Mobiel ad-hocnetwerkEen mobiel ad-hocnetwerk, of kortweg MANET, is een netwerk van mobiele apparaten. Het netwerk heeft geen vaste infrastructuur en configureert zichzelf. Het netwerk stelt zichzelf op en bepaalt dus welke apparaten in het netwerk kunnen voorkomen en welke niet. De apparaten zijn met elkaar verbonden door een draadloze verbinding. In dit netwerk is geen centrale computer te vinden. Een MANET is een bepaald soort ad-hocnetwerk dat meestal op de datalinklaag voorkomt. Deze laag zorgt voor het transport van de data over een bepaalde verbinding. Deze netwerken kunnen op zichzelf bestaan of zijn verbonden met het internet, in dit geval is een van de computers verbonden met een ISP. MANET's zijn sinds de jaren 90 ontzettend populair geworden door de groei van laptops en Wifi draadloze netwerken. Voor deze netwerken zijn er verschillende protocollen voor het bepalen van de paden. Die protocollen gelden in een omgrensde omgeving waarin de nodes zich op enkele hops van elkaar bevinden. Een hop duidt op de sprongen tussen de apparaten die de data allemaal doorsturen. Het is dus het deel van het pad tussen de zender en de ontvanger. Elk apparaat op dit pad zorgt voor een hop (sprong) naar de volgende node. Nodes zijn de knooppunten van het netwerk. KarakteristiekenIn een ad-hocnetwerk vinden we verschillende karakteristieken terug. Hieronder worden de belangrijkste opgesomd.[1]
Verschillende MANET-typesAd-hocnetwerken voor voertuigenDit soort netwerk wordt gebruikt in bewegende voertuigen. De voertuigen vormen de nodes van het mobiel netwerk. Elk voertuig is op zijn beurt een router van het netwerk die tot zo'n 300 meter met elkaar zijn verbonden. Als een voertuig zich buiten deze afstand begeeft, valt het buiten het netwerk, maar een ander voertuig kan ook toegevoegd worden aan het netwerk. Grotendeels lijkt dit soort netwerk op een gewoon MANET, maar er zijn enkele kleine details die verschillen. Zo bewegen voertuigen zich meestal in een georganiseerde manier en niet willekeurig, zijn er accurate interacties met apparaten langs de kant van de weg en zijn voertuigen beperkt tot een bepaalde richting van bewegen. De boordcomputer in het voertuig kan ontzettend productief zijn. Op die manier kunnen er mails worden (voor)gelezen, kan er worden gesurft op het internet, kan een gps, verkeersberichten opvangen om een snellere route te bepalen of kunnen er VoIP diensten worden gebruikt. Er zijn verschillende draadloze technologieën die worden gebruikt voor dit soort netwerken zoals DSRC of satelliet. Ad-hocnetwerken voor voertuigen kunnen worden beschouwd als een component van intelligente transportsystemen. Ze kunnen bijdragen tot veiligere en efficiëntere wegen, door informatie te voorzien aan bestuurders en bevoegde autoriteiten. Intelligente ad-hocnetwerken voor voertuigenDeze netwerken beschrijven een intelligente manier van het gebruik van de ad-hocnetwerken voor voertuigen. Hierbij worden meerdere netwerktechnologieën gebruikt zoals Wifi, WAVE (IEEE 1609), WiMAX, Bluetooth, infrarood of ZigBee. Internetgebaseerde mobiele ad-hocnetwerkenZoals reeds eerder gezegd kan een ad-hocnetwerk op zichzelf bestaan ofwel verbonden worden met het internet via een Internet-gateway. Dit kan gebeuren met behulp van het Internet Protocol. Padbepaling (routing)De padbepaling in een ad-hocnetwerk ligt anders dan bij bekabelde netwerken.[3] Bij een bekabeld netwerk is het kortste pad meestal het beste, maar dit geldt niet altijd in een mobiel netwerk. Er zijn meer verschillen tussen deze twee soorten netwerken. Bij ad-hocnetwerken zijn er asymmetrische en overbodige verbindingen, de verbindingen zijn niet constant en de geldigheid kan wijzigen of zelfs wegvallen en er kan interferentie ontstaan door apparaten die te dicht bij elkaar liggen. Asymmetrisch duidt erop dat de verbinding in beide richtingen niet even snel is. Door de mobiele aard zijn er geen voorgedefinieerde paden mogelijk, er moet dus anders te werk worden gegaan dan bij stationaire netwerken. Enkele mogelijke oplossingen om het routen gemakkelijker te maken zijn flooding en clustering. Bij flooding wordt elk pakket naar alle andere nodes in het netwerk gestuurd. Het is een methode die enkel effectief is bij een netwerk met een beperkt aantal apparaten. Om loops te voorkomen moet er bij elk pakket een hopteller worden bijgevoegd en moet het maximum aantal hops bekend zijn. Zo wordt voorkomen dat over een pad tweemaal dezelfde data wordt gestuurd. Effectiever is het maken van clusters. Nodes worden gegroepeerd en de groep op zich is op zijn minst tijdelijk stationair, zodat er minder communicatie nodig is. Er zijn verschillende categorieën waarin ad-hocroutingprotocollen kunnen worden opgedeeld.[4] Flat ad-hocroutingHier worden de nodes elk individueel als gelijken gezien en wordt er geen gebruik gemaakt van clusters. Er is nog een verdere onderverdeling voor dit type routing.
