Maarschalk van Frankrijk

Baton van een Maarschalk van Frankrijk
Maréchal de France

Maarschalk van Frankrijk (Frans: Maréchal de France) is in Frankrijk een waardigheid in het leger. Officieel gaat het niet om een "rang", maar de maarschalk van Frankrijk staat wel boven alle militaire rangen.

Een maarschalk van Frankrijk draagt zeven sterren. Als bijzonder onderscheidingsteken beschikt hij over een blauwe, met sterren bezaaide maarschalkstaf. De wet voorziet ook in een bijzondere financiële dotatie voor een maarschalk.

Er bestaat geen expliciete voorwaarde voor het verlenen van de waardigheid. De traditie wil dat een maarschalk een leger moet hebben aangevoerd en een overwinning heeft behaald. In het republikeinse Frankrijk is de titel uitzonderlijk geworden: er zijn geen maarschalken van Frankrijk meer in leven.

Geschiedenis

De eerste maarschalk van Frankrijk werd in 1190 benoemd door koning Filips II Augustus. Een maarschalk van Frankrijk behoorde tot de grootofficieren van de Kroon.

Sinds de afschaffing van de functie van Connétable van Frankrijk in 1627 waren de maarschalken van Frankrijk de hoogste bevelhebbers in het Franse leger. Aanvankelijk was het aantal beperkt tot twee, later vier, uiteindelijk viel de beperking van het aantal weg. Af en toe droeg één maarschalk de titel van "maarschalk-generaal van 's konings kampen en legers" (maréchal général des camps et armées du roi), waardoor hij voorrang had op alle andere maarschalken van Frankrijk.

Tijdens de Franse Revolutie werd de titel in 1793 door de Nationale Conventie afgeschaft. Bij het ontstaan van het Keizerrijk onder Napoleon I (1804) werd de waardigheid opnieuw ingevoerd als "Maarschalk van het Keizerrijk" (Maréchal d'Empire). Bij de Restauratie van het koningschap (1814) werd de benaming opnieuw Maarschalk van Frankrijk. Toen werden ook voor het eerst postuum maarschalken benoemd.

Na de uitroeping van de Derde Republiek (1870) werden er tot de Eerste Wereldoorlog geen maarschalken meer benoemd. Alle maarschalken van Frankrijk uit de twintigste eeuw danken hun benoeming aan verdiensten uit de Eerste of de Tweede Wereldoorlog. Een aantal zijn postuum verleend. SInds 1967 zijn er geen meer in leven.

Maarschalken van Frankrijk dragen hun titel voor het leven. Maarschalk Pétain werd echter in 1945 wegens collaboratie veroordeeld tot "nationale onwaardigheid", waardoor hij al zijn openbare functies en titels verloor. Velen bleven Pétain toch maarschalk noemen, ervan uitgaande dat de waardigheid van maarschalk van Frankrijk hem niet kon worden afgenomen. De titel staat dan ook op zijn graf.

Lijst van maarschalken van Frankrijk

Hieronder staan zij, die maarschalk van Frankrijk zijn, met hun geboortejaar, hun jaar van overlijden en het jaar waarin zij zijn benoemd.

Frans II (1559–1560)

Karel IX (1560–1574)

Hendrik III (1574–1589)

Hendrik IV (1589–1610)

Lodewijk XIII (1610–1643)

Lodewijk XIV (1643–1715)

  • César de Choiseul (1598-1675), in 1645
  • Josias de Rantzau (1609-1650), in 1645
  • Nicolas de Neufville de Villeroy (1597-1685), in 1646
  • Antoine d'Aumont de Rochebaron (1601-1669), in 1651
  • Jacques d'Estampes de La Ferté-Imbert (1590-1663), in 1651
  • Henri de La Ferté-Senneterre (1600-1681), in 1651
  • Charles de Monchy d'Hocquincourt (1599-1658), in 1651
  • Jacques Rouxel (1603-1680), in 1651
  • Armand Nompar de Caumont-La Force (1582-1672), in 1652
  • Philippe de Clérambault, graaf van La Palluau (1606-1665), in 1652
  • César Phœbus d'Albrand, graaf van Miossens (1614-1676), in 1653
  • Louis de Foucault de Saint-Germain Beaupré, graaf van Le Daugnon (1616-1659), in 1653
  • Jean de Schulemberg, graaf van Montejeu (1597-1671), in 1658
  • Abraham de Fabert, markies van Esternay (1599-1662), in 1658
  • Jacques de Mauvisièr, markies van Castelnau (1620-1658), in 1658
  • Bernardin Gigault de Bellefonds (1630-1694), in 1668
  • François de Créqu, markies van Marines (1620-1687), in 1668
  • Louis de Crevant, hertog van Humières (1628-1694), in 1668
  • Godefroi d'Estrades (1607-1686), in 1675
  • Philippe de Montaut-Bénac de Navailles (1619-1684), in 1675
  • Frederik van Schomberg (1615-1690), in 1675
  • Jacques Henri de Durfort de Duras (1626-1704), in 1675
  • François d'Aubusson de La Feuillade (1625-1691), in 1675
  • Louis Victor de Rochechouart, hertog van Mortemart (1636-1688), in 1675
  • François-Henri de Montmorency, hertog van Luxembourg (1628-1695), in 1675
  • Henri Louis d'Aloigny, markies van Rochefort (1636-1676), in 1675
  • Guy Aldonce de Durfort, hertog van Lorges (1630-1702), in 1676
  • Jean II d'Estrées (1624-1707), in 1681
  • Claude de Choiseul, markies van Francières (1632-1711), in 1693
  • Jean-Armand de Joyeuse, markies van Grandpré (1632-1710), in 1693
  • François de Neufville, hertog van Villeroi (1644-1730), in 1693
  • Louis François de Boufflers, graaf van Cagny (1664-1711), in 1693
  • Anne-Hilarion de Tourville, graaf van Tourville (1642-1701), in 1693
  • Anne-Jules de Noailles (1650-1708), in 1693
  • Nicolas Catinat (1637-1712), in 1693
  • Lodewijk Jozef van Vendôme (1654-1712), in 1695
  • Claude Louis Hector de Villars (1653-1734), in 1702, maarschalk-generaal van Frankrijk in 1733
  • Noël Bouton de Chamilly (1636-1715), in 1703
  • Victor-Marie d'Estrées (1660-1737), in 1703
  • François Louis Rousselet de Châteaurenault (1637-1716), in 1703
  • Sébastien Le Prestre de Vauban (1633-1707), in 1703
  • Conrad de Rosen (1628-1715), in 1703
  • Nicolas Chalon du Blé, markies van Uxelles (1652-1730), in 1703
  • René de Froulay de Tessé (1651-1725), in 1703
  • Camille d'Hostun, hertog van Tallard (1652-1728), in 1703
  • Nicolas Auguste de La Baume, markies van Montrevel (1636-1716), in 1703
  • Henry d'Harcourt (1654-1718), in 1703
  • Ferdinand de Marsin (1656-1706), in 1703
  • James FitzJames, hertog van Berwick (1670-1734), in 1706
  • Charles-Auguste de Goyon, graaf van Matignon (1647-1729), in 1708
  • Jacques de Bazin, markies van Bezons (1645-1733), in 1709
  • Pierre de Montesquiou, graaf van Artagnan (1645-1725), in 1709

Lodewijk XV (1715–1774)

Lodewijk XVI (1774–1792)

Napoleon I (1804–1814)

Lodewijk XVIII (1815–1824)

Karel X (1824–1830)

Lodewijk Filips I (1830–1848)

Napoleon III (1848–1852)

Napoleon III (1852–1870)

Raymond Poincaré (1913–1920)

Alexandre Millerand (1920–1924)

Vincent Auriol (1947–1954)

François Mitterrand (1981–1995)