Andrea de Cesaris reed tot de laatste ronde in tweede stelling, maar moest zijn Jordan aan de kant zetten met motorproblemen. Riccardo Patrese nam zijn positie over, maar door versnellingsbakproblemen verloor ook hij nog drie plaatsen.
Patrese had zich als tweede gekwalificeerd, maar na tests op zijn wagen werd ontdekt, dat hij geen achteruitversnelling had. Hierdoor moest hij vanaf de zeventiende plaats starten.
Jean Alesi leidde lang de race, maar hij blies zijn motor op.
Ayrton Senna's wagen stopte kort, nadat hij de finish overschreed.