Heist-Goor
Heist-Goor is een kerkdorp in de fusiegemeente en gelijknamige deelgemeente Heist-op-den-Berg, in het zuiden van de provincie Antwerpen in de Zuiderkempen. Het wordt uitsluitend zo genoemd door de (gemeentelijke) overheid. De plaatselijke bevolking en de officiële topografische kaart van het NGI noemen het kortweg 'Goor'[1] ('t Goeër in het Goors dialect). Het bestaat uit twee gehuchten: 't Goor is het huidige dorpscentrum met de kerk, Achterheide[2] is de historische dorpskern. Toponymie'Goor' verwijst naar drassig laagland, een moeras.[3] Omstreeks 1750 strekte de 1000 ha grote Goorheide zich uit van het huidige Heist-Goor tot Bruggeneinde, waar het nog amper 2 ha groot natuurgebiedje 'de Goren'[4] het laatste restant vormt van dit immense gebied.[5] In de loop der tijd werd de Goorheide vrijwel volledig drooggelegd en ontgonnen. Toponiemen als 'Verdronken-Vors'[6] ten zuidwesten van de dorpskern en 'Kwadeplas'[7] ten oosten van het dorp, herinneren nog aan de oorspronkelijke geografie. GeschiedenisHet is aannemelijk dat het grondgebied van Heist-Goor reeds vanaf de prehistorie regelmatig bezocht werd door mensen, maar bij gebrek aan archeologisch onderzoek ontbreken daarvoor nog harde wetenschappelijke bewijzen. Het is wel mogelijk dat er te Kwadenplas door de lokale bevolking ooit een urnenveld van de urnenveldencultuur (1100-600 v.Chr.) is aangetroffen. De huidige Vissersstraat en Vijverstraat heetten voorheen immers Hellestraat en Dodestraat. Dergelijke benamingen gaf men vroeger vaak aan plaatsen waar een urnenveld was aangetroffen.[8] Bij de eenmaking van de Spaanse Nederlanden omstreeks 1550 was de heerlijkheid Mechelen, waartoe ook de exclave Heist behoorde, de kleinste van de Zeventien Provinciën. De heerlijkheid Heist telde toen zeven 'heerdgangen' of dorpen, waaronder Achterheide. De huidige dorpskern van Heist-Goor bestond nog niet. Op de Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden[9] uit 1771-1778 wordt behalve het dorp Achterheide slechts het toponiem Kalfkendoodt vermeldt, met een bewoningskern rond het kruispunt van de huidige Hollandstraat en Heist-Goorstraat, evenals de Gommerijnstraat, de verbindingsweg naar Tremelo. Achterheide en Kalfkendoodt lagen aan de Grote Mechelsebaan, de huidige Mechelbaan en Hollandstraat, een belangrijke handelsweg die Mechelen verbond met Holland. Herbergen boden overnachtingsmogelijkheden aan de handelsreizigers, vaak veehandelaars op weg naar de veemarkt in Mechelen. In de 18de/19de eeuw waren in de regio ook verschillende steenbakkerijen gevestigd. De voormalige kleiwinningsputten (plaatselijk steenputten genoemd) worden thans gebruikt als visvijvers[10][11]. Zowel te Achterheide[12] als te Kalfkendoodt/Calfken-Doodt[13] werd in 1796 een korenwindmolen gebouwd om graan te malen. In 1873 werd Heist-Goor op initiatief van Jacob-Ferdinand Mellaerts een zelfstandige parochie. Voorheen gingen de bewoners telkens via de Misweg naar de kerk van Heist-Centrum. Pas met de bouw van de Sint-Alfonsiuskerk verschoof het dorpscentrum van Achterheide naar 't Goor. Het groeide uit tot een typisch straatgehucht met enkele winkels. Pastoor Mellaerts richtte hier in 1887 een boerengilde op, de voorloper van de latere Belgische Boerenbond. Tot halverwege de 20ste eeuw bleef de landbouw de belangrijkste economische activiteit. In 1891 werd de steenweg voltooid die Heist-Goor met Heist-Centrum verbindt. Aan het kruispunt met de Liersesteenweg werd hier in 1925 stoommelkerij Sint-Jozef[14] opgericht, die in de jaren '80 failliet ging en in 2008 werd afgebroken.