Resolutie 2006 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 2006 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 14 september 2011 unaniem aangenomen door de VN-Veiligheidsraad. De resolutie verlengde de aanstelling van openbaar aanklager Hassan Jallow tot eind 2014, ondanks de beperking op de lengte van zijn ambtstermijn in de statuten van dat tribunaal.[1] AchtergrondToen Rwanda een Belgische kolonie was, werd de Tutsi-minderheid in het land verheven tot een elitie die de grote Hutu-minderheid wreed onderdrukte. Na de onafhankelijkheid werden de Tutsi verdreven en namen de Hutu de macht over. Het conflict bleef aanslepen, en in 1990 vielen Tutsi-milities verenigd als het FPR Rwanda binnen. Met westerse steun werden zij echter verdreven. In Rwanda zelf werd de Hutu-bevolking opgehitst tegen de Tutsi. Dat leidde begin 1994 tot de Rwandese genocide. De UNAMIR-vredesmacht van de Verenigde Naties kon vanwege een te krap mandaat niet ingrijpen. Later dat jaar werd het Rwandatribunaal opgericht om de daders te vervolgen. InhoudDe Veiligheidsraad:
Verwante resoluties
Bronnen, noten en/of referenties
Werken van of over dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 2006 op de Engelstalige Wikisource.
|