EHerkenningHet inlogsysteem eHerkenning is een Nederlands gestandaardiseerd systeem voor digitale herkenning, waarmee organisaties hun diensten online toegankelijk kunnen maken. In essentie regelt eHerkenning de authenticatie en controleert het de digitale bevoegdheid (autorisatie) van iemand die online een dienst wil afnemen. Ondernemers, consumenten en ambtenaren loggen met hun eHerkenningsmiddel, het inlogmiddel, in op een webdienst van een aangesloten organisatie en kunnen zo online hun zaken regelen. EHerkenning is een van de voorzieningen die samen de generieke digitale infrastructuur voor de e-overheid vormen. EHerkenning valt onder het Afsprakenstelsel elektronische toegangsdiensten (ETD-stelsel), dat op zijn beurt onderdeel is van het eID-stelsel. Het voldoet aan de Europese eIDAS-eisen en is een erkend Europees inlogmiddel.[1] AanleidingEHerkenning is opgericht in 2009 en is de opvolger van ‘DigiD voor bedrijven’. Tot dan toe ontbrak een inlogvoorziening voor bedrijven om betrouwbaar en veilig online zaken te doen met de overheid. Het ministerie van Economische Zaken (EZ) nam daarom in 2009 het initiatief tot een marktconsultatie. Hierin gaven 18 commerciële partijen aan dat ze samen met het EZ wilden investeren in eHerkenning. Samen ontwikkelden zij vervolgens eHerkenning. eHerkenning is daarom een publiek-private samenwerking (PPS) In 2010 sloot Agentschap NL als eerste grote dienstverlener aan op eHerkenning. Sindsdien is eHerkenning uitgegroeid tot een robuust[bron?] gestandaardiseerd inlogsysteem. Meer dan 280.000 gebruikers loggen jaarlijks ruim 6 miljoen keer in op de webdiensten van 403 dienstverleners. Publiek-private samenwerkingAan de basis van eHerkenning staat het samenwerkingsverband tussen het ministerie van Economische Zaken (EZ) en het bedrijfsleven. eHerkenning is georganiseerd als stelsel en is dus geen op zichzelf staande technische voorziening die bij de overheid wordt beheerd. eHerkenning wordt geleverd door meerdere erkende aanbieders in een netwerk. Zij werken volgens gezamenlijke afspraken: het Afsprakenstelsel eHerkenning.[2] Partijen die eHerkenning willen aanbieden, dienen toe te treden tot het Afsprakenstelsel eHerkenning via het zogeheten toetredingsproces. In het Afsprakenstelsel eHerkenning staan de kaders waar alle betrokken zich aan moeten houden. Tegelijkertijd biedt het afsprakenstelsel voldoende ruimte voor de erkende marktpartijen om met elkaar te concurreren. Het afsprakenstelsel wordt beheerd door de overheid en de erkende aanbieders van eHerkenning staan onder toezicht van de overheid. Afsprakenstelsel Elektronische ToegangsdienstenHet Afsprakenstelsel Elektronische Toegangsdiensten (voorheen Afsprakenstelsel eHerkenning) is simpelweg een set van afspraken die de deelnemers samen hebben vastgelegd. Het doel hiervan is om samenwerking en zekerheid in het netwerk te garanderen. Het gaat hier bijvoorbeeld om afspraken omtrent het beheer, de ontwikkelingen, technische functionaliteiten, beveiliging en privacy. Alle erkende aanbieders voldoen aan deze afspraken, waardoor het mogelijk is om in een gezamenlijk netwerk diensten aan te bieden en tegelijkertijd onderling met elkaar te concurreren. Het beheer van eHerkenning is ondergebracht bij Logius, de Nederlandse overheidsinstantie voor ict-zaken. Deze beheert sinds 1 oktober 2012 het afsprakenstelsel en het door eHerkenning vastgestelde nalevingsbeleid. Logius verwerkt wijzigingen in het afsprakenstelsel, publiceert de nieuwe versies en houdt toezicht op de naleving van het stelsel door de dienstverleners en de erkende marktpartijen. Ook houdt de beheerorganisatie in opdracht van EZ toezicht op het gebruik van het merk.[2] Besturingsmodel van eHerkenningDe bijzondere vorm van organisatie bij eHerkenning vergt een bijbehorende governance (besturingsmodel). Het borgen van de inspraak van de betrokken partijen is voor een afsprakenstelsel zeer belangrijk. In 2012 heeft Maxime Verhagen, destijds minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het Instellingsbesluit Besturing eHerkenning getekend.[3] Het instellingsbesluit legt officieel vast welke zeggenschap de betrokken partijen hebben over de inhoud en ontwikkeling van het Afsprakenstelsel eHerkenning. Deze is in 2015 vervangen door het instellingsbesluit besturing elektronische toegangsdiensten.[4] In het instellingsbesluit zijn drie gremia gedefinieerd die het bestuur van eHerkenning vormen:
Op alle niveaus hebben zowel aanbiedende marktpartijen, als afnemende dienstverleners en ondernemers inspraak. De gremia in de governancestructuur vergaderen op reguliere basis met elkaar. Het secretariaat van de gremia wordt uitgevoerd door de beheerorganisatie. Rollen binnen eHerkenningHet Afsprakenstelsel eHerkenning onderscheidt vier rollen binnen het netwerk. Erkende leveranciers kunnen één of meerdere rollen vervullen.
