Sint-Petruskerk (Braunschweig)
De Sint-Petruskerk (Duits: Petrikirche) werd in de 12e eeuw als vierde parochiekerk van het stadsdeel Altstadt van de Nedersaksische stad Brunswijk gesticht. Als stichter geldt vermoedelijk hertog Hendrik de Leeuw, die de Sint-Petruskerk zou hebben laten bouwen ter vervanging van een kapel die moest wijken voor de bouw van de Brunswijker Dom en gewijd was aan apostelen Petrus en Paulus.[1] GeschiedenisVan de oorspronkelijke romaanse bouw, die in het midden van de 13e eeuw door een stadsbrand verwoest werd, is tegenwoordig weinig overgebleven. Vanaf de jaren 1260 volgde de bouw van een basiliek, waarvan de westelijke toren tegenwoordig nog altijd staat. Een grote stadsbrand in 1290 verwoestte de kerk opnieuw, maar met behulp van talrijke aflaten kon de kerk worden herbouwd als een drieschepige gotische hallenkerk met een koor en een 5/8-koorafsluiting, maar zonder dwarsschip[1]. Omstreeks 1400 werd een zijkapel aangebouwd, die in 1408 als de Annenkapelle in de annalen voorkomt. In de kerk stond een veel vereerd beeld van de Heilige Maagd; bisschop Albrecht van Hildesheim beloofde kwijtschelding van straffen voor zonden aan degenen die offerden of voor het beeld baden. Ook bezat de kerk een zweetdoek met het aanschijn van Christus. Degenen die er knielend een Onze Vader of een Ave Maria bad, werd veertig dagen aflaat verleend[2]. Op zijn laatst kreeg de kerk in het jaar 1459 een orgel en een klok. Een tweede klok werd in het jaar 1655 gegoten[3]. Op 13 februari 1811 werd de toren van de Petruskerk getroffen door de bliksem. De toren brandde uit en kreeg na het herstel een lantaarn als bekroning. Gedurende de jaren 1888-1891 werd de kerk in neogotische stijl vernieuwd[4] Verwoesting van de Petruskerk in de Tweede WereldoorlogTijden de Tweede Wereldoorlog werd de Petruskerk herhaaldelijk door bommen getroffen. De grootste schade werd echter in de nacht van 14 op 15 oktober 1944 aangericht. De toren van de kerk brandde geheel uit en plaatselijk (bij de ingang en het orgel) woedde er brand in de kerk. Het dak boven het koor werd volledig vernield. De Sint-Petrusgemeente verloor in één nacht bovendien bijna alle andere kerkelijke gebouwen. Bijna de gehele omgeving van de kerk was vernietigd en veel gemeenteleden stierven of verloren hun woning[5]. HerbouwNa het einde van de oorlog werd de Petruskerk als verzamelplek gebruikt voor kerkelijke en stedelijke cultuurgoederen. In het jaar 1954 werd begonnen met de herbouw van de kerk. Erediensten vonden tot de herwijding van de kerk in het jaar 1959 in de Sint-Jacobikerk plaats. In september 1954 werd er drie gebrandschilderde ramen van Claus Wallner uit Hamburg geplaatst met voorstellingen van de Openbaring van Johannes. Op 31 oktober 1959, de dag van de reformatie, werd de kerk opnieuw ingewijd. De toren van de kerk moest het in eerste instantie doen met een nooddak, maar in de jaren 1969-1971 kreeg de toren een met koper bedekte spits met aan de top een weerhaan. Interieur[6]Na de herwijding van de kerk in 1959 werd er gewerkt aan een nieuwe inrichting.
Externe linksBronnen, noten en/of referenties
|