Hij woonde en werkte in Mook (1936-1949) en Heijen (1949-1993). In 1948 kocht hij de ruïne van het kasteel Heijen, een complex dat in de Tweede Wereldoorlog erg was beschadigd. Samen met zijn echtgenote Louise Nederveen restaureerde hij het kasteel tot het huidige 'Huys Heijen', geïnspireerd door J.M.H.F.J. baron de Weichs de Wenne (1888-1965), burgemeester van Wanssum en Meerlo en Jhr dr E.O.M. van Nispen tot Sevenaer, directeur van Monumentenzorg.
Hij werkte in brons, steen, hout, keramiek, terracotta, gips. Hij maakte 11 oorlogsmonumenten, fonteinen, religieuze kunst, decoraties aan openbare gebouwen, en aan de passagiersschepen van de Holland America Lijn , naakten en portretten. Hij kreeg veel opdrachten voor religieuze beelden en oorlogsmonumenten, vooral in Zuid-Nederland.
Verder maakte hij in opdracht van verschillende opdrachtgevers, bustes en portretten van de opeenvolgende vorstinnen Wilhelmina, Juliana en Beatrix.
Werk
Enkele van zijn sculpturen in de openbare ruimte zijn:
1968 - bevrijdingsmonument, Mgr. Boermansstraat, Venlo (onthulling 23 juni 1968)
1969 - Het landbouwertje, student aan de Rijks Hogere School voor tropische en sub-tropische landbouw ter gelegenheid van het tiende lustrum van het toenmalige Deventer Landbouw Corps "Nji-Sri". Verwijderd na vandalisme en vernietigd. Sinds 2005 staat er op dezelfde plek een replica door Frans Erdtsieck.
1972 - De Koperteut, beeld van de 18e-eeuws handelsreiziger in koperwaren uit De Kempen die zelfs te voet tot in Denemarken geraakte, plaats: Dorpstraat-Kerkstraat Luyksgestel
2008 - Monument voor het kunstenaarsverzet, Kerktuin Mook (de Piëta in keramiek - gemaakt tijdens de Tweede Wereldoorlog als grafsteen in opdracht van zijn verzetsvriend Frans Wijffels - kreeg een tweede leven als monument voor het verzet van kunstenaars waaraan ook Roovers en zijn vrouw deelnamen, onthuld 10 mei 2008)