Hij groeide op in Bévercé nabij Malmédy dat tijdens de Tweede Wereldoorlog door Duitsland was geannexeerd. Later verhuisde hij met zijn moeder naar Sint-Gillis waar hij een beroepsopleiding tot schrijnwerker volgde. Na zijn studie volgde hij nog een avondopleiding architectuur en binnenhuisdecoratie aan de Brusselse Academie voor Schone Kunsten. Op zijn achttiende verhuisde zijn gezin naar Canada, maar na drieënhalf jaar keerde hij met zijn moeder terug naar België. Na zijn huwelijk kwam hij via zijn schoonbroer Philippe Vandooren in contact met het stripverhaal. Op vraag van die laatste tekende Hermann een strip voor het scoutsblad Plein-Feu.
Hermann debuteerde als stripkunstenaar in 1964 in de studio Greg. In 1965 debuteerde hij in stripblad Robbedoes in De verhalen van Oom Wim.[1] Vanaf 1966 begon hij de reeks Bernard Prince te tekenen op scenario van Greg (deze strip is later door Dany overgenomen). De strip verscheen in het tijdschrift Kuifje. In 1969 volgde een nieuwe reeks, de westernreeks Comanche, ook op scenario's van Greg. Comanche verscheen gelijktijdig met een andere bekende westernreeks, Blueberry. Verder tekende hij ook de historische strip Jugurtha op scenario van Jean-Luc Vernal (eerste twee delen van Hermann, daarna overgenomen door Franz).
Vanaf 1977 is Hermann meer met eigen scenario's gaan werken. Hij startte voor de lancering van het magazine Wham! de post-apocalyptische reeks Jeremiah, welke nog altijd loopt en waarvan tevens een televisieserie werd gemaakt. In 1983 begon hij een nieuwe, in de middeleeuwen gesitueerde reeks De torens van Schemerwoude, die minder op actie gericht is. Hermann maakte ook verschillende grafische novelles. Hiervoor werkte hij vaak op scenario van zijn zoon Yves H. In 2016 startte hij een nieuwe westernstrip Duke op scenario van Yves H..
Veel van de latere strips van Hermann zijn een uiting van verontwaardiging bij de lafheid en de misdaden van de mens. Dit is het geval voor zijn strips in de collectie Vrije Vlucht van Dupuis, zoals Missie Vandisandi (corruptie en illegale handel in het postkoloniale Congo), Sarajevo Tango (de laffe houding van de Verenigde Naties tijdens de belegering van Sarajevo) en Caatinga (de uitzichtloze situatie van de bevolking van het noordoosten van Brazilië in de jaren 1930).
Hij droeg bij tot de vernieuwing van het klassieke realistische stripverhaal in de jaren 1960. De realistische tekenstijl die Hermann hanteert is zeer herkenbaar en wordt wel als filmisch omschreven. Aanvankelijk inkte Hermann eerst zijn pagina's om ze daarna in te kleuren. Omstreeks 1996 schakelde hij over op andere stijl waarbij hij de tekeningen direct inkleurt zonder inktlijn.