Toen Sample, Felder, Hooper en Henderson in 1960 naar Los Angeles verhuisden, veranderde de band de naam in The Jazz Crusaders. Nadat de groep in 1961 een contract had getekend met Pacific Jazz Records, werd zij gedurende de jaren zestig vooral bekend door de combinatie van jazz, pop, R&B en soul: de samensmelting van trombone en saxofoon in de muziek werd in die jaren het handelsmerk van de band.
Vervolg
In 1971 waren alle muzikanten ook bezig met muzikale soloprojecten. Tevens besloten zij de groep The Crusaders te noemen, wat minder de nadruk legde op het jazzaspect van de band. In het begin van de jaren zeventig had de groep opnieuw succes, mede doordat Larry Carlton (gitaar) op de albums als gastmuzikant meespeelde. In 1975 verliet Henderson de band om zich voltijds te wijden aan een carrière als muziekproducent: het geluid van de band veranderde daardoor wederom sterk.
Einde
In 1979 kwam de grootste hit uit, getiteld Street Life. Randy Crawford werd uitgenodigd om de zangpartij voor haar rekening te nemen en de plaat werd een wereldhit. In Nederland werd de plaat op maandag 24 september 1979 door djFrits Spits in zijn radioprogramma De Avondspits verkozen tot de 61e NOS Steunplaat van de week op Hilversum 3 en werd een hit in de destijds drie hitlijsten op de nationale popzender; de Nederlandse Top 40, de Nationale Hitparade en de TROS Top 50. Ook behaalde de plaat een notering in de Europese hitlijst op Hilversum 3, de TROS Europarade.
De plaat werd in 1996 nog gesampled door de Franse producer I:Cube in zijn hit Disco Cubizm. Daardoor werd Crawford bekend over de hele wereld. In 1983 verliet ook Hooper de groep en beleefde de band een grote muzikale dip. The Crusaders stierf een langzame dood. Rond 1995 probeerden Henderson en Felder samen nog de band nieuw leven in te blazen, maar dat mislukte. Het laatste studioalbum werd opgenomen in 2003.
Alleen Joe Sample had daarna nog een bloeiende solocarrière.
Hij overleed op 12 september 2014.