Alfred Paulsen
Alfred Paulsen (Christiania, 9 november 1849 – Chicago, 4 augustus 1936) was een Noors componist, dirigent en organist. AchtergrondBartol(d) Alfred Paulsen werd als eerste kind geboren binnen het gezin van koopman Johan Petter Paulsen (1820-1887) en Haagine Olsen (1822-14 december 1918)[1]). Zijn broers zijn de schaatsenrijders Axel Rudolf Paulsen (1855-1938) en Edvin Paulsen.[2] Alfred Paulsen huwde twee maal. Zijn eerste vrouw was Antonie Jülich uit Leipzig. Zijn tweede vrouw was Anna Marie Riiser (1868-Chicago 1928) met wie hij vier kinderen kreeg. Alfred Paulsen was in het bezit van de Orde van Sint-Olaf. MuziekPaulsen kreeg zijn pianolessen van Edvard Grieg, Otto Winter-Hjelm en compositie en orgel van Ludvig Mathias Lindeman. Hij studeerde verder aan het Conservatorium in Leipzig bij E.F. Richter, Oscar Paul en Judassohn. Hij was vaste organist van de Jakob kirke in Oslo en gaf ook muzieklessen. Hij emigreerde (zoals veel Noren) in 1888 naar de Verenigde Staten en werd organist van de St Paul’s Norwegian Lutheran Church in Chicago. Vanaf 1895 was hij werkzaam was hij koordirigent van Bethania aldaar. Zijn composities zijn veelal voor koor, zoals te verwachten is. De bekendste daarvan (althans in Noorwegen) zijn Når fjordene blåner (1907, ook bekend in de VS) en Norge, mitt Norge (1911). Verder van zijn hand zijn enige werken voor orgel en piano, doch die verschenen voor zijn emigratie. Hij schreef onder de pseudoniemen Leon Lambert en Clarelius. WerkenDoor zijn heen en weer gereis is veel van zijn werk verloren gegaan:
Bronnen, noten en/of referenties
|