Voor de juiste werking van eHerkenning is het verplicht dat alle authenticatiediensten, machtigingenregisters en eHerkenningsmakelaars met elkaar koppelen (‘alle op alle’). BetrouwbaarheidsniveausBij online dienstverlening wordt informatie uitgewisseld met een andere partij. Dit kan openbare informatie zijn of juist gevoelige informatie. De ene online dienst moet daarom meer afgeschermd worden dan de andere. Anno 2023 zijn er binnen eHerkenning vier niveaus van betrouwbaarheid, waarmee diensten afgeschermd kunnen worden:
Niveau EH1 (inloggen met gebruikersnaam en wachtwoord) is in 2021 afgeschaft, het wordt met ingang van de Wet digitale overheid beschouwd als onvoldoende veilig voor overheid en publieke diensten. Dienstverleners bepalen zelf met welk betrouwbaarheidsniveau zij hun diensten willen aanbieden. De betrouwbaarheidsniveaus zijn gebaseerd op het Europese STORK-raamwerk,[5] dat zich richt op interoperabiliteit van authenticatiemiddelen tussen lidstaten. De vier betrouwbaarheidsniveaus beschrijven in generieke termen waaraan authenticatiemiddelen moeten voldoen, zowel in technische zin (1 of 2 factor, wachtwoord, encryptie, etc.) als in procedurele zin. Denk hierbij vooral aan de aspecten van het uitgifteproces zoals controles van brondocumenten ((KvK)-inschrijvingen, identiteitsbewijzen, wel of niet toestaan van kopieën) en wel of niet een fysieke uitreiking van het middel (zoals bij het hoogste niveau 4, PKI-certificaat). Het Forum Standaardisatie heeft in 2014 een handreiking 'Betrouwbaarheidsniveaus voor authenticatie bij elektronische overheidsdiensten' gepubliceerd,[6] waarin praktische aanwijzingen worden gegeven voor het nadenken en besluiten over betrouwheidsniveaus van elektronische diensten. Aanvraag betrouwbaarheidsniveauAanvragen worden gedaan bij erkende leveranciers. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de vereisten anno 2023.[7]
Functionaliteit en doorontwikkelingDe functionaliteit van eHerkenning omvat basisfuncties en optionele functies. De functionele ontwikkeling wordt door marktvraag gedreven: na een formeel wijzigingsproces van de beheersorganisatie volgt er een volgende versie van het afsprakenstelsel. Hieronder volgt een overzicht van de functionaliteit per versie. Basisfuncties (versies 1.1 t/m 1.4)
Functionaliteit versie 1.5Deze versie, uit juli 2012, bracht de volgende verbeteringen:
Functionaliteit versie 1.7Deze versie kwam uit in april 2013. Verschillende functies uit versie 1.7 zijn optioneel. Dit betekent dat ze pas worden ontwikkeld als een dienstverlener aangeeft er gebruik van te willen maken.
In april en oktober 2014 zijn versies 1.8a, 1.8b en 1.8c uitgekomen. Deze bevatten een aanscherping van enkele processen in het Operationeel handboek, alsmede wijzigingen in het Juridisch kader.[10] Versie 1.9Versie (1.9) van het Afsprakenstelsel eHerkenning vormt de basis van het introductieplateau eID Stelsel. Deze versie werd in december 2015 in productie genomen.[11] 1.10 en 1.11 volgden later.[11] Versie 1.13 is anno 2023 de meest recente versie van eHerkenning. Deze is ingevoerd op 24 maart 2022.[12] Erkende aanbiedersErkende leveranciers van eHerkenningsmiddelen: Erkende eHerkenningsmakelaars:
Zie ookExterne links
Bronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia