Kopřiva studeerde eerst bij zijn vader Václav Jan Kopřiva (1708-1789), die cantor en componist in Cítoliby was. Later studeerde hij bij Josef Ferdinand Norbert Seger in Praag. Na het studium werkte hij als organist en assistent van zijn vader in zijn geboortedorp en schreef als componist meerdere missen, concerten en fuga's voor orgel en aria's.
Composities
Werken voor orkest
Concert Es groot, voor orgel en kamerorkest
Concert Dis groot, voor orgel en orkest
Missen, oratoria en gewijde muziek
1774Requiem in c, voor sopraan, alt, tenor, bas, gemengd koor, strijkers en orgel (voor de dodenmis van zijn moeder Terezie op 16 maart1774)
Missa solemnis in Dis groot «Qui tollis z Gloria», voor alt, gemengd koor, orkest en orgel
Missa in Bes, voor solisten, gemengd koor, orkest en orgel
Missa in e klein, voor solisten, gemengd koor, orkest en orgel
Missa in c klein
Moteto in D groot «Gloria Deo», voor sopraan, alt, tenor, gemengd koor, orkest en orgel
Moteto in Dis «Dictamina mea», voor sopraan, alt, tenor, bas, gemengd koor en orkest
Moteto in D groot «Veni sponsa Christi», voor vier solisten, hobo, orkest en orgel
«Occasione imminentis Anni Sancti», voor blazers en pauken
Offertorium in C maggiore de Beata Virgine Maria «O magna coeli Domina», voor sopraan, alt, tenor, bas, gemengd koor, orkest en orgel
Salve Regina ex E, voor gemengd koor, orkest en orgel
= Organ Concerto in Dis =
Vocale muziek
Aria in Dis "Quod pia voce cano", voor bas, orkest en orgel
Aria in D en koor "Amoenitate vocum", voor coloratuur sopraan, gemengd koor, orkest en orgel
Arii in Bes "Siste ultricem dexteram"
Werken voor orgel
Fuga in d klein "supra cognomen DEBEFE domin Cramitzii" (hier is in een cryptogram de naam van een zakenman en mecenas "Josef de Boeuf (Debef)" uit Chrámce (Duits: Kramitz) verwerkt)