Een rak is een recht stuk in een rivier. Bij Langerak was een lang recht stuk in de Lek, hier kon een lang rak worden gevaren.
De naam Langerak komt in Nederland vijf keer voor. In Duitsland komt Longerich (in Keulen) voor en Longridge in het Verenigd Koninkrijk. De betekenis is steeds dezelfde, namelijk een verhoogde lange rug (vaak zand) in het landschap in de nabijheid van een rivier.[bron?]
Geschiedenis
Langerak was als heerlijkheid een leen van het Sticht Utrecht. In Langerak stond het rond 1253 gestichte Huis te Langerak, dat een leen was van het Graafschap Holland. Dit kasteel werd eerst bewoond door het geslacht Van Langerak, daarna door de Van Boetzelaers.[2] Het kasteel is verdwenen maar de locatie is in het terrein nog herkenbaar.
In 1820 was er een dijkdoorbraak ten oosten van de Nederlands-hervormde kerk, met als gevolg het onderlopen van de Alblasserwaard. Hier is nog een wiel zichtbaar. Vroeger was hennepteelt een belangrijke bron van inkomsten. Later ging men geheel over op de veehouderij.
Molens
De Westermolen, een wipmolen uit 1652, die op vrijwillige basis nog steeds de polder Langerak bemaalt.
In Langerak was een windkorenmolen. Inmiddels is deze molen verdwenen.