[15][16][17][18] Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog, op 12 mei 1940, werden in Heist-Goor 4000 Belgische soldaten gehuisvest die instonden voor de verdediging van de Grote Nete, waarvan ze alle bruggen hadden opgeblazen om de Duitse opmars te stoppen. Duitse bommenwerpers vlogen over en bombardeerden o.a. Heidelo ten noordoosten van Heist-Goor. Dezelfde dag nog trokken de Belgische soldaten zich terug achter de IJzeren Muur. De volgende dagen probeerden ook veel Gorenaars achter de IJzeren Muur te vluchten, maar op 14 mei sloten de laatste toegangspoorten. Op 15 mei verscheen de Duitse voorhoede op 't Goor. Heel de streek werd toen zwaar gebombardeerd door de Belgische artillerie. Van 17 tot 20 mei overnachtten 50 Duitse soldaten in de school. Op 27 mei heropende de lagere school en waren de meeste Gorenaars terug naar huis gekeerd, hoewel zowat een vijfde van de bevolking nog op de vlucht was. Tijdens de Duitse aftocht in 1944 hielden op 3 september 70 Duitse soldaten halt in Heist-Goor. Op 4 september passeerden de hele dag terugtrekkende Duitse soldaten die her en der karren, paarden en fietsen opeisten. 's Nachts werden de laatste vijf soldaten gevangen genomen door het verzet. Op 5 september wapperde opnieuw de Belgische vlag op de kerktoren en reden enkele Engelse tanks over de Liersesteenweg richting Aarschot. Vanaf oktober vlogen er regelmatig Duitse 'vliegende bommen' over Heist-Goor richting Antwerpen. In de streek werd her en der luchtafweergeschut opgesteld. Tot 1 februari 1945 ontploften daardoor 6 'vliegende bommen' in Heist-Goor (Trommelstraat, Pluishoek, Grote Braamstraat, Mechelbaan, Achterheide en Goorlei), waarbij verscheidene dodelijke slachtoffers vielen, heel wat gewonden en ook veel materiële schade.[8] In 1974 ontstond ten noorden van Achterheide als het ware een derde bewoningskern met de bouw van de Rashoevewijk[19]. GeografieTopografieTen westen van het dorpscentrum van Heist-Goor ligt de oudste bewoningskern Achterheide en ten noordoosten daarvan de Rashoevewijk. Aansluitend bij het noordoosten van het centrum van Heist-Goor was de locatie van het historische gehucht Kalfkendoodt. Onmiddellijk ten zuidoosten van het centrum bevindt zich het toponiem Pluishoek en wat verder in dezelfde richting, in de omgeving van de Liersesteenweg, de Kwadenplas met de Visvijvers (kleiputten van voormalige steenbakkerijen). Ten zuiden van het dorp bevindt zich het toponiem Verdronken-Vors. Ten zuiden van Achterheide en ten zuidwesten van 't Goor, richting Schriek bevindt zich het toponiem Hoeksken. Ten westen en ten noordwesten van Achterheide liggen eveneens kleiputten en het toponiem Munksbossen. Kwadenplas, Verdronken-Vors en de Munksbossen zijn drassige gebieden met weilanden.[1] HydrografieHeist-Goor ligt in het stroomgebied van de Schelde, maar op de waterscheiding van de Nete en de Dijle. De Rashoevebeek, de Kwadeplasloop en de Raambeek stromen naar de Grote Nete. De Kerkloop of Kleinbeek, de Scheiloop, de Weutjensloop/Wuitjesloop, de Schransloop, de Gemeen/Gemein Goorloop en de Minksebeek/Minsebeek behoren tot het deelstroomgebied van de Dijle. De Rashoevewijk, de Kwadeplas en de Pluishoek liggen dus in het Netebekken, de rest van Heist-Goor, waaronder de woonkernen 't Goor en Achterheide, liggen in het Dijlebekken.[20] Menselijke geografieHeist-Goor ligt in deelgemeente Heist-op-den-Berg. Het is geen klassiek kerkdorp ontstaan rond een kerk. Op de Ferrariskaart uit 1771-1778 valt op dat het gebied gekenmerkt werd door verspreide landelijke bewoning. De historische bewoningskern Achterheide bevindt zich ongeveer 2 km ten oosten van het huidige dorpscentrum. Het is nog steeds een landelijk gebied met afwisselend oude hoeves en velden en weiden. Buiten een kleuterschool zijn er nauwelijks andere voorzieningen of handelszaken, daarvoor zijn de bewoners aangewezen op het dorpscentrum. Het centrum van Heist-Goor ontwikkelde zich rond de kerk. Het is de enige straat met gesloten bebouwing. Huizen wisselen er af met typische dorpswinkels en voorzieningen als bakkers, een beenhouwer, een bloemenwinkel, een kledingswinkel, een kapper, een schoonheidssalon, een bank, een reisbureau, cafés en een frituur, grotere handelszaken zoals een supermarkt, een interieurzaak en een zwembad. Verder zijn er