Alpenanemoon
De alpenanemoon (Pulsatilla alpina) is een overblijvende plant uit de ranonkelfamilie (Ranunculaceae) die te vinden is in de meeste Europese gebergtes. Van de alpenanemoon worden meerdere ondersoorten onderscheiden, waarvan de meeste met hun specifiek habitat en/of verspreidingsgebied. Naamgeving en etymologie
De botanische naam Pulsatilla is afgeleid van het Latijnse pulsare (slaan, zwaaien). Naargelang de bron zou dit slaan op de op een klok lijkende bloemen of op de zaden, die door windstoten worden verspreid. De soortaanduiding alpina verwijst naar de Alpen. KenmerkenDe alpenanemoon is een polvormende, middelhoge, overblijvende, kruidachtige plant, met een rechtop staande wortelstok, een tot 50 cm hoge, onvertakte stengel, een basaal bladrozet van gesteelde, fijnverdeelde, dubbelgeveerde bladeren met drie lobben en halverwege de stengel nogmaals drie stengelbladeren. Zowel bladeren als stengels zijn bezet met zilvergrijze, zijdeachtige haren. De bloemen zijn groot, alleenstaand aan het einde van de bloemstengel, opgericht, zonder schutblaadjes, tot 60 mm in doormeter, radiaal symmetrisch, diep komvormig, met meestal 6 aan de binnenzijde wit gekleurde, aan de buitenzijde vaak paars aangelopen, kroonbladachtige kelkbladen, aan de buitenzijde zijdeachtig behaard. Er zijn geen echte kroonbladen. De bloem bezit talrijke geel of paars gekleurde vruchtbare meeldraden en meestal ook schijfvormige staminodiën of onvruchtbare meeldraden. Er zijn talrijke, losse vruchtbeginsels met elk een zaadknop en een lange, veervormige stijl. De plant bloeit van mei tot juli. Habitat en verspreidingDe alpenanemoon groeit voornamelijk op zonnige plaatsen op kalk- of silicaatrijke bodem, zoals in hooilanden, kalkgraslanden, in lichte naaldbossen en op rotsige plaatsen, van 1200 tot 2700 m. De plant komt voor in bijna alle Midden- en Zuid-Europese gebergtes met inbegrip van Corsica. De talrijke ondersoorten onderscheiden zich dikwijls ook door een ander verspreidingsgebied. TaxonomieVan de alpenanemoon worden op basis van de bloemkleur, de vorm en de beharing van de bladeren, het habitat en het verspreidingsgebied, volgende ondersoorten onderscheiden:
Verwante en gelijkende soortenDe alpenanemoon kan van andere Pulsatilla-soorten onderscheiden worden door aanzienlijke grootte van de plant, de bloemen met een witte of lichtgele binnenzijde en vaak paarsgekleurde buitenzijde, en door de twee stellen blaadjes die in tegenstelling tot die van de lenteanemoon dubbelgeveerd zijn. Bronnen, noten en/of referenties
|