Kunst werd in het Groningse Nieuwolda geboren als zoon van molenaar en bakker Wiert Luitjens Kunst en Jenneke Berents Bakker. In 1816 trouwde hij met Auke Roda. Kunst was net als zijn vader aanvankelijk bakker, maar begon in 1821 als portretschilder. Kort daarop verhuisde het gezin naar Groningen. Hij reisde als schilder door Nederland, Duitsland, Denemarken en Zweden. In 1825 werd hem door het Genootschap tot Bevordering van Teken-, Schilder-, Graveer- en Beeldhouwkunst een prijs toegekend van acht gouden dukaten.[2]