J.E. BuschmannDe zaak J.E. Buschmann was een drukkerij en uitgeverij in Antwerpen. Ze werd in 1842 opgericht door Joseph-Ernest Buschmann (1814-1853), een Luxemburger die in 1838 naar Antwerpen was gekomen. J.E. Buschmann was bekend voor zijn bibliofiele uitgaven en kunstdrukken. Verscheidende Vlaamse en Franstalige auteurs zoals Hendrik Conscience, Pieter Frans van Kerckhoven, Theodoor van Ryswyck, Félix Bogaerts, Pieter Ecrevisse en Jacob Frans Johan Heremans lieten hun boeken daar uitgeven en drukken. Het bedrijf is blijven bestaan tot in 1978. Het embleem van de uitgeverij was een man die een boom plant, met als motto: "Al wat de Boschman plant, gedije voor het land".[1] Drukkerij en uitgeverij J.E. BuschmannJ.E. Buschmann was een drukkerij en uitgeverij op de Ossenmarkt 1182 (huidige nr 22), in Antwerpen. J.E. Buschmann was de eerste grote uitgever van de ontwakende Vlaamse beweging. De firma betaalde, als eerste, de Vlaamse schrijvers voor hun uitgaven. Een van de belangrijkste en bekendste auteurs die bij drukkerij Buschmann zijn boeken liet drukken en uitgeven, was Hendrik Conscience. J.E. Buschmann was de eerste uitgever die hem betaalde voor het recht tot drukken van De leeuw van Vlaanderen. Conscience had immers elke druk van zijn vorige boeken steeds zelf betaald. In 1850 werd het bedrijf voortgezet door zijn echtgenote, Emilie Van Haren, omwille van de gezondheidstoestand van Joseph-Ernest. Zij bracht de op gang zijnde zaken tot een goed einde. Om het bedrijf meer renderend te maken, verplaatste zij de drukkerij naar kleinere lokalen, gelegen in de Israëlietenstraat 11, vlak bij de beurs. Eind 1853 werd in deze nieuwe lokalen het nieuwe kunsttijdschrift “De Vlaemsche school” gedrukt. Vervolgens ging weduwe J.-E. Buschmann over tot het kopen van het terrein, gelegen aan de Handelslei (huidige Italiëlei) / Rijnpoortvest. Hun zonen, Gustave (1847-1935) en Paul Buschmann senior (1846-1909), namen in 1870 respectievelijk de commerciële en artistieke leiding over. Dankzij de door Paul sr. aangeknoopte betrekkingen met het Museum Plantin-Moretus, konden deze letters voor bijzondere typografische drukken worden gebruikt. Paul Buschmann junior (1877-1924) nam, na de dood van zijn vader, in 1909 de artistieke leiding over, maar gaf die in 1911 door aan zijn neef Gustave Jos. Buschmann. Paul Buschmann jr. werd conservator van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten van Antwerpen, waar hij Pol de Mont opvolgde.[2][3] Tot de eerste uitgaven behoorden: “Hoe men schilder wordt” (1843) en andere werken van Hendrik Conscience. Daarnaast publiceerde hij, onder meer, werken van Pieter Frans van Kerckhoven, Karel Lodewijk Ledeganck en Eugeen Zetternam.[4] De drukkerij J.E. Buschmann drukte ook de eerste jaargangen van het letterkundig tijdschrift “Het Taelverbond” en enkele jaargangen van “Dietsche Warande en Belfort” en van “Van Nu en Straks” (de tweede reeks, 1896-1901).[5] Ook het rijk geïllustreerde kunsttijdschrift “De Vlaamsche School” werd hier gedrukt. Tot in 1902 was Pol de Mont hoofdredacteur. Nadien, toen het “Onze Kunst” heette, werd Paul Buschmann jr. redacteur.[1] L.J. Veen gaf dit tijdschrift uit in Nederland. J.E. Buschmann is tevens bekend voor zijn bibliofiele uitgaven[6] en kunstdrukken. Zo drukte men een aantal "jaarboeken" van de Antwerpse kunstgroep "De Scalden" (met o.a. Edmond van Offel en Lodewijk Mortelmans). Het bedrijf bleef bestaan tot in 1978. In de 20e eeuw publiceerde het onder meer nog werk van Herwig Hensen en Bert Peleman. UitgavenBoeken
Tijdschriften
Reeksen
Jaarboeken
Externe linkBronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia