Unilever
Unilever PLC is een Britse multinationale onderneming die voorheen ook een duale bedrijfsstructuur met Nederland had. Het bedrijf is gespecialiseerd in voedingsmiddelen, persoonlijke verzorging en schoonmaakartikelen. In 2022 telde het 148.000 medewerkers wereldwijd. Het hoofdkantoor is gevestigd in Londen. ActiviteitenUnilever is wereldwijd actief en behaalde in 2020 een omzet van 51 miljard euro. Deze werd voor 22% gerealiseerd in Europa, voor 32% in Noord- en Latijns-Amerika en voor 46% in de rest van de wereld.[1] De activiteiten zijn verdeeld over vijf business groups:[1]
Door de Path to Growth-strategie ('Weg naar groei') heeft er een forse rationalisatie van de merkportfolio plaatsgevonden. Voor die tijd had Unilever ongeveer 1600 merken in zijn portfolio, waaronder Becel, Bertolli, Blue Band, Iglo en Mora. Deze werden in de loop der jaren verkocht. Na uitvoering van de strategie zijn er nog circa 400 leidende merken overgebleven.[2] Resultaten
GeschiedenisVoorlopersWilliam Hesketh Lever was groothandelaar in kruidenierswaren en bracht onder andere Sunlight zeep op de markt na overname van een zeepfabriekje. In 1885 richtte hij Lever Brothers op en vestigde hij zeepfabrieken in de hele wereld. In 1917 breidde hij zijn assortiment uit met voedingsmiddelen, waarvoor hij vis-, ijs- en conservenbedrijven kocht. Zijn enige zoon, William Hulme Lever, volgde hem na zijn dood in 1925 op. Na aanvankelijk palmolie voor de zeep uit Brits-West-Afrika te halen, kreeg Lever in 1911 een concessie voor 750.000 hectare woud in Belgisch-Congo, geconcentreerd in het zuiden van Bandundu. De werkmaatschappij voor Lever heette 'Huileries du Congo Belge'. Bij de Grote Depressie van de jaren 30 zagen de Huileries zich genoodzaakt om de prijs per kilo geplukte palmnoten drastisch te verlagen terwijl de regering van Belgisch-Congo de lokale belastingen aanzienlijk verhoogde. Dit resulteerde in 1931 in sociale onlusten die bekendstaan als de revolutie van de Pende, waarbij uiteindelijk meer dan 400 leden van de Pende-stam omkwamen.[4][5] Anton Jurgens en Samuel van den Bergh waren twee Nederlandse concurrerende margarineproducenten. Beide begonnen hun bedrijf in het Noord-Brabantse Oss. In 1908 sloten zij een poolovereenkomst. Zij besloten in 1927 tot een volledige fusie en samen te gaan in de Margarine Unie. In verschillende publicaties wordt gememoreerd dat het recept van margarine voor een habbekrats is verkregen - door een echte-boterboer - en de uitvinder arm is gestorven. OntstaanUnilever is op 1 januari 1930 ontstaan uit een fusie van het Nederlandse margarinebedrijf Margarine Unie en de Britse zeepfabrikant Lever Brothers. De fusie was voor beide bedrijven zinvol, omdat ze elkaar beconcurreerden om dezelfde grondstoffen, beide zich bezighielden met marketing op grote schaal van producten voor huishoudelijk gebruik en beide gebruikmaakten van soortgelijke distributiekanalen. Tot 2000 was Calvé Delft een houdstermaatschappij van aandelen van Unilever, als gevolg van een overname middels aandelenruil. De houdstermaatschappij deed niet meer dan het dividend van Unilever doorgeven aan haar aandeelhouders. Op de Amsterdamse effectenbeurs noteerden de aandelen onder de intrinsieke waarde, met een hoger dividendrendement tot gevolg. Door fiscale perikelen (een latente belastingclaim) heeft deze vennootschap het toch nog zo lang uitgehouden. Calvé is wel een merk van importantie: wie kent het niet. Pindakaas, mayonaise, sauzen in flessen. Het bedrijf Unilever kende jarenlang twee directies, waarbij de bestuursvoorzitter van het Nederlandse bedrijf, de functie van vicevoorzitter vervulde bij de Britse onderneming en vice versa. Sinds 2005 hadden beide bedrijven één directie. AfbouwTot 2008 had Unilever zes fabrieken in Nederland. Het concern sloot in dat jaar de vestigingen in Delft (Calvé pindakaas), Loosdrecht (Knorr, Conimex) en Vlaardingen (wasmiddelen), waardoor 474 banen verdwenen.[6] De productie is verplaatst naar grote productiefaciliteiten elders in Europa, zoals Polen (maaltijdpakketten, kruidenmixen, schoonmaakmiddelen en artikelen voor persoonlijke verzorging), Spanje (sauzen), Tsjechië (mayonaise), Italië, Frankrijk, Zwitserland, Duitsland en Hongarije. De plannen leidden in oktober 2007 bij alle Nederlandse fabrieken van Unilever tot stakingen om werkgarantie en een betere cao af te dwingen. In 2010 rondde Unilever de overname af van de Household & Bodycare tak van Sara Lee, met uitzondering van het merk Sanex. Daar gaf de Europese Commissie geen toestemming voor vanwege marktdominantie. Sanex werd verkocht aan de Colgate Palmolive fabriek in Luik. Korte tijd later werd besloten de productie van Sanex te outsourcen naar Polen en de formulering van formats onder te brengen in de VS. In 2011 kreeg Unilever van de Europese Commissie een boete van ruim 100 miljoen euro wegens deelname aan een ruim drie jaar durend kartel dat verboden prijsafspraken maakte over wasmiddelen in diverse Europese landen waaronder Nederland en België.[7] In 2017 werd de Unox-fabriek voor productie van soepen, sauzen en rookworst in Oss verkocht aan branchegenoot Zwanenberg, de Unilever-merken bleven daar geproduceerd worden. Hetzelfde jaar werd de fabriek te Rotterdam, waar onder andere Blue Band-margarine en Calvé-pindakaas gemaakt wordt, voor een bedrag van 6,8 miljard euro verkocht aan de Amerikaanse investeringsmaatschappij KKR, als onderdeel van de verkoop van de margarinetak. De Ben & Jerry's-fabriek te Hellendoorn is anno 2018 nog de enige Unilever productiefaciliteit in Nederland. In januari 2017 deed de Kraft Heinz Company een overnamebod op Unilever ter waarde van 130 miljard euro, ofwel 47 euro per aandeel.[8] Unilever wees het bod af en een maand later trok Kraft Heinz het bod weer in.[9] Na het bod Van Kraft Heinz besloot Unilever het productaanbod te heroverwegen en de bedrijfsstructuur te vereenvoudigen. Vooral producten met een lage omzetgroei werden kritisch bekeken. In 2017 bracht Unilever zijn margarineafdeling, met daarin onder andere Becel en Blue Band onder in een nieuw dochterbedrijf genaamd Upfield en verkocht deze aan een Amerikaanse investeringsmaatschappij.[10] In april 2021 volgde een concentratie van schoonheidsproducten onder de nieuwe naam Elida Beauty, een zelfstandige onderneming binnen de Unilever Group, met een verzameling van wattenstaafjes, huid & haar verzorging, zepen, en douchegels.[11] In november 2021 werd de verkoop van de thee-activiteiten aan investeerder CVC Capital Partners bekendgemaakt.[12] CVC is bereid 4,5 miljard euro te betalen voor ekaterra van Unilever. Ekaterra is het grootste theebedrijf ter wereld, met 34 merken en een jaaromzet van zo'n 2 miljard euro in 2020. In juli 2020 had Unilever al gemeld de theedivisie te willen afstoten.[13] De Indiase, Nepalese en Indonesische theeactiviteiten blijven nog bij Unilever en ook de kant-en-klare theedranken.[12] In januari 2022 werd bekend dat Unilever een bod had gedaan van £ 50 miljard op de consumentenactiviteiten van GlaxoSmithKline (GSK).[14] De GSK-divisie is gericht op verzorgingsproducten voor consumenten met producten als Advil-pijnstillers en Sensodyne-tandpasta. Het overnameplan kreeg veel kritiek van aandeelhouders en de aandelenkoers daalde met 10% in twee dagen tijd. GSK vond het bod van Unilever te laag en de transactie ging niet door. Op 1 juli 2023 werd de Nederlander Hein Schumacher de nieuwe bestuursvoorzitter van Unilever. Hij volgt de Brit Alan Jope op, die in 2022 had aangegeven met pensioen te gaan. Jope begon in 1985 bij Unilever en was sinds begin 2019 de hoogste baas van het concern. In maart 2024 maakte Unilever bekend dat er 7500 banen gaan verdwijnen als gevolg van reorganisaties.[15] In 2023 maakte het bedrijf al bekend dat het aantal merken zal worden verminderd en besloot Unilever de ijsdivisie, met merken als Ola, Magnum, Hertog en Ben & Jerry's, af te stoten.[15] Dit onderdeel wordt verkocht of naar de beurs gebracht. Volgens de nieuwe bestuursvoorzitter Schumacher past de productie en verkoop niet meer bij de rest van Unilever; ijs is een diepvriesproduct, de verkopen zijn zeer seizoensgevoelig en het product vereist een andere aanpak dan persoonlijke verzorging of wasmiddelen.[15] In 2023 werd voor 7,9 miljard euro aan omzet gerealiseerd met de ijsverkopen. BedrijfsstructuurUnilever had tot 29 november 2020 een duale bedrijfsstructuur met zijn hoofdkantoor op twee locaties: in Rotterdam (Unilever N.V.) en in Londen (Unilever PLC). Op basis van een egalisatie-overeenkomst vertegenwoordigde een aandeel in de N.V. hetzelfde onderliggende economische belang in de Unilever Group als een aandeel in de PLC, afgezien van fluctuaties in de wisselkoers. Deze structuur was vergelijkbaar met die van RELX en voorheen met die van Royal Dutch Shell. Het bedrijf is aan de Euronext Amsterdam en de London Stock Exchange genoteerd. Op beide beurzen maakt het aandeel Unilever deel uit van de belangrijkste beursindices, de AEX in Amsterdam en de FTSE 100 in Londen. Beide raden van bestuur hadden dezelfde leden. Voorgesteld is in 2018 een vereenvoudiging van de bedrijfsstructuur met één moederbedrijf, in Rotterdam, genaamd Unilever International Holdings N.V., ook genoemd New Unilever N.V. Wegens verzet van vooral Britse aandeelhouders ging dit niet door.[16] Eén van de redenen om tegen te stemmen was het feit dat het aandeel zijn plek in de FTSE 100 aandelenindex zou verliezen, waardoor indexbeleggers hun aandelen zouden moeten verkopen en de koers onder druk kwam te staan.[16] Anderzijds dachten de Britse aandeelhouders dat Unilever in Nederland beter beschermd zou zijn tegen vijandige overnames.[17] Op 29 november 2020 zijn Unilever N.V. en Unilever PLC gefuseerd en is Unilever PLC de moedermaatschappij voor het geheel geworden.[18] De aandeelhouders van Unilever N.V. kregen voor elk aandeel een nieuw aandeel van de PLC.[19] Zowel de aandeelhouders van de N.V. als die van de PLC hebben hier vóór gestemd.[20] DividendbelastingDe duale structuur had een specifiek probleem bij de dividenduitkeringen. In Nederland wordt over het uitgekeerde dividendbelasting geheven, maar het Verenigd Koninkrijk kent een dergelijke belasting niet. Een belegger in de Britse tak heeft hiermee een financieel voordeel boven de niet-Nederlandse belegger in de Nederlandse Unilever aandelen. Het nettobedrag dat de Nederlandse regering ontvangt van de nv-dividendbelasting schat Unilever in op ongeveer 200 miljoen euro per jaar.[21] In 2018 kwam een regeringsvoorstel op tafel om de dividendbelasting af te schaffen. Bestuursvoorzitter Paul Polman had hiervoor gepleit en zag het als een keiharde voorwaarde om het hoofdkantoor van Unilever in Rotterdam te vestigen.[22] Tegen het voorstel kwam veel politieke weerstand en in november 2018 strandde het regeringsvoorstel.[23] Korte tijd later maakte Unilever een plan bekend om het hoofdkantoor naar Londen te verplaatsen. Mede naar aanleiding hiervan kwam GroenLinks-Kamerlid Bart Snels met een initiatiefwetsvoorstel voor een soort ‘eindafrekening’ voor bedrijven die vertrekken naar landen waar geen dividendheffing bestaat, de Spoedwet conditionele eindafrekening dividendbelasting (waar ook wel aan wordt gerefereerd met vertrekbelasting). De wet zou gelden met terugwerkende kracht tot 18 september 2020. Degenen die direct vóór de fusie aandeelhouders van Unilever N.V. waren, zouden dan geacht worden een dividendbelastingschuld te hebben ter grootte van 15% (het dividendbelastingtarief) van hun aandeel in nog niet uitgekeerde winst, inclusief latente winst. Deze zou naargelang van uitkering van dividend over de in ruil gekregen aandelen Unilever PLC moeten worden afgelost, zodat hierover effectief 15% dividendbelasting zou worden betaald aan de Nederlandse staat, tot de schuld is afbetaald. Het zou in totaal gaan om ongeveer 11 miljard euro. Voor Nederlandse personen en bedrijven zou deze aflossing overigens net als gewone dividendbelasting verrekenbaar zijn met respectievelijk inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting. Unilever heeft op basis van het oorspronkelijk ingediende wetsvoorstel gesteld dat de wet in strijd zou zijn met het internationale recht, maar dat als deze toch zou worden aangenomen het niet in het belang van Unilever en de aandeelhouders zou zijn het vertrek door te laten gaan.[24][25] In oktober 2020 is het wetsvoorstel aangepast, mede met het oog op de juridische houdbaarheid.[26][27][28] De fusie is doorgegaan, hoewel er nog onzekerheid was over het aannemen van het wetsvoorstel. Met de tweede nota van wijziging in oktober 2021 heeft Snels de terugwerkende kracht van het wetsvoorstel laten vervallen. Ook als de wet wordt aangenomen is deze daarmee voor Unilever en zijn aandeelhouders niet meer van belang. Tijdlijn
Bekende (oud-)werknemers
Literatuur
Externe linkBronnen, noten en/of referenties
Zie de categorie Unilever van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|