Een ander voorbeeld voor deze bepaling is AODV, of Ad-hoc On-demand Distance Vector. In dit algoritme wordt rekening gehouden met een beperkte bandbreedte en de beperkte capaciteit van accu's in de mobiele apparaten. Zoals de naam reeds aantoont, is het een on-demand algoritme. Dit wil zeggen dat er alleen een pad naar een bestemming wordt opgesteld, wanneer er iemand een pakket naar die bestemming wil sturen. Het algoritme kunnen we verder uitleggen aan de hand van de figuur AODV algoritme. In dit voorbeeld zal node A een pakket willen verzenden naar node I. Het algoritme beheert een tabel van elke node met daarin de buren. A zal geen informatie vinden over I, omdat I niet binnen het zendbereik van de zender valt. Het algoritme zal zo een pad moeten ontdekken via de andere apparaten. Eerst zal er een pakket worden verstuurd naar de buren B en D, omdat deze twee in het zendbereik liggen van A. Op hun beurt zullen B en D op zoek gaan naar I in hun tabellen. Omdat die niet te vinden is, sturen ze het pakket door naar alle nodes binnen het zendbereik. Als het pakket terug bij een node komt die het pakket reeds heeft ontvangen, wordt dit genegeerd. B stuurt dus het pakket naar C (en D en A) en D stuurt naar F en G (en A en B). Zo zal het pakket uiteindelijk bij I terechtkomen en wordt het pad opgeslagen in de verschillende tabellen. In elke node wordt steeds gecontroleerd of het pad niet eerder is gebruikt en dus al bekend is. Het kan echter dat een of meer nodes verplaatst of uitgeschakeld zijn waardoor een vroeger gebruikt pad niet meer geldig is. Daarom zendt elke node op bepaalde tijden een Hello-bericht uit waarop de buren moeten reageren. Als dit niet gebeurt, weet die node dat zijn buur niet meer verbonden is met het netwerk.
Hiërarchische ad-hocroutingDit is een effectievere manier voor de padbepaling in grote netwerken. Het is een hiërarchische structuur van clusters. Een cluster is dus een groep, die nauwelijks verandert, van verschillende nodes. Verschillende clusters kunnen worden gecombineerd tot een supercluster. Elke cluster heeft een pad voor toegang tot de andere clusters en een node die verantwoordelijk is voor het sturen van het verkeer naar de anderen. Routing via geografische positioneringDe nodes zijn zich hier bewust van hun huidige positie. Deze kennis kan gebruikt worden voor een betere werking van het netwerk. De locaties worden achterhaald via gps. Een voorbeeld via dit soort protocol is GeoCast. Hierbij wordt de informatie bezorgd bij nodes die zijn geïdentificeerd via zijn geografische locatie. Het is een uitgebreide versie van de multicast.[5] ToepassingenEr zijn verschillende toepassingen waarbij we zien dat de router zelf ook mobiel is. Dit is zo bij militaire voertuigen op een slagveld, een scheepsvloot, communicatie in een mijn, reddingswerkers bij een aardbeving, het verwerven van robotgegevens of een groep mensen met computers waar geen Wifi beschikbaar is. Een andere bekende toepassing is de verbinding tussen 2 GSM-toestellen via Bluetooth. Als de ene in het zendbereik van de andere ligt, ontstaat een netwerk en kan er dataverkeer plaatsvinden. Deze verbinding verloopt direct en zonder tussenkomst van andere apparaten.[6] Bij een militaire operatie moet er continu contact zijn tussen soldaten, voertuigen en luchtverkeer. Het netwerk wordt gekoppeld aan een satellietnetwerk om zo de positie van de verschillende strijdkrachten na te gaan. Bij reddingsoperaties moet communicatie gewaarborgd zijn. Wanneer de vaste communicatiestructuur vernietigd is, is een MANET een robuuste en zelfreparerende manier van werken. Het opnieuw opzetten van de vaste structuur zou te kostbaar zijn, te gevoelig voor falen en te veel tijd in beslag nemen. De beveiliging in gebouwen kan tevens via dit soort netwerken gebeuren. Er kan snel contact worden opgenomen met een alarmcentrale of hulpdiensten. Mobiele ad-hocnetwerken zijn dus geschikt voor situaties
ProblemenDe beveiliging van deze netwerken brengt enkele problemen met zich mee. Doordat het een open medium is, is er meer gevaar voor het afluisteren van de communicatie, het zogenaamde eavesdropping. Door de steeds veranderende topologie kunnen er ook kwaadaardige nodes in het netwerk voorkomen, die berichten kunnen wijzigen, injecteren, vasthouden, vertragen of een andere kant dan bedoeld op sturen. Het is aan de gebruikte versleuteling om hier het hoofd aan te bieden. Bij het verzenden van data wordt er in ad-hocnetwerken geen rekening gehouden met bottlenecks, zogenaamde knooppunten met een kleine bandbreedte. Deze bottlenecks kunnen voor heel wat vertraging zorgen bij het dataverkeer.[7] Bronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia