Toen het station gebouwd werd, was het de bedoeling om er de draaischijf voor personenvervoer van en naar de Antwerpse havenbedrijven van te maken, met extra treinen tijdens de shiftwissels. Hiervoor zijn een groot aantal buskaaien en draaiplaatsen voorzien. Het station heeft echter nooit zo gefungeerd aangezien de bussen naar de industrie zijn blijven doorrijden naar het centrum en de randgemeenten, terwijl de buskaaien als parking voor vrachtwagens gebruikt worden. Pas toen in 2004 de werken aan de Antwerpse Ring startten, gebruikte de NMBS dit station waar het oorspronkelijk voor voorzien was. Ook na het einde van de werken aan de Ring, bleven het station en de extra treinen behouden.
In de toekomst zijn op de Havanasite vlak bij het station grote ontwikkelingen voorzien. Sinds begin 2022 is er aan de Noorderlaan op ca. 500m van het station een grote P+R met een tramverbinding naar het centrum gekomen.
De grafiek en tabel geven het gemiddeld aantal instappende reizigers weer op een week-, zater- en zondag.[2]
Tabel: aantal instappende reizigers station Antwerpen-Noorderdokken
Weekdag
Zaterdag
Zondag
1977
153
17
18
1978
152
13
26
1979
177
25
13
1980
141
20
16
1981
134
20
11
1982
95
17
15
1983
122
12
11
1984
110
20
10
1985
67
16
12
1986
91
22
10
1987
82
13
22
1988
71
17
31
1989
60
45
14
1990
67
31
8
1991
42
19
16
1992
53
25
12
1993
42
18
15
1994
55
20
16
1995
45
15
30
1996
93
19
8
1997
52
16
22
1998
102
16
16
1999
74
13
12
2000
85
14
12
2001
95
32
12
2002
103
28
25
2003
131
39
18
2004
431
18
18
2005
245
32
17
2006
198
22
10
2007
192
14
20
2008
-
-
-
2009
162
11
2
2010
-
-
-
2011
-
-
-
2012
102
10
10
2013
76
11
13
2014
86
3
8
2015
53
19
7
2016
63
6
4
2017
79
24
7
2018
184
48
31
2019
263
43
16
2020
122
25
22
2021
-
-
-
2022
87
18
2
2023
96
21
21
Tariefzone
Bij zowel het binnenlandse als het SCIC-NRT-tarief behoren tot één tariefzone: Antwerpen-Berchem, Antwerpen-Centraal, Antwerpen-Luchtbal, Antwerpen-Noorderdokken en Antwerpen-Zuid.[3][4]
Bronnen, noten en/of referenties
↑De bron voor de gegevens is NMBS – Reizigerstellingen. De tellingen worden meestal uitgevoerd in de maand oktober: gedurende 9 opeenvolgende dagen (5 werkdagen en de 2 omliggende weekends) worden dan door het stations- en treinbegeleidingspersoneel visuele tellingen verricht. De methode bestaat erin het aantal in- en uitstappende reizigers te tellen in alle stations en stopplaatsen en dit voor alle treinen van het binnenlands verkeer. Het getal naast het kopje 'weekdag' slaat op het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld gedeeld door vijf), zaterdag en zondag staan apart vermeld. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn.
↑De bron voor de gegevens zijn de jaarlijks door de NMBS in oktober uitgevoerde reizigerstellingen. Stationspersoneel en treinbegeleiders tellen dan visueel gedurende negen opeenvolgende dagen (vijf werkdagen en de twee aansluitende weekends) in alle stations en stopplaatsen het aantal instappende reizigers en dit voor alle binnenlandse treinen. De groene balk geeft het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers weer op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld en gedeeld door vijf). Zaterdag wordt weergegeven door de blauwe en zondag door de rode balk. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn. In 2008, 2010, 2011 en 2021 (corona) werden geen tellingen uitgevoerd. De gegevens zijn online raadpleegbaar, zoekterm Reizigerstellingen