Jac.J. Janssen
Jacobus (Koos) Johannes Janssen (Utrecht, 15 juni 1922 - Londen, 23 augustus 2011) was hoogleraar in de egyptologie aan de Rijksuniversiteit Leiden van 1979 tot 1983. Leven en werkZijn ouders waren Jacobus Johannes Janssen en Theodora Elselina Battenberg. Hij studeerde Geschiedenis en Geografie aan de Universiteit Utrecht, en ging vervolgens aan het werk als leraar op een middelbare school. Tegelijkertijd volgde hij zijn belangstelling in de Egyptologie en studeerde bij Prof. Adriaan de Buck aan de Rijksuniversiteit Leiden, die ook zijn promotor werd. In 1961 verdedigde Janssen zijn proefschrift met de titel Two Ancient Egyptian Ship's Logs.[1] In 1970 werd hij universitair docent in Leiden, en in 1979 volgde hij Adolf Klasens op als hoogleraar.[2] Na vier jaar hoogleraarschap ging Janssen echter vervroegd met pensioen om in Londen zijn onderzoek voort te zetten. Hij werd Honorary Research Fellow van het Department of Egyptology aan University College London. In 1989 hertrouwde hij met de egyptologe Rosalind Hall, die vanaf dat moment meewerkte aan veel van zijn publicaties. Janssens specialisme was de sociale en economische geschiedenis van het oude Egypte, met name aan de hand van de documenten en voorwerpen uit het dorp Deir el-Medina uit de periode c. 1200-1000 v.Chr. Janssen stierf zittend aan zijn bureau in Londen. Zijn stoffelijke resten zijn bijgezet in de Nederlandse Kerk in Londen. Publicaties (selectie)
Externe linkBronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia