Nationaal park Yalgorup
Het nationaal park Yalgorup is een nationaal park in West-Australië. Het bestaat uit een aantal meren en natuurreservaten die ten zuiden van Mandurah tussen de 'Old Coast Road' en de Indische Oceaan gelegen zijn.[1] Het park is vooral bekend voor de aanwezigheid van thrombolieten in 'Lake Clifton'. GeschiedenisScheepsarts Alexander Collie en luitenant William Preston benoemden 'Lake Clifton' en 'Lake Preston' toen ze als eerste Europeanen in 1829 de kust tussen de toen nog niet bestaande steden Mandurah en Bunbury verkenden.[2] In de jaren 1850 liet de West-Australische overheid de 'Old Coast Road' ten zuiden van Mandurah door gevangenen aanleggen. De weg liep door zanderig gebied met veel bomen. Hierdoor was het gebied niet interessant voor de landbouw. Weinig mensen vestigden zich er.[2] Het nationaal park Yalgorup werd in de jaren 1970 formeel ontwikkeld, om er de kustmeren, moerassen en tuartbossen te beschermen. De naam is Nyungah van oorsprong. 'Yalgor' betekent "moeras of meer" en 'up' betekent "plaats van".[2] BeschrijvingNationaal park Yalgorup ligt in de regio Peel in West-Australië, iets meer dan honderd kilometer ten zuiden van de West-Australische hoofdstad Perth, vijftig kilometer ten zuiden van de Mandurah en vijftig kilometer ten noorden van Bunbury.[2] Het park beschermt tien meren die een ketting langs de kust vormen. Het langgerekte 'Lake Preston' ligt het dichtst tegen de kust. Meer landinwaarts liggen - van noord naar zuid - 'Swan Pond', 'Duck Pond', 'Boundary Lake', 'Lake Pollard', 'Martins Tank Lake', 'Lake Yalgorup', 'Lake Hayward' en 'Newnham Lake'. Het dichtst tegen de 'Old Coast Road' aan ligt 'Lake Clifton'.[2] De meren zijn een tot vier meter diep. Het zijn zoutmeren gevoed door zoet grondwater en neerslag.[3] Mits reservatie kan men op de 'Martins Tank Campground' kamperen.[2] Aan Lake Pollard staat een vogelkijkhut.[4] In het park zijn drie wandelingen uitgestippeld:[2]
In het water in het park mogen geen activiteiten worden ondernomen. De thrombolieten kunnen middels een houten steiger worden bezichtigd.[2] FaunaDe meren in het nationaal park Yalgorup zijn vrij belangrijk voor watervogels en werden daarom in de conventie van Ramsar opgenomen. Van oktober tot april worden ze bezocht door trekvogels uit de noordelijke hemisfeer, waaronder de rosse grutto, roodkeelstrandloper, groenpootruiter, kanoet, regenwulp en nog drie soorten strandlopers en snippen. Andere watervogels die rondom de meren leven zijn de steltkluut, Australische kluut, bandsteltkluut, zwartkopplevier, roodkopplevier, Australische pelikaan, Australische muskuseend, wenkbrauweend, zwarte zwaan en de Australische meerkoet.[4] Het nationaal park maakt deel uit van een Important Bird Area omdat tijdens studies in de jaren 1980-90 meer dan 1 % van de wereldwijde populatie van de roodkopplevier en de Australische kluut er werd aangetroffen.[3] Er leven drie bedreigde zoogdieren in het park, de zwartstaartbuidelmarter, gewone kortneusbuideldas en de Pseudocheirus occidentalis.[3] Verder kan men er meer voorkomende inheemse dieren als de westelijke grijze reuzenkangoeroe, Irmawallaby, de echte koesoes, mierenegels en spitsneusbuideldassen waarnemen. De quokka zou echter door de vos zijn verdreven.[5]
Galerij
Bronnen, noten en/of referenties
Zie de categorie Yalgorup National Park van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|