Het stadion is ontworpen door vier architecten: Michel Macary, Aymeric Zubléna, Michel Regembal en Claude Costantini. Hun ontwerp is geïnspireerd door Terminal 3 (Worldport) op het John F. Kennedy-vliegveld bij New York.[bron?] Bij het binnenkomen van het stadion valt vooral het dak op; een grote schijf die horizontaal boven het stadion hangt. Het strekt zich uit tot buiten het stadion. In het midden is een deel open gelaten. Het weegt 14.000 ton en hangt op 40 meter hoogte. Omdat het dak normaal groter is dan het stadion zelf is het mogelijk om de onderste tribune, die uit 25.000 zitplaatsen bestaat, met 15 meter naar achteren te verplaatsen zodat het stadion kan worden omgevormd in een olympisch stadion.
Het stadion heeft sinds 1998 de status als Nationaal Stadion. In dat jaar deed het Parc des Princes afstand van deze onderscheiding. Dat stadion wordt nu alleen nog gebruikt door de Franse voetbalclub Paris Saint-Germain.
In 2024 werd een voetgangersbrug over de A1 in gebruik genomen die vanop het voorplein van het Stade de France de verbinding maakt met het dat jaar geopende Centre aquatique olympique. Beide stadions worden ingezet bij de Olympische Zomerspelen 2024. In het Stade de France worden de atletiek en rugby seven competities afgewerkt, naast de sluitingsceremonies van de Olympische en Paralympische Spelen, in het CAO schoonspringen, artistiek zwemmen en de voorrondes van de waterpolo competitie.
Op 13 november2015 bliezen nabij het stadion drie zelfmoordterroristen zich op, als onderdeel van een gecoördineerde reeks aanslagen in Parijs. Hierbij vielen zes doden.[1] Op het moment van de aanslag werd een oefeninterland gespeeld tussen Frankrijk en Duitsland. Ook president François Hollande was in het stadion aanwezig. Het duel werd ondanks de uitzonderlijke omstandigheden uitgespeeld, en werd door de Fransen gewonnen. Zowel het Duitse als het Franse elftal overnachtten in het stadion uit veiligheidsoverwegingen.[2][3]