Janko MessnerJanko Messner (Aich bij Bleiburg (Sloveens: Dob bij Pliberk), 13 december 1921 – Klagenfurt am Wörthersee, 26 oktober 2011) was een Sloveens schrijver en dichter uit Oostenrijks Karinthië. Messner bezocht het gymnasium in Klagenfurt en in Sankt Paul im Lavanttal (Sloveens: Šent Pavel v Labodski dolini). Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij onvrijwillig gemobiliseerd in het leger van het Duitse Rijk. Hij maakte deel uit van een strafcompanie. Messner werd tijdens de oorlog verwond op Sicilië en in Oost-Pruisen. Terug in Karinthië kon hij contact leggen met het verzet. Wegens zijn samenwerking met de Joegoslavische partizanen en het Sloveense Bevrijdingsfront werd Messner tijdens de komst van de Britten door hen gevangengenomen. In 1946 kon hij uit zijn gevangenschap geraken en vluchtte hij naar Maribor. Tussen 1946 en 1949 studeerde Messner slavistiek aan de universiteit van Ljubljana en vervolgens werd hij leraar aan het gymnasium van Ravne na Koroškem. Omdat Messner in het vizier raakte van de Joegoslavische geheime dienst, besloot hij Slovenië te verlaten. Hij vertrok in 1955 naar Oostenrijks Karinthië, waar hij tussen 1963 en 1980 onderwijzer Sloveens, Frans en Duits was aan het Sloveense gymnasium van Klagenfurt. In de boeken van Messner is het verzet van de Karinthische Slovenen tegen het nationaalsocialisme de rode draad. Messner verbindt die strijd tegen onderdrukking met de naoorlogse strijd van de Slovenen in Oostenrijk voor gelijke behandeling. De prangende kwestie is voor Messner steeds opnieuw het negeren van de Sloveense rechten door de Oostenrijkse staat, zoals die in het Oostenrijkse Staatsverdrag zijn vastgelegd en door het Oostenrijkse constitutionele Hof zijn bevestigd. Janko Messner vertaalde verschillend werk uit het Sloveens naar het Duits, onder meer werk van Edvard Kardelj en paslamen van Ernesto Cardenal, die hij in 1984 had bezocht. Werk
|