Deûlémont
Deûlémont (Nederlands, verouderd: Deulemonde) is een gemeente in het Franse Noorderdepartement (Frans: département du Nord). De plaats ligt ongeveer 15 kilometer van Rijsel, tegen de Belgische grens, aan de samenvloeiing van de Leie en de Deule. De gemeente telde op 1 januari 2022 1.801[1] inwoners. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Deûlémont geheel verwoest. GeografieDe oppervlakte van Deûlémont bedroeg op 1 januari 2022 9,94 vierkante kilometer; de bevolkingsdichtheid was toen 181,2 inwoners per km². GeschiedenisDeûlémont werd voor het eerst vermeld in 1066 als Doulesmons. Toen was er sprake van bezittingen van de Abdij van Mesen en het Sint-Pieterskapittel van Rijsel. De kerk werd tijdens de Eerste Wereldoorlog verwoest en herbouwd. Bezienswaardigheden
Natuur en landschapDeûlémont ligt op de rechteroever van de Leie, aan de samenvloeiing met de Deule (monding van de Deule). De hoogte bedraagt ongeveer 16 meter. RecreatieDe gemeente ligt nabij de jachthaven van Komen-Deûlémont aan de Frans-Belgische grens. DemografieOnderstaande figuur toont het verloop van het inwoneraantal van Deûlémont vanaf 1962.
Verering van Sint-SymforianusDe kerk is gewijd aan de Sint-Symforianus van Autun. De heilige heeft er zijn eigen altaar. Deûlémont was een populair bedevaartsoord bij de West-Vlamingen, die het dorp "Dulzemonde" noemden. In 1927 meldde Vlaamse schrijver Edward Vermeulen het bedevaartsoord in zijn boek "Mietje Mandemakers & Cie". "Ge moet in beêvaart gaan naar Dulzemonde, raade Leonie aan, 't is wel ver in Frankrijk, maar ge zoudt er voorzeker beternis vinden."[2] Ook de Belgische volkskundige Walter Giraldo vermeldt meermaals het bedevaartsoord van Deûlémont in zijn onderzoeken over de volksdevotie in West-Vlaanderen. Men diende Sint-Symforianus tegen de blauwzucht (cyanose) (in het plaatselijke dialect de "plane" of "de blauwe ziekte" genoemd)[3][4] ook tegen de Wiegendood[5] of allerlei kinderziektes. Soms diende men hem ook tegen veeziektes.[6] In het begin van de jaren 1930 kwamen bedevaarders uit Kortrijk om het ondergoed van hun kindjes te laten zegenen. Dit ondergoed moest al negen keer gedragen zijn. Na de zegening moesten de kinderen het dan weer negen dagen dragen.[7] Tijdens de jaren 1950 kwamen bedevaarders uit Aalbeke,[3] Deerlijk,[4] Wijtschate[8] of Wevelgem.[6] Gelijkaardige praktijken werden vermeld: Men begaf zich naar Deûlémont voor de bevalling, het liefst met de echtgenoot om een kledingstuk te laten wijden, dat het kind, na zijn geboorte, negen dagen moest dragen om de blauwe ziekte te voorkomen.[6] Destijds deelde de parochie een medaille van Sint-Symforianus uit.[9] Een processie vond plaats op de vierde zaterdag van augustus.[10] Tot op heden wordt elke jaar op deze dag een mis met kinderzegening gevierd ; de kinderen krijgen dan een beeldje van de heilige.[11] Het dorp organiseert een feestje met wat attracties, paardenmolens en een grote rommelmarkt. Enkele Vlaamse bedevaarders komen nog de heilige dienen.
Nabijgelegen kernenLe Bizet, Waasten, Komen, Quesnoy-sur-Deûle, Frelinghien Externe linksBronnen
Zie de categorie Deûlémont van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|
Portal di Ensiklopedia Dunia