In Italië wordt het ambt van senator voor het leven volgens de grondwet automatisch verkregen (tenzij geweigerd) door aftredend presidenten. Daarnaast kan de president vijf senatoren voor het leven benoemen voor getoonde buitengewone diensten aan het vaderland op maatschappelijk, wetenschappelijk, artistiek of literair gebied.[1]
In het staatsrecht is er onenigheid of het maximum van vijf inhoudt dat er maximaal vijf senatoren voor het leven mogen zijn die geen voormalig president zijn, of dat dit betekent dat iedere president vijf senatoren voor het leven mag benoemen. President Luigi Einaudi heeft achtmaal een senator voor het leven benoemd, waarbij hij Arturo Toscanini (ontslag genomen), Carlo Salustri (overleden) en Guido Castelnuovo (overleden) verving. Om die reden kan worden aangenomen dat het maximumaantal senatoren voor het leven bedoeld wordt dat lid mag zijn van de senaat op hetzelfde moment.
President Sandro Pertini benoemde echter twee senatoren voor het leven terwijl er al vijf lid waren van de Senaat - na een positief advies door de Commissie van Regels van de Senaat. Volgens deze interpretatie zou het maximum het aantal benoemingen per president gelden. Zijn opvolger Francesco Cossiga volgde dezelfde redenering, en benoemde vijf senatoren. Dankzij deze benoemingen ging het aantal senatoren voor het leven tussen 1982 en 1992 omhoog met 6 (4 benoemingen en 2 voormalig presidenten) tot een maximum van 11 in 1992 (9 benoemd en 2 voormalig presidenten).
↑ abFrancesco Cossiga, voormalig Presidente della Repubblica, heeft zijn ontslag ingediend op 27 november2006; op 31 januari2007 is dit geweigerd door de Senaat door middel van een geheime stemming. 178 senatoren stemden tegen en 100 stemden voor ontslag.
↑Giovanni Leone, senator voor het leven vanwege verdienste van 1967 al 1971 (genomineerd door de president). Daarna werd hij gekozen tot president, en van 1978 tot 2001 was hij dus van wetshalve senator als voormalig Presidente della Repubblica.
↑Giorgio Napolitano, de tweede senator voor het leven die tot president werd gekozen. Van 2005 tot 2006 was hij senator voor het leven vanwege verdienste. Dit lidmaatschap is sinds zijn verkiezing opgeschort. Vanaf 14 januari2014 is hij opnieuw automatisch senator voor het leven.
↑Arturo Toscanini, genomineerd als denator voor het leven op 5 december1949, weigerde dit de daaropvolgende dag.