Mario SansoneMario Sansone (Lucera, 22 februari 1900 – Rome, 2 januari 1996) was een hoogleraar Romaanse talen en literatuurkritiek (1952-1970) aan de universiteit van Bari, in Zuid-Italië. Zowel grote Italiaanse dichters als plaatselijke dialectuitdrukkingen droegen zijn interesse weg. LevensloopSansone studeerde letteren aan de universiteit van Napels en behaalde het diploma in 1922. Vanaf 1941 was hij academisch actief als filoloog aan de universiteit van Bari. Hij legde zich aanvankelijk toe op de filosofische en literaire werken van Benedetto Croce.[1] Croce werd een inspiratiebron voor zijn literatuurkritiek. Sansone publiceerde hoofdzakelijk over twee internationaal bekende dichters uit Italië: Dante Alighieri en Alessandro Manzoni. Hij publiceerde over de drie delen van Dante's Divina Commedia: Inferno, Purgatorio en Paradisio. In latere studies nam hij afstand van de historische insteek door Benedetto Croce; zo publiceerde hij over de Purgatorio met een dubbele kijk: het historisch-verhalende en het poëtisch-technische.[2] Daarnaast onderzocht Sansone lokale literaire stromingen in Napels en de dialecten in Zuid-Italië. Zijn zoon Giuseppe Edoardo Sansone (1925-2003) werd filoloog met interesse in het Catalaans, Provençaals en Frans. Selectie van publicaties[3]
Bronnen, noten en/of referenties
|