Oude Kijk in 't Jatstraat
De Oude Kijk in 't Jatstraat is een straat in de stad Groningen. Binnen de Diepenring heet de straat de Oude Kijk in 't Jatstraat; daarbuiten ligt de Nieuwe Kijk in 't Jatstraat. Oorspronkelijk werd de straat ook Rechte Jat genoemd, de huidige Kromme Elleboog was toen bekend als de Kromme Jat. De straat loopt vanaf de Zwanestraat tot aan de diepenring. Ten zuiden van de Zwanestraat loopt de Kijk in 't Jatstraat door als de Stoeldraaierstraat tot aan de Vismarkt. De naamDe Oude Kijk in 't Jatstraat draagt sinds 1739 de huidige straatnaam, die is afgeleid van de gevelsteen Ick kick nog int in perceel 79. De steen is in 1625 overgebracht uit een toen af te breken huis dat de straat bij de stadsmuur afsloot (de straat kende ter plaatse geen stadspoort). Op de bewaard gebleven gevelsteen ontbreekt het woord 'jatt' (verwant aan Duitse Gasse). Bedoeld wordt: 'Ik kijk nog in de straat' of 'straat van het huis Kijk in 't. OverleveringVolgens de overlevering is de kop met de krullende baard de beeltenis van bevelhebber der Stad, Carl von Rabenhaupt. Hij verdedigde voor een vergoeding van vierduizend rijksdaalders de vesting Groningen tegen de belegering door de Munsters in 1672.[1] Het Reitdiep was toen nog een open zeegat, oftewel ’t Jat, en diende als belangrijke aanvoerroute voor voedsel en bewapening. Vanuit een controlepost hield een wachter uitzicht op het Reitdiep en zag erop toe dat de doorvaart ongehinderd verliep. Elke morgen als Von Rabenhaupt zijn inspectie deed riep de wachter hem toe: 'Ik kiek nog in’t Jat.’ Na het ontzet op 28 augustus heeft men tot gedachtenis de beroemde woorden onder zijn portret uitgehouwen. Bij de verhuizing van de stenen nam men helaas niet de goede maat. Bijzondere gebouwen
MonumentenDe Oude Kijk in 't Jatstraat telt 11 rijksmonumenten en 25 panden die beschermd worden als gemeentelijk monument.
Zie ookBronnen, noten en/of referenties
Zie de categorie Oude Kijk in 't Jatstraat van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|