Carola's parotia
De Carola's parotia (Parotia carolae) is een van de meest kleurrijke soorten uit het geslacht Parotia van de paradijsvogel. Het is een endemische vogelsoort uit Nieuw-Guinea. De vogels is genoemd naar de vrouw van koning Albert I van Saksen, koningin Carola van Wasa. KenmerkenDe Carola's parotia is een middelgrote (26 cm lang) zwarte paradijsvogel, met opvallend witte sierveren aan de flanken, zes lepelvormige sierveren aan de kop en ook iriserende goudkleurige sierveren op de borst. Op de kop, boven het oog (met witte oogring) een zwarte band en daarboven weer wit. Het vrouwtje is veel doffer en heeft geen opvallende sierveren. Zij is vuilwit, met donkere bandering, van onder en bruin van boven. De iris van beide seksen is wit. De Berlepsch zesdradige paradijsvogel werd beschouwd als een ondersoort van de Carola's parotia, maar hij verschilt daarvan door een meer bronsgroenkleurig verenkleed, verder heeft de Berlepsch zesdradige paradijsvogel geen oogring. Verspreiding en leefgebiedDe biotoop van deze paradijsvogel wordt gevormd door de regenwouden van het centrale bergland van Papoea en Papoea-Nieuw-Guinea. De soort telt 5 ondersoorten:
StatusPlaatselijk is de vogel vrij algemeen en daarom is het geen bedreigde diersoort.[1] Bronnen, noten en/of referenties
|
Portal di Ensiklopedia Dunia