partij. Bij beginnende schakers maakt het nog niet zo heel veel uit, omdat de tegenstander de zwakheden in de stelling nog niet goed kan uitbuiten. Ook de mogelijkheid om remise af te dwingen behoort tot de openingsvallen, omdat een betere speler in zo'n situatie niet meer de kans krijgt om te winnen, wat eigenlijk wel van hem verwacht wordt. Belangrijk is dat niet elke openingstruc goed is. Een goed voorbeeld is het herdersmat. Als de tegenstander erin trapt, dan is de partij snel voorbij. Is de zwartspeler echter een beetje goede speler, dan staat hij al snel beter. Het spelen op openingsvallen houdt dan vaak ook een zeker risico in. StukwinstVele openingsvallen berusten op stukwinst. Voorbeelden komen onder andere voor in het Albintegengambiet, de Draak en de Sveshnikov.
MatOpeningsvallen die resulteren in mat zijn geplaatst in het artikel openingsmat. Zie ook
|
Portal di Ensiklopedia Dunia