Lanting ging na zijn hbs-opleiding reizen en werkte onder meer in Frankrijk, Marokko en Spanje. Teruggekomen in Nederland werkte hij als toneelknecht in de Haarlemse Stadsschouwburg en later als gids op rondvaartboten in Amsterdam. In 1956 studeerde hij af aan de Toneelschool in Amsterdam. Tot 1964 speelde hij bij het Rotterdams Toneel. Daarna debuteerde hij in de solovoorstelling De Aap van Franz Kafka, een toneelstuk dat hij tot in Japan speelde.
Ook speelde Lanting rollen in televisieseries zoals M'n broer en ik (1967-1969) en Hamelen. Hierin vertolkte hij de rol van ambtenaar Ogterop Deux. In 1974 was hij te zien in De vloek van Woestewolf.
In 1987 ontving Lanting de Johan Kaartprijs. Vanaf 1997 gaf hij lezingen en bracht het boek En clown zou ik worden uit.
Lanting had aan het einde van zijn leven een nierziekte. Hij overleed naar eigen wens[1] op 88-jarige leeftijd in zijn woonplaats Breda.[2][3]