De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst voorgesteld door John Edward Gray in 1842. Oorspronkelijk werd de wetenschappelijke naam Aturia ornata gebruikt, de slang werd later aan het niet meer erkende geslacht Chitulia toegekend.[2] De soortaanduiding ornatus betekent vrij vertaald 'versierd'.
Ondersoorten
De soort wordt verdeeld in drie ondersoorten die onderstaand zijn weergegeven, met de auteur en het verspreidingsgebied.
De slang bereikt een lichaamslengte tot 112 centimeter, het lichaam is relatief dik en de staart is zijwaarts afgeplat. De grote kop is duidelijk te onderscheiden van het lichaam door de aanwezigheid van een insnoering. De slang heeft 42 tot 54 rijen hexagonale schubben in de lengte op het midden van het lichaam. De dorsale schubben kunnen overlappen en hebben een puntig midden of zijn gekield. en 235 tot 298 schubben aan de buikzijde. Onder de staart zijn 38 tot 50 schubben aanwezig. De lichaamskleur is grijsbruin met 30 tot 60 brede donkere dwarsbanden.[3]
Levenswijze
De slang is zowel overdag als 's nachts actief. De vrouwtjes zijn eierlevendbarend en zetten een tot vier volledig ontwikkelde jongen af. Op het menu staan vissen, Hydrophis ornatus heeft zich echter gespecialiseerd in het jagen op zeekatten, die tot de inktvissen behoren.[3] De slang is giftig en wordt beschouwd als gevaarlijk voor mensen.