Zowel de kampioen als de runner-up promoveerden na dit seizoen rechtstreeks naar de Eerste divisie. De nummers drie en vier uit de eindrangschikking speelden eerst een onderlinge promotiewedstrijd, waarna de winnaar hiervan uitkwam in een promotie/degradatie-wedstrijd tegen een ploeg uit de Eerste divisie. De nummers 17 en 18 kwamen in aanmerking voor terugzetting naar de amateurs.
Verloop
Aanvankelijk leek N.E.C. de sterkste ploeg in de Tweede divisie, maar na een aantal nederlagen op rij kwam ongeveer op de helft van de competitie eerst Haarlem en daarna ook Hilversum langszij. Deze drie ploegen gingen vervolgens lang gelijk op. Naar het einde van de competitie werd duidelijk dat Haarlem en Hilversum onderling gingen strijden om het kampioenschap. Pas op de slotdag werd dit beslist ten gunste van Haarlem. In de strijd om de derde plaats kwam in de tweede helft van de competitie Wilhelmina uit 's-Hertogenbosch sterk op. Zij eindigden uiteindelijk voor N.E.C. (vierde), Baronie (vijfde) en Roda Sport (zesde).
Haarlem en Hilversum promoveerden rechtstreeks, Wilhelmina en N.E.C. kwalificeerden zich voor promotiewedstrijden. Het onderlinge duel, gespeeld op het terrein van NEC, eindigde in 4-2 voor Wilhelmina, dat vervolgens uitkwam tegen EDO, dat een duel tussen de nummers 17 van de twee afdelingen van de Eerste divisie had verloren van Helmond. In de eerste twee duels wonnen zowel EDO als Wilhelmina de thuiswedstrijd, waarna in de derde wedstrijd, gespeeld op neutraal terrein, Wilhelmina de winst pakte en zo promotie afdwong.
Onder in de Tweede divisie werd al snel duidelijk dat De Valk uit Valkenswaard en Zeist het niveau niet aankonden. Beide verenigingen degradeerden naar de amateurs. Na afloop van de competitie besloot ook Rigtersbleek wegens een gebrek aan voldoende financiële middelen overgang naar het amateurvoetbal aan te vragen.