twee basisscholen en een parochiezaal. Ten gevolge van schaalvergroting is er qua voorzieningen sinds de jaren 1980 een achteruitgang merkbaar. Toen was er nog een cinema en waren er verschillende dancings. Sinds de jaren 1990 sloten verschillende banken, bakkers en andere handelszaken hun deuren en verdwenen ook de lokale afdelingen van de openbare bibliotheek en muziekschool. Buiten de twee kernen Achterheide en Goor, vormt de rest van het grondgebied evenmin een aaneengesloten open ruimte. Langs de hoofdwegen is er lintbebouwing. Daarachter is de groene open ruimte wel grotendeels bewaard gebleven. Verder zijn er nog heel wat smalle landelijke wegen met meer verspreide bebouwing tussen landbouwgronden. De meeste woningen in Heist-Goor beschikken dan ook over een tuin die aan de achterzijde aan landbouwgebied grenst. De open ruimte bestaat wel quasi-volledig uit private landbouwgronden. Er zijn geen openbare natuurgebieden. Het enige openbaar park(je) is de voormalige pastorietuin in de Pastoor Mellaertsstraat. Atypisch voor Heist-Goor is de Rashoevewijk, die in 1974 ten noorden van Achterheide werd opgetrokken. Het geometrisch stratenpatroon en de identieke huizen verraden een planmatig aangelegde woonwijk. Op enkele kleine winkeltjes na, zijn de bewoners volledig aangewezen op het centrum van Heist-Goor. De gewestweg Lier-Aarschot en de spoorlijn Antwerpen-Aarschot doorsnijden Heist-op-den-Berg via een NW-ZO-as en creëren samen met het Heistse Industriepark tussen beide verkeersassen in zowel een fysieke als een psychologische barrière tussen Heist-Goor en het amper 4 km ten noorden daarvan gelegen Heist-Centrum.[17][18] DemografieHeist-Goor, een dorp binnen deelgemeente Heist-op-den-Berg, telt meer inwoners (4580[18]) dan de volwaardige Heistste deelgemeenten en dus voormalige autonome gemeenten Hallaar en Wiekevorst. In 1854 had Heist-Goor 304 huizen en 1410 inwoners. Bij de oprichting van de zelfstandige parochie Sint-Alfons in 1873, telde de parochie 339 huizen en 1680 inwoners. Honderd jaar later, in 1973, waren er 870 huizen en 2900 inwoners. In 1983 was dit reeds aangegroeid tot 1050 huizen en 3100 inwoners.[8] BezienswaardighedenBurgerlijk erfgoed
Religieus erfgoed
Straten
CultuurDialectDe spreektaal in Heist-Goor is het Goors, een Zuiderkempens, Kempens, Brabants, Nederlands dialect, en net als het ((Standaard)nederlands een West-Germaanse taal.[35] In principe had vroeger zowat elk dorp zijn eigen dialect, maar de verschillen tussen dicht bij elkaar gelegen dorpen waren over het algemeen niet zo groot. Binnen Heist waren de verschillen tussen de dorpen onderling dus ook eerder beperkt. In de huidige spreektaal zijn die verschillen zelfs bijna helemaal verdwenen, zodat we thans van een algemeen Heists dialect kunnen spreken.[36] Een opvallend kenmerk van het Goorse dialect is de systematische ontronding. Dit is nog steeds te horen bij de vooroorlogse generatie, maar verdwenen bij de latere generaties. Deze ontronding komt ook voor in het Schrieks, Booischots en ook het Hulshouts, maar niet in het noorden van Heist, wel ten zuiden daarvan tot in Leuven.[35]
Erg typisch voor de Heistse dialecten is ook in bepaalde gevallen de breking of diftongering van lange klanken tot tweeklanken die met een 'j' beginnen.[36]
Een bekende dialectzin is: Ziet die jolleke bjost mojjenoks bèrrevits in z'n klone dee de bèmme schèsse! In de standaardtaal: Zie die lelijkaard naakt blootsvoets in z'n klompen door de beemden lopen! Theater
Muziek
Uitgaansleven
Evenementen
OnderwijsBasisonderwijsHeist-Goor telt twee basisscholen voor kleuter- en lager onderwijs:
De dichtstbijzijnde middelbare scholen zijn het Heilig-Hartcollege te Heist-Station en het GO! Atheneum Heist en het Sint-Lambertusinstituut in Heist-Centrum. Sport
Bekende GorenaarsAfkomstig van Heist-Goor
Inwoners van Heist-Goor
Nabijgelegen kernenBooischot, Zonderschot, Heist-op-den-Berg, Schriek, Pijpelheide Referenties
|