Ott Tänak greep op het ruwe onverhard in Sardinië naar zijn eerste en langverwachte debuutoverwinning in het WK rally. Dit keer kwamen er geen fouten aan te pas voor de Est, die tijdens de tweede lange etappe met een reeks snelste tijden zijn stempel op het klassement drukte. Wel werd hij in dit proces geholpen door het wegvallen van Hayden Paddon, die in leidende positie zijn kansen verspilde door zijn achterwielophanging af te breken, en later in de slotfase na een tweede excursie definitief zou uitvallen. Ook andere kanshebbers op de zege haakten af; Kris Meeke kwam opnieuw snel uit de startblokken, maar bewees ook wederom zijn reputatie als brokkenpiloot met een door schade rally-eindigend ongeluk op de eerste etappe. Thierry Neuville zat midden in het gevecht met Tänak, totdat slecht functionerende remmen op een van de lange proeven hem veel tijd zag verliezen en tot consolideren dwong voor een derde plaats. Jari-Matti Latvala raakte gedurende de rally stukje bij beetje hogerop in het klassement, maar zag dat Tänak net iets te veel marge overhield om een realistisch offensief te openen tijdens de relatief korte slotetappe, en strandde als tweede, waarmee hij in de strijd om het kampioenschap wel wat inliep op Neuville en Sébastien Ogier, de laatstgenoemde die tijdens de eerste etappe de wegen schoon moest vegen en dus worstelde met de condities, maar daarna ook niet meer kon overtuigen. Op de laatste proef ging hij nog wel Juho Hänninen voorbij voor een vijfde plaats, maar moest wel een ontketende Esapekka Lappi voor zich dulden, die in zijn tweede rally voor Toyota het grootste aantal klassementsproeven zou winnen, maar door versnellingsbakproblemen in de openingsfase een potentieel podium resultaat